Reisgids Dominique Gondry:”Mijn vroege pensioen zie ik als een geschenk”

Dominique Gondry: "Ik ben niet bang om uit mijn comfortzone te gaan, toch niet als ik mijn uitdagingen zelf mag kiezen." (foto Davy Coghe) © Davy Coghe
Hannes Hosten

Dominique Gondry (56) kon al op zijn 52ste op pensioen bij de marine. Die vroege pensionering vindt hij een geschenk, waar hij zoveel mogelijk wil mee doen. Dominique startte daarom als reisleider voor Berlijn en gids voor de kustregio, met de Oostendse Oosteroever als specialisatie. Hij wil vooral de nog onbekende verhalen uit de mist van de geschiedenis halen.

Nee, ik ben niet de eerste die hem zegt dat hij op Barack Obama lijkt. En hij vindt het een compliment. En net als de vroegere Amerikaanse president kreeg hij het geluk niet zomaar in de schoot geworpen. Dominique is een van de vijf kinderen van een alleenstaande moeder. Omdat die het financieel moeilijk kon rooien, werd een broer opgevoed bij een tante en een zus bij de grootouders. Dominique en nog een broer brachten een groot deel van hun jeugd in internaten door. “De laatste twee jaar van de lagere school verbleef ik bij het Koninklijk Werk Ibis. Daar ontstond mijn liefde voor het maritieme.”

Hoe beviel het je bij de Ibis?

“Met de discipline had ik nooit enig probleem. Later ook niet toen ik bij de marine werkte. Door de thuissituatie veranderde ik enkele keren van school, maar het heeft me geleerd altijd open te staan voor nieuwe uitdagingen. In het eerste middelbaar ging ik een ASO-opleiding volgen, maar dat was een horde te veel. Ik keerde een jaar terug naar de Ibis, maar bracht uiteindelijk toch mijn humaniora tot een goed einde.”

Ook bij de marine kreeg je altijd weer nieuwe taken.

“Eerst oefende ik drie verschillende functies uit als onderofficier. Ik heb elf jaar gevaren. Via examens stootte ik door tot de graad van ‘toegevoegd officier’. In de laatste tien jaar van mijn loopbaan had ik weer vier verschillende functies, waaronder communicatieverantwoordelijke. Op mijn 52ste mocht ik met pensioen.”

Dat is toch heel jong?

“Daar ben ik me erg bewust van. Ik vind het een geschenk dat ik zo vroeg kon stoppen en wil die tijd niet verkwanselen in mijn luie zetel. Daarom volgde ik – nog tijdens mijn carrière – een opleiding van twee jaar tot reisleider. Voor mijn eindexamen koos ik Berlijn als reisdoel omdat ik een nieuwe taal wou leren. Ik volgde dus ook Duits.

Zelfs tussen Oosteroever, Ensor en Berlijn vind je links

Sindsdien leidde ik al enkele vijfdaagse fietsreizen door de Duitse hoofdstad. Drie jaar terug startte ik ook een opleiding tot gids regio kust. Die is nu net afgerond. Voor dat eindwerk ging ik de maritieme weg op: de Oosteroever en de Oostendse haven van de Middeleeuwen tot nu.”

Veel kan je nu wel niet doen met je nieuwe uitdagingen?

“Corona maakte reizen en gidsbeurten quasi onmogelijk. Daarom besloot ik om me van september tot mei volledig te wijden aan het bestuderen van James Ensor. Ik ben vrijwilliger geworden in het nieuwe belevingshuis rond Ensor. Mijn bedoeling is vooral om er Duitstalige bezoekers te kunnen rondleiden.”

Wat vind je leuk aan dat gidsen?

“De onverwachte ontmoetingen. Je leert altijd nieuwe mensen kennen en die werpen telkens een nieuw licht op je verhaal. Ook al zijn mijn onderwerpen erg gevarieerd, ik vind altijd links. Zo fulmineerde Ensor in zijn tijd tegen de afbraak van de vestingen en het snel veranderende Oostende, iets wat nu op de Oosteroever terugkomt. De Oosteroever, waar sinds 1922 de haven wordt uitgebouwd, had altijd iets van een strijdtoneel: politiek, economisch, sociaal. De Vuurtorenwijk die er moest wijken voor de dokken, de bouw van de Opex…”

Vind je ook links tussen Oostende en Berlijn?

Er is zelfs een link met Berlijn: Een zus van Ensor was een tijd getrouwd met een Chinees die in Berlijn woonde. Het koppel ging al snel uit elkaar en de zus keerde met haar dochter terug naar Oostende. Maar de Chinoiserieën – Chinese kunstvoorwerpen – die moeder Ensor in haar winkeltje verkocht, kwamen ook uit Duitsland. Ik probeer nu via het Berlijnse stadsarchief bewijzen te vinden dat ze ingevoerd werden via die Berlijnse schoonbroer.”

Zo kan je eindeloos doorgaan.

“Dat is het leuke: er is een basis en die kan je altijd verder uitdiepen. Zo zie je ook hoe klein de wereld is. Ik wil niet oppervlakkig zijn en bied graag wat meer dan een klassieke gidsbeurt. Je voelt snel of de groep gemotiveerd is om dieper te gaan. Het moeten daarom geen specialisten zijn. Alleen kom ik soms tijd tekort om het allemaal uit te zoeken. Weet je dat ik al rond 5.30 uur opsta om te werken? Je amuseren, zegt mijn vrouw. Maar ik ben haar heel dankbaar dat ze me die tijd gunt.”

En zo heb jij er toch maar weer een nieuwe uitdaging bij.

“Ik heb er geen moeite mee om telkens weer te focussen op iets nieuws. Ik ben niet bang om uit mijn comfortzone te gaan, toch niet als ik mijn uitdagingen zelf mag kiezen. Misschien komt het wel door de vele veranderingen in mijn jeugd, al was dat van moeten. Maar ik ben mijn moeder – die intussen is overleden – eeuwig dankbaar voor haar inspanningen om ons te plaatsen waar wij vandaag staan. Wat ik nu allemaal beleef, is de interest van haar en mijn inspanningen. Thuis en bij de marine. En wat is die interest? Dat ik gewoon verder mag doen.”

Wie is Dominique Gondry?

Privé

Geboren in Nieuwpoort op 7 december 1964, groeide op in Oostende, waar hij nog woont met zijn vrouw Karin Casselman. Het gezin telt twee dochters, Sara en Niki Verleden, en drie kleinkinderen.

Opleiding en loopbaan

Volgde middelbare school en ging daarna bij de marine aan de slag. Sinds vier jaar gepensioneerd. Volgde cursus reisleider en gids regio kust met de Oosteroever als specialisatie. Nu in opleiding tot stadsgids bij de Oostendse gidsenkring Lange Nelle.

Vrije tijd

Boekenwurm. Vrijwilliger bij Oostende voor Anker.