Religie in tijden van corona: “Gelovigen met mondmaskers, dat doet iets met je”

André Monstrey is pastoor van het bedevaartsoord Dadizele. © Jan Stragier
Philippe Verhaest

Geen eucharistievieringen. Geen huwelijken. Geen doopsels. Enkel nog uitvaarten. De Kerk kreunt onder de coronamaatregelen. En nu staat ook nog eens de drukste maand van het jaar – meimaand, bedevaartmaand – voor de deur. “Afstand houden, het is ook bij ons de norm geworden”, zegt pastoor André Monstrey van Dadizele.

Het aantal praktiserende gelovigen mag de voorbije decennia dan wel fors gedaald zijn, voor veel mensen blijft de Kerk nog altijd een van dé huizen van vertrouwen van onze maatschappij. Maar ook die ontsnapt niet aan de klauwen van het coronavirus. André Monstrey (74), pastoor van Dadizele en rector van het bedevaartsoord, ziet de situatie met lede ogen aan.

“Ik ben 48 jaar priester, maar dit heb ik nog nooit meegemaakt”, zucht hij. “Een dag zonder eucharistieviering, ik kon me dat niet voorstellen. Tot een zevental weken geleden. Als pastoor en rector had ik ook altijd wel iets te doen. Mijn agenda stond bomvol. Het is om stil van te worden. Het doet me zelfs pijn, want voor veel mensen is het geloof en onze Basiliek van Onze-Lieve-Vrouw van Dadizele een houvast. Het is de eerste keer sinds de Tweede Wereldoorlog dat er geen vieringen meer kunnen plaatsvinden. Toen was onze basiliek omgevormd tot een veldhospitaal, nu bestrijden we een onzichtbare vijand. Bevreemdend.”

Intiem en hartverscheurend

Voorlopig kunnen enkel uitvaarten in de kerk plaatsvinden, met maximaal 15 aanwezigen. “Dat zijn telkens erg intieme en mooie plechtigheden, maar tegelijk is het ook hartverscheurend. Je weet dat er mensen niet bij kunnen zijn. Zelfs binnen de eigen familie moet gekozen worden wie wel en wie niet kan gaan. Erg.”

Pastoor André zelf mist vooral het warme menselijke contact in en rond de kerk. “In september ga ik met pensioen. Ik hoop dat ik dat moment met al mijn dierbaren kan vieren en dan niet in een desolate kerk sta. Maar ik leef ook mee met wie nu wilde trouwen of zijn kindje laten dopen. De voorbije weken zijn zeven huwelijken en 20 doopsels uitgesteld.”

“Tijdens vieringen zal ik erg duidelijk mijn handen ontsmetten”

Sinds de 14de eeuw staat Dadizele bekend als een bedevaartsoord en die reputatie houdt het ook anno 2020 nog hoog. “Andere jaren mogen we honderden bedevaarders verwelkomen, dat zal nu net iets anders zijn. 76 groepen bedevaarders van woon- en zorgcentra hebben hun komst al afgeblazen en er vindt ook geen enkele viering plaats. Andere jaren zijn dat er een zestal per dag, tot zelfs tien in het weekend. Die worden nu tot nul herleid. Maar onze basiliek blijft open, mensen hebben nood aan steun. Bedevaarders zijn altijd welkom in Dadizele, ook in coronatijden.”

Realistisch

De Dadizeelse pastoor hoopt dat hij zo snel mogelijk weer vieringen kan voorgaan. “Liever vandaag dan morgen, maar ik ben realistisch genoeg om te beseffen dat het nog een hele poos zal duren. En we zullen de nodige voorzorgsmaatregelen moeten nemen. De basiliek is groot genoeg om de nodige afstand te bewaren en ik zal tijdens de viering vaak erg duidelijk mijn handen ontsmetten. Voor en na de offerande, om de communie voor te bereiden en uit te delen… En als gelovigen een mondmasker moeten dragen, dan zullen we dat respecteren. Je ziet mensen hier nu al met een masker aankomen. Dat doet iets met me. Zo zie je ook echt dat we iets heel bizar meemaken.”


Misdienaar Jenne: “Ik mis de vieringen écht”

Jenne Rubbens.
Jenne Rubbens.© Joke Couvreur

Ook voor misdienaar Jenne Rubbens is een technisch werkloze Kerk een nieuw gegeven. De 12-jarige Westvleterse is sinds haar zesde misdienaar. “En dat doe ik met heel veel passie”, zegt Jenne. “Ik mis die vieringen en de kerk zelf echt. De kelk aanbrengen, met de schaal rondgaan, de jaarlijkse eerste communie en heilig vormsel mee begeleiden… Ik geniet er elke keer opnieuw van. Het brengt me zelfs tot rust, want in de kerk ben ik altijd alleen met mijn gedachten.”

De voorbije weken waren dan ook verre van evident voor Jenne, die het eerste middelbaar aan De Keiwijzer in Poperinge volgt. “De hele Goede Week hebben we aan ons moeten voorbij laten gaan en de tweewekelijkse zondagsmis stond ook niet op de agenda. Allemaal erg vreemd. Ik mis ook het contact met de pastoors en mijn collega-misdienaar Arthur Parrein.”

“Als misdienaar heb ik ook een intens contact met mijn oma Ludwine Pattyn. Zij is erg actief in de parochiewerking en was er altijd bij als ik de mis moest dienen. Hopelijk zijn we snel herenigd, als het kan nog voor de zomer. We moeten hier allemaal samen door, maar soms heb ik het lastig. Ik kan niet naar school, er zijn geen activiteiten bij Chiro Pimpernel in Westvleteren, ik kan niet gaan badmintonnen of turnen… Ik zit gewoon thuis. Die eerste viering in de kerk zal straks iets speciaal worden. En als het moet dragen we handschoenen en een mondmaskers. Zolang we maar weer kunnen van start gaan.”


