Raadslid hekelt hoge prijzen OCMW-landbouwgrond in Alveringem

Raadslid en landbouwer Marnik Vandenbroucke op een van de velden rond Clep. "Je patrimonium verkopen, is verarmen. Zeker wanneer je als OCMW het geld niet nodig hebt", meent hij. (foto AB)
Redactie KW

Raadslid Marnik Vandenbroucke hekelt de verkoop door het Alveringemse OCMW van twee percelen landbouwgrond aan weerskanten van het voormalige rusthuis Clep. Beide percelen moeten respectievelijk minstens 80.000 euro en 75.000 euro per hectare kosten. “Het is triest dat het OCMW van een landelijke gemeente de prijs van de landbouwgrond mee de hoogte injaagt. Als landbouwer-raadslid distantieer ik mij daarvan.”

Even een kleine situatieschets. Net zoals het Alveringemse OCMW indertijd gratis en voor niets eigenaar werd van het gebouw Clep – een schenking van wijlen Jozef Clep – zijn ook de twee omliggende percelen landbouwgrond schenkingen aan het OCMW geweest. Het zoveelste bewijs dat het Alveringemse OCMW door schenking historisch veel rijkdom heeft vergaard én daar vandaag nog altijd de vruchten van plukt. Getuige de recente realisatie van een van de mooiste woon- en zorgcentra van het land, een gebouw dat elf miljoen euro heeft gekost.

bejaardentehuis

Het OCMW heeft de percelen landbouwgrond rond Clep altijd verpacht. Toen de bejaarden van Clep in september 2013 naar ‘t Hoge verhuisden en er van vluchtelingen- en daklozenopvang in Clep nog geen sprake was, besliste het OCMW om het voormalige bejaardenhuis te koop te stellen. En hoewel Clep geen landbouwbedrijf is, dacht het OCMW toch dat het opportuun kon zijn om de percelen ook mee te koop aan te bieden. Vanaf dat ogenblik werden de gronden ter bede verpacht. Eén jaar met een keer is dat, om desgewenst snel de handen vrij te hebben. Het logge en verouderde gebouw Clep verkopen, bleek echter geen evidentie. Er kwamen enkele kandidaten in beeld, maar die haakten af.

procedurefout

OCMW-voorzitster Karolien Avonture kwam toen op het idee om in Clep daklozen en vluchtelingen op te vangen en de percelen landbouwgrond opnieuw te verpachten. Er werd gekozen voor het systeem van loopbaanpacht, een overeenkomst die aan pachters een lange periode van zekerheid biedt. Twee jonge landbouwers kwamen in beeld om elk een perceel toegewezen te krijgen. Maar op het gemeentehuis gebeurde een procedurefout, zo blijkt. Om niet in een penibele situatie te belanden, zette het OCMW prompt de verpachtingsprocedure stop en besliste het om te verkopen. Het was op de OCMW-raad dat raadslid Vandenbroucke zijn ongenoegen liet blijken.

Het aankoopcomité legt ons een minimumverkoopprijs op, op basis van eerdere verkopen – schepen Karolien Avonture

“PRO en N-VA keuren de verkoop van deze OCMW-landbouwgronden niet goed”, sprak Marnik Vandenbroucke kernachtig. “Ten eerste omdat de financiële toestand van het OCMW op het einde van 2018 nog altijd zeer positief was en het OCMW dit geld dus absoluut niet nodig heeft. Ten tweede omdat de verkoop van patrimonium zeker in dit geval een verarming is. En ten derde: zelf wil ik geen deel uitmaken van een beslissing die dergelijk hoge prijzen vooropstelt. Landbouwgrond is inderdaad in waarde gestegen de laatste jaren. Maar het is niet aan het OCMW om daar nog een schepje bovenop te doen. Onze fractie wil niet bij de beslissers horen die jonge landbouwers die nog de moed hebben om te starten, op dergelijk hoge kosten jagen.”

Oppositiepraat

Karolien Avonture die nu als schepen van Sociale Zaken aan het hoofd van het OCMW staat, weerlegt de argumentatie van Marnik Vandenbroucke en noemt het oppositiepraat. “Dat het OCMW er financieel goed voorstaat, is relatief“, stelt ze. “We hebben kosten gemaakt voor de bouw van de assistentiewoningen. De kosten voor de aanleg van de omgeving zullen er nog bijkomen. Het geld van de verkoop van deze landbouwgronden én ook de verkoop van bouwgronden in de Hoogstraat zullen dus goed van pas komen. Wat die prijs betreft: wij halen niet het onderste uit de kan, maar verkopen volgens de voor openbare besturen verplichte procedure: het aankoopcomité dat ons een minimumverkoopprijs oplegt, op basis van eerdere verkopen van gelijkaardige landbouwgronden in de regio. Grond pachten, is inderdaad altijd interessanter voor landbouwers, maar dat neemt niet weg dat ze soms ook graag kopen, als ze dat financieel aankunnen. Een OCMW heeft daar geen sturende rol in. Het feit dat we een procedurefout hebben gemaakt, zou zeker juridische gevolgen gehad hebben. Dat wilden we vermijden. We hebben immers altijd een goede relatie gehad met al onze pachters. Bijgevolg kozen we voor de zekere en transparante weg van verkoop.”

Verboden

Burgemeester Gerard Liefooghe voegt nog toe dat hij ook schrikt van de huidige prijzen voor landbouwgrond, maar dat de wet aan lokale besturen verbiedt om eronder te gaan. “Als dit de prijzen zijn die de betrokken aankoopcommissaris ons opdraagt, hebben wij geen reden om aan zijn oordeel te twijfelen“, meent de Alveringemse burgemeester.

(AB)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier