Schepen droomt van Kortrijk Spurs-volleyteam op hoogste niveau, clubs drukken (beetje) op rem

Hebben we over vijf jaar nog erby's tussen VT Kortrijk en Marke-Webis óf komt er één Kortrijk Spurs-team? © Bart
Olaf Verhaeghe

Worden er in 2025 wekelijks volleybalwedstrijden op het allerhoogste niveau betwist? Het kan zomaar. Het Kortrijkse stadsbestuur, met sportschepen Arne Vandendriessche op kop, droomt luidop van een volleybalversie in het Kortrijk Spurs-verhaal. De vier actieve volleybalclubs lijken niet weigerachtig tegenover een verregaande samenwerking te staan, al ligt hun focus in eerste instantie op de jeugdwerking.

In het basketbal is het al zover en ook het recente verhuisde ijshockeyteam treedt dit seizoen aan onder de noemer Kortrijk Spurs. Maar schepen van Sport Arne Vandendriessche (Team Burgemeester) wil meer. Veel meer. De voorbije seizoenen mocht fusieclub Marke-Webis op basis van de sportieve prestaties een plekje in de Liga A, de EuroMillions Volley League, ambiëren, al kwam het nooit tot een effectieve promotie. De financiële slagkracht die je nodig hebt om de stap naar het hoogste niveau te zetten – en daar ook te overleven – is groot. Te groot, zo blijkt…

Nu wel met VTK

Midden vorige week werd de vroegere vzw Volleyoverleg, opgericht in 2004, definitief opgedoekt en vervangen door een nieuw overlegorgaan en samenwerkingsverband. Belangrijk is dat nu wel alle vier de Kortrijkse volleybalclubs – Marke-Webis, VT Kortrijk, Bidavo Bissegem en Mardavo Marke – daarin vertegenwoordigd zijn. “Om verschillende redenen was dat in vzw Volleyoverleg niet langer het geval. Wij ontbraken als VT Kortrijk, maar zullen in de nieuwe structuur wel opnieuw deel uitmaken van het overleg”, legt voorzitter Jurgen Demolie uit.

De werking van de vorige vzw was eigenlijk een beetje verslapt. Stilgevallen, zeg maar – Jurgen Demolie, voorzitter VT Kortrijk

In zijn club speelt het hoogstspelende herenteam in eerste divisie, het vierde niveau in het nationale volleybal. Daarnaast speelt er ook een herenteam in derde provinciale en een damesteam in vierde provinciale A. “De werking van de vorige vzw was eigenlijk een beetje verslapt. Stilgevallen, zeg maar. Schepen Vandendriessche wilde ons er absoluut opnieuw bij om samen, met de vier andere actieve clubs, na te denken over de toekomst van het volleybal in onze stad.”

Jeugd en evenementen

Dieter Vandermeersch, voorzitter van Liga B-ploeg Marke-Webis, treedt zijn collega bij. “De stad vindt het terecht belangrijk om de vier clubs rond de tafel te krijgen. De schepen neemt in het overleg een voortrekkersrol in. Niet dat we in het verleden niet goed samenwerkten met VTK, Bidavo of Mardavo, maar omdat de stad nu zelf het initiatief neemt, moet het intenser, beter en doelgerichter verlopen.”

In de vroegere vzw werden bijvoorbeeld jeugdsportkampen samen op poten gezet of vonden de clubs elkaar in de organisatie van nationale of internationale evenementen. Zo waren de Red Dragons, de nationale herenploeg, en de Yellow Tigers, de nationale damesploeg, al meermaals te gast in sportcampus De Lange Munte. “Ook nu is het de bedoeling om op die twee pijlers voort te bouwen”, pikt Ivan Cannaert, voorzitter van damesploeg Bidavo Bissegem, in.