Parochiaal medewerker Isabelle: “Kerk zorgt voor sociaal contact”

Parochiaal medewerkster Isabelle Busschaert uit Izegem.
Parochiaal medewerkster Isabelle Busschaert uit Izegem.© Frank Meurisse

Isabelle Busschaert (44), medewerker van de parochiale eenheid Sint-Crispijn in Izegem, heeft het moeilijk, zegt ze: “Een stevig deel van mijn leven speelt zich af in de Sint-Jan de Doperkerk van Kachtem. Ik ben er elke week enkele keren te vinden en iedere zondag om 9 uur woon ik er de mis bij. Nadien is er altijd een koffiemoment en maken we het gezellig. Dat is, door corona, allemaal weggevallen. Ik mis die momenten enorm. De sociale contacten, je vrienden er ontmoeten… Ik ben ook mee verantwoordelijk voor de planning van de misdienaars en gelukkig loop ik sommigen van hen nog eens tegen het lijf tijdens een wandeling. Dat maakt telkens mijn dag goed.”

Tijdens de week voor Pasen openden Isabelle en haar collega’s om beurten de kerk. “En elke keer kwamen mensen er over de vloer om een moment van stilte en bezinning te vinden. Daar hebben veel mensen nu nood aan. Daarom openen we de kerk sinds 1 mei elke dag van 15 tot 18 uur. Om mensen een houvast te bieden, maar we nemen ook de nodige maatregelen. Gelovigen kunnen in de kerk hun handen ontsmetten en we vragen iedereen om voldoende afstand te houden. Ik hoop vooral dat we zo snel mogelijk opnieuw vieringen kunnen meemaken. Nu volgen we elke zondag de mis via de Facebookpagina van onze pastoor Matthias Noë. Mooi, maar we snakken naar een viering ín de kerk zelf. Wanneer dat zal zijn? Ik hoop op eind mei. Desnoods allemaal met mondmaskers en handschoenen.”


Abou Sanou: moslim tijdens een vreemde, uitdagende ramadan

Abou Sanou met zijn dochtertje Maeva op de arm.
Abou Sanou met zijn dochtertje Maeva op de arm.© Olaf Verhaeghe

De eerste twee weken van de ramadan, de vastenperiode voor moslims, zitten er bijna op. Ook voor de 30-jarige Abou Sanou uit Kuurne. “Dit jaar is zonder twijfel een heel bijzondere. Je verlangt des te meer om ‘s avonds met je familie en vrienden samen te zijn. Maar ook zo lukt het wel.”

Abou groeide op in Harelbeke in een gezin van vijf kinderen. Eén broer, vier zussen. Vandaag woont hij in Kuurne, samen met zijn vrouw Isabelle Masson en hun dochtertje Maeva (10 maanden). “Isabelle is geen moslima, dus zij doet niet mee met de ramadan. Bovendien is ze zwanger van ons tweede kindje”, vertelt hij met de schattige Maeva op de arm. “Dus ja, het is dit jaar een soloramadan thuis. ‘t Is een keer iets anders, hé.” (lacht)

“Ik denk dat ik sinds mijn 15de de ramadan meedoe”, herinnert Abou zich. “Toen ik nog jonger was, vastte ik af en toe. Uit eigen keuze en overtuiging. Ik kijk er eerlijk gezegd elk jaar wel naar uit.” 2020 is echter een bijzonder jaar, dat beseft hij. “Maar ik denk niet dat het extra moeilijk wordt om vol te houden. Anders, uitdagend op een andere manier. Normaal kom je voor de iftar, de maaltijd ‘s avonds na zonsondergang, samen met je familie of vrienden. Dat kan nu niet natuurlijk.”

“Gelukkig heb ik mijn gezin. Mijn vrouw vast niet mee, maar ik vind steun bij haar”

Abous moeder en zijn vier zussen nemen ook allemaal deel aan de ramadan, zijn vader, die diabetespatiënt is, wordt vrijgesteld. “Het gebeurt niet vaak meer dat we de hele familie samen kunnen eten. Dat het dit jaar wegvalt, is even wennen. Maar het is nu zo. De gezondheid gaat voor.”

Ook de moskeeën en gebedshuizen blijven voorlopig dicht. “Ik zeg niet dat ik doorheen het jaar vaak naar de moskee ga. Op vrijdag raak ik er door het werk simpelweg vaak niet op tijd. Maar tijdens de ramadan ga ik er wel bidden. Dat mis ik nu wel, dat voel ik. Je komt er veel van je vrienden tegen, kan je ervaringen delen en luistert naar de imam. Online lezingen zijn een oplossing, maar het is niet hetzelfde.”

“Gelukkig heb ik mijn gezin, en ook al vast Isabelle niet mee, ik vind steun bij haar. Ik denk dat het voor mensen die alleen wonen dit keer wel extra zwaar wordt. Iedereen verlangt om bij de familie te zijn. Nu alleen koken, alleen eten… Dat is nog moeilijker, vrees ik.”

Na de laatste vastendag volgt traditioneel het Suikerfeest, al vreest Abou dat ook die bijeenkomst dit jaar in het gedrang kan komen. “We zullen zien hoe de coronamaatregelen tegen dan evolueren, maar ik reken er eerlijk gezegd niet echt op. Het kan niet de bedoeling zijn om meteen weer met 20 of 30 mensen in één huis samen te komen. Ik hoop vooral dat iedereen, hoe moeilijk het ook zal worden, zich aan de regels kan houden.” (Olaf Verhaeghe)