Sabine Friederichs: “Gemoedelijker leven tussen kunst en natuur”

Sabine Friederichs: “Het afscheid van het Andromeda Hotel was wennen, maar er zijn andere dingen in de plaats gekomen.” © Peter MAENHOUDT
Hannes Hosten

Na haar afscheid als zaakvoerster van het Andromeda Hotel en van de Oostendse politiek gaf Sabine Friederichs haar leven een nieuwe wending. Ruim de helft van het jaar woont ze nu in een kunstenaarsdorp in Zuid-Frankrijk. Zij en haar man zijn er de bezielers van Latuvu, een project rond hedendaagse kunst. “Ik geniet meer dan vroeger, maar blijf bezig. Ik heb nu echt mijn ding gevonden”, zegt Sabine, die onlangs 60 werd.

Het is een toeval dat we Sabine Friederichs in Oostende aantreffen, want ze blijft hier maar acht dagen. Daarna keert ze terug naar Bages, het kunstenaarsdorp aan een groot zoutmeer en op een steenworp van de Middellandse Zee. “Jaren geleden hoorden we dat een kunstenaar er zijn huis verkocht. We namen de TGV om te gaan kijken en waren er meteen verliefd op. Niet veel later hadden we het gekocht. Het is een oud wijndepot, waarvan we de authenticiteit bewaarden, maar ook moderne elementen aan toevoegden. Intussen brengen we er het grootste deel van onze tijd door.”

Wat doen jullie daar precies?

“Mijn man is grafisch kunstenaar en heeft er zijn atelier. Zijn drukpers en andere materialen staan daar. En we hebben er ons kunstproject met galerij. Dat loopt van Pasen tot november, waardoor we in de winter wat meer tijd hebben om in Oostende te vertoeven. Vroeger moest het warm zijn voor mij om naar het strand te gaan, maar nu kan ik heel erg genieten van de zee in de winter. En zeker ook van de Oostendse vis en garnalen.”

En vanwaar het kunstproject?

“Zonder het zelf te beseffen, hadden we alle bouwstenen al klaargelegd. Het was altijd mijn droom om iets rond kunst te doen. Ik volgde ook kunstacademie, eerst op mijn 17de en dan vele jaren later. Ik schilder zelf ook. Het huis hadden we al een hele tijd. En zo zijn we daar toevallig ingerold. Maar we grepen wel de kansen die zich aandienden. Op het gevoel af, zonder te twijfelen.”

Viel het je zwaar om het Andromeda Hotel te verlaten?

“Het duurde een hele tijd voor ik er overheen was. Elke ochtend vroeg opstaan, zeven dagen op zeven werken… Je neemt dat nog lang mee. Als wij Oostende binnenreden, zette mijn man me altijd eerst en vooral af aan het hotel. Dat hoefde plots niet meer. Het was ook het levenswerk van mijn papa, die trouwens ook kunstliefhebber was en veel gedaan heeft voor Oostendse kunstenaars. Ja, het was wennen, maar na een tijd komen er andere dingen in de plaats. En de overnemers van de groep C-Hotels zijn toffe mensen.”

Wat voor een project is Latuvu?

“We exposeren hedendaagse kunst: schilderijen, grafiek, beelden, installatiekunst… Bages telt amper 700 inwoners, maar wel vier kunstgaleries. Deze zomer organiseren we het project ‘Lumen’. De andere galeries van het dorp doen mee en exposeren in hetzelfde thema, licht. Ook twaalf kunstenaars uit de regio stellen hun atelier open, zodat je er alles samen werk van 30 kunstenaars kan zien.”

Je blijft er toch ondernemend.

“Ik kan het niet laten hé. Aan het meer brengen we ook video- en andere performances, er is film in open lucht… Voor elk wat wils. We willen kunst toegankelijk maken, niet boven de hoofden van de mensen. Je komt naar de streek voor de natuur, maar kan intussen ook kunst meepikken. We ontmoeten er een internationaal publiek, maar ook veel Fransen, want zij reizen veel in eigen land. Elk jaar resideert er ook een kunstenaar bij ons. Die woont en werkt enkele weken in de studio naast de galerie om er daarna de resultaten te exposeren. Iedereen die bij ons tentoonstelt, mag een week logeren. De band met de kunstenaars is ook van belang.”

Je verliet ook de Oostendse politiek. Mis je dat niet?

“Eigenlijk niet. Ik deed 15 jaar eerlijk aan politiek en heb gedaan wat ik dacht dat goed was. Ik zette mijn schouders onder De Grote Post, waar ik ondervoorzitter was. Het cultuurcentrum bestaat nu tien jaar en het lijkt alsof het er altijd geweest is. Als er iets is wat ik soms mis in Frankrijk, zijn het de voorstellingen in De Grote Post. België heeft enorm veel goede kunstenaars, op alle vlakken. Ik ijverde ook voor toeristische projecten die passen bij Oostende, met veel cultuur. Het mag geen kermis worden. Maar ik ben niet uit het juiste hout gesneden om me van ’s morgens tot ’s avonds vast te bijten in de politiek. Na het afscheid van ons hotel wou ik wat meer vrijheid. Maar ik blijf de waarden van het liberalisme verdedigen. En ik ben nog ondervoorzitter van Mu.ZEE.”

Wat is nu de grootste verandering in vergelijking met het leiden van een hotel?

“Dat wij het gewoon met ons twee doen, mijn man en ik, niet met een grote personeelsploeg. En het is een rustiger leven, helemaal in de natuur. Al blijft het voor een stadsmus als ik goed dat de stad Narbonne niet veraf is. Zeker tijdens de lockdown hebben we ervaren hoe goed het is in het midden van de natuur te wonen. We hebben de waarden van het leven herzien. We zijn nu meer tevreden met kleine dingen, zoals een groep vrienden en kunstenaars die op bezoek komen en elk iets meebrengen om te eten of te drinken. Dat verdelen we dan. Le partage, noemen we dat. We zijn goed geïntegreerd in het dorp. Ook kunst moet immers gedeeld worden. Het gaat er gemoedelijker aan toe, maar we blijven bezig.”

Bio

Privé: geboren in Oostende op 2 juni 1962. Getrouwd met Herman Van Synghel, twee dochters: Margo (31) en Justine (29). Woont meestal in het Zuid-Franse Bages in het departement Aude, maar ook nog regelmatig in Oostende.

Opleiding en loopbaan: licentie moraalwetenschappen (VUB). Leidde 30 jaar (tot 2014) het Andromeda Hotel in Oostende. Gemeenteraadslid (Open VLD, 2012-2019), voorzitter gemeenteraad (2013-2014).

Vrije tijd: musea bezoeken, lezen over kunst en kunstenaars, zwemmen in zee of in het meer.