Ivan Cannaert, voorzitter van damesvolleybalploeg Bidavo Bissegem, hier links naast Francis Tanghe, zit met vraagtekens.
Ivan Cannaert, voorzitter van damesvolleybalploeg Bidavo Bissegem, hier links naast Francis Tanghe, zit met vraagtekens.© a-BWB

Zo staan onder meer gezamenlijke trainingen voor de betere jeugdspelers op het programma, denken de clubs verder na over de uitbouw van sportkampen en moet een overkoepelende jeugdcoördinator, die door de stad betaald wordt, de verschillende interne werkingen op elkaar afstemmen. “Ook voor de aankoop van materiaal zullen we elkaar makkelijker kunnen vinden”, zegt Ivan nog.

Van onderuit

Dat de stad en de schepen de lat voor het Kortrijkse volleybal zo hoog mogelijk leggen, stoort de clubs niet. “Naar ik begrijp zou een Spurs-team in 2025 wenselijk zijn”, zegt Jurgen Demolie. “Vraag is of het draagvlak nu al voldoende groot is. Ik denk dat het vooral belangrijk is om elkaar nog beter te leren kennen. Het wantrouwen dat er was, is nu misschien nog te groot.”

Vraag is wat de andere ploegen ons te bieden hebben. Het niveauverschil is nu te groot – Ivan Cannaert, voorzitter van damesploeg Bidavo Bissegem

“Eén Kortrijk Spurs moet het gezamenlijke doel van de clubs zijn, maar in welke vorm dat op korte termijn moet, is nog maar de vraag. Ik denk vooral dat het sportieve moet primeren”, aldus Dieter Vandermeersch nog.

Bij Bidavo staan ze niet meteen te springen om heel snel over te gaan tot één fusieploeg. “Voor alle duidelijkheid: samenwerken op vlak van jeugdwerking is voor ons absoluut geen probleem. Maar wat onze eerste ploeg betreft, actief in de eerste divisie, moeten we ons de vraag durven stellen wat de andere teams ons op sportief vlak te bieden hebben. Vandaag is het niveauverschil gewoon te groot. Laat het voorlopig maar van onderuit groeien, de rest is koffiedik kijken.”

“Iedereen zal moeten geloven in een succesvolle samenwerking”, zegt Jurgen. “Stap per stap werken is nu het belangrijkste. Iets forceren heeft volgens mij weinig zin. Uiteindelijk willen wij als bestuurders allemaal naar boven kijken. Samen zal die groei tijd vragen, maar als we het allemaal alleen moeten doen, zal het nog veel langer duren.”

Bidavo Bissegem in actie.
Bidavo Bissegem in actie.© Bart

Schepen van Sport Arne Vandendriessche: “Ik zie dit als een marathon waar we goed voor trainen”

Dat schepen Arne Vandendriessche (Team Burgemeester) grote plannen heeft met de sportclubs in de stad steekt hij niet onder stoelen of banken. Hij trok bewust het overleg tussen de volleyclubs naar zich toe en wil naar analogie met het Kortrijkse basket werken. “We steken samen met de vier clubs een tandje bij. Door tweemaandelijks samen te komen, willen we kijken hoe we de sport in Kortrijk kunnen stimuleren. Omdat ik zelf geloof dat dit start bij de jeugd hebben we als bestuur budget vrijgemaakt om een jeugdcoördinator aan te werven. Hij of zij zal als kerntaak hebben om de gemeenschappelijke jeugdwerking te versterken en te verbreden.” Ondertussen schoven de clubs zelf al een aantal mensen naar voren, maar ook externe kandidaturen zijn nog altijd welkom.

“We hebben gemerkt dat als de stad het niet doet, het simpelweg niet gebeurt. De clubs zijn vooral bezig met hun eigen werking en dat is ook logisch, maar het is belangrijk om het bredere plaatje in het oog te houden. We willen in het nieuwe overleg intensiever samenwerken. Waarom zouden we zelfs niet nadenken over samenwerkingen met Lendelede? Het doel is duidelijk: een topclub in eerste nationale in de Lange Munte zien spelen. Als stad willen we daar mee onze schouders onder zetten. Een ‘deadline’ vooropstellen, lijkt mij niet nodig en onverstandig. Ik zie dit verhaal niet als een eenmalige sprint, wel als een marathon waar nu samen goed voor moeten trainen.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier