Ruim 20 procent minder herdenkingsbezoekers in Westhoek

Tom Gheeraert
Tom Gheeraert Medewerker KW

Tot en met oktober 2019 verwelkomde de Westhoek 372.000 WOI-herdenkingsbezoekers. Dit is een daling met 21 procent vergeleken met dezelfde periode vorig jaar. De daling komt niet onverwacht gezien de enorme belangstelling voor de eeuwherdenking in 2018. Ook de Brexit zorgt voor uitstelgedrag bij potentiële Britse bezoekers.

Niettemin benadrukt Westtoer dat het herdenkingstoerisme nog steeds heel belangrijk is voor de Westhoek. Het aantal herdenkingsbezoekers in 2019 ligt zo’n 18 procent boven het niveau van vóór de eeuwherdenking. Tot 2013 waren dat gemiddeld 360.000 bezoekers per jaar.

“De terugval in vergelijking met vorig jaar was verwacht. 2018 was met 540.000 bezoekers immers het op één na drukst bezochte jaar van de vijfjarige herdenking. In vergelijking met 2012, net voor de start van de herdenkingsperiode, noteert Westtoer zelfs een toename van 20 procent voor de eerste tien maanden. Een deel van de groei die door de herdenkingsperiode tot stand kwam, wordt geconsolideerd in de cijfers voor 2019. Voor het volledige jaar 2019 raamt Westtoer het herdenkingstoerisme voorlopig op 415.000 à 425.000 bezoekers.”

De Westhoek kijkt tevreden terug op een indrukwekkende opkomst voor de eeuwherdenking van de Groote Oorlog. “Voor de periode 2014-2018 noteerde het Kenniscentrum van Westtoer in totaal 2,8 miljoen herdenkingsbezoekers in de Westhoek”, vervolgt Qvick. “Het beeldjesproject CWRM in Ieper meegerekend, klokt de regio af op drie miljoen bezoekers in de voorbije vijf jaar. Dit is een half miljoen bezoekers meer dan vooropgesteld.”

“De respectvolle manier waarop de Westhoek de Eerste Wereldoorlog heeft herdacht, zorgde in binnen- en buitenland voor ruime weerklank”, aldus gedeputeerde Sabien Lahaye-Battheu. “Dit werd ook opgemerkt door internationale media zoals de New York Times en het NRC Handelblad. Ook de tevredenheid van bezoekers scoorde hoog. Zo vond 90% van de bezoekers dat de regio met respect omging met het WO I-erfgoed.”

Een nieuw jaarprogramma voor 2020 over de wederopbouw van de Westhoek staat inmiddels in de steigers. “Met het ‘Feniks’-project bundelen gemeenten en musea van de Westhoek hun krachten”, vervolgt Raïsa Qvick. “Thematische tentoonstellingen en publieksevenementen brengen het verhaal van de heropleving van de regio. Wandel- en fietsroutes nemen bezoekers mee langs de markantste wederopbouwsites in de Westhoek. Enkele unieke wederopbouwsites worden voor het eerst (tijdelijk) toegankelijk gemaakt voor het grote publiek. Feniks loopt van begin maart tot eind november 2020.”

Het Feniks2020-project wordt gerealiseerd met de financiële steun van het Departement Buitenlandse zaken en van Toerisme Vlaanderen. “Toerisme Vlaanderen blijft ook de komende jaren het herdenkingstoerisme ondersteunen”, zegt Peter De Wilde, CEO van Toerisme Vlaanderen. “We zijn er van overtuigd dat Vlaanderen het verhaal van de Eerste Wereldoorlog moet blijven vertellen. Het is een verhaal dat mensen van over de hele wereld met mekaar verbindt en natuurlijk ook met onze regio. Vandaar onze forse steun van 500.000 euro voor het Feniks-project, de volgehouden internationale communicatie over De Groote Oorlog in Vlaanderen en onze steun aan de opvolging van de bezoekersaantallen in de Westhoek”.

Het opvolgen van de bezoekersaantallen voor het herdenkingstoerisme in de Westhoek gebeurt door het Kenniscentrum van Westtoer in samenwerking met Toerisme Vlaanderen. Westtoer doet hiervoor een beroep op de cijfers van zes musea en vier begraafplaatsen in de Westhoek: het In Flanders Fields Museum, het Memorial Museum Passchendaele 1917, Talbot House, het Museum aan de IJzer, de Dodengang en Bayernwald, Tyne Cot en Lijssenthoek Cemetery en de Duitse begraafplaatsen in Langemark en Vladslo. Daarnaast worden sinds 2014 ook de bezoekers meegeteld die enkel Westfront in Nieuwpoort hebben bezocht. (TOGH)

Meer info op www.feniks2020.be

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier