Protocolchef Jo Dielman leidt vzw Mercator: “Voor de speciallekes komen ze bij mij terecht”

Jo Dielman op de Mercator: “We slaagden erin om het schip, toch voor corona, weer winstgevend te maken.” © Davy Coghe
Hannes Hosten

Vrijdag 10 december zijn we voor de 200ste keer te gast voor een interview op de Mercator. Aan de vooravond van dat jubileum nodigden we de man uit aan wie we de gastvrijheid op het bekendste schip van Oostende te danken hebben. Jo Dielman (58) is naast protocolchef van de stad ook gedelegeerd bestuurder van vzw Zeilschip Mercator. De immer beschikbare Jo leidt sinds kort ook het vaccinatiecentrum.

Aan Jo Dielman vragen of hij een band heeft met de Mercator, is natuurlijk een open deur intrappen. Nochtans had hij niets met de driemaster, zelfs niet met het maritieme tout court, tot toenmalig burgemeester Jean Vandecasteele hem in 2007 vroeg om gedelegeerd bestuurder te worden. “De vzw was tot dan toe in Antwerpen gevestigd en de vrijwilligers waren bijna zo oud als het schip zelf (dat uit 1932 dateert, red.). Ze moesten grote afstanden afleggen om hier te geraken, terwijl je eigenlijk beter kort bij zo’n schip bent. Er is heel veel zorg aan. Geen dag is hetzelfde.”

Hoe komt dat?

“De Mercator is maritiem erfgoed, maar dat niet vaart. Het schip ligt stil in regen, wind en hagel. En in tegenstelling tot vroeger is er geen bemanning om het te onderhouden. En daar is heel veel werk aan. Als je halverwege bent, mag je al weer achteraan beginnen. En dan ben je nog niet vooraan geweest. Ook al heeft de Mercator intussen twee grootscheepse restauraties achter de rug, er is altijd werk aan. ’s Zomers buiten, ’s winters binnen. Gelukkig kunnen we rekenen op een tiental vrijwilligers.”

Burgemeester en schepenen weten dat ze me dag en nacht mogen bellen

Ben je intussen een kenner van maritiem erfgoed?

“Ik leerde al veel bij. Maar los van het maritieme zie ik de Mercator vooral als een kleine kmo. Een museum op het water, dat moet renderen. Wij slaagden erin extra bezoekers te lokken, thematentoonstellingen te organiseren en extra feestelijkheden en recepties aan te trekken. Vroeger was het schip verlieslatend. Het was ook maar enkel in de weekends open. Wij slaagden erin het bezoekersaantal op te trekken tot 63.000, 64.000 per jaar, een van de grootste publiekslokkers aan de kust. Corona was een fikse streep door de rekening. We zijn nu weer licht verlieslatend, maar voor de coronacrisis boekten we winst. Dat is nodig om het schip drijvend te houden, letterlijk en figuurlijk.”

Mensen kennen je vooral van huwelijken en ontvangsten op het stadhuis, als protocolchef van de stad. Ben je daarin strikt of eerder los?

“Ik hou alles redelijk strikt in de hand. Protocol is niet saai, het maakt het juist makkelijk voor iedereen. Je weet waar je moet staan of niet staan en wanneer je iets moet zeggen. Er bestaan strikte regels rond. Zo spreekt de burgemeester altijd het laatst, zo kan hij nog reageren op eventuele kritische opmerkingen van eerdere sprekers. Bij hoog bezoek bestaat een lijstje van wie protocollair vooraan komt. Koning, kardinaal, voorzitter van de Kamer… En dat ligt gevoelig, ja. Als je iemand op de tweede rij zet die eigenlijk op de eerste rij had moeten zitten, heb je dat geweten.”

Onlangs werd je warempel ook nog coördinator van het vaccinatiecentrum.

“Er was een nieuwe coördinator nodig, want na de verhuizing van het Kursaal naar de vroegere MediaMarkt half oktober stopte ook het vast personeel. De vrijwilligers en ook de verpleegkundigen, artsen en apothekers gaan wel door. Het is zelfs weer drukker geworden: toen ik begon, werkten we op woensdag, donderdag en vrijdag van 8 tot 16.30 uur. Intussen is de dinsdag erbijgekomen en gaan we door tot 20 uur ’s avonds. Er passeren 1.450 mensen op een dag. Lange dagen, maar het moet vooruitgaan.”

Wie is Jo Dielman?

Privé

Geboren in Gent op 24 juli 1963. Groeide op in Brugge, woont al zo’n 35 jaar in Oostende. Getrouwd met Ann Albrecht, zoon en dochter, twee kleinkinderen.

Opleiding en loopbaan

Militaire opleiding. Loopbaan bij de luchtmacht, waar hij ook verantwoordelijk was voor de externe relaties. Buitenlandse missie in ex-Joegoslavië in 1996. Sinds 2005 protocolchef stad Oostende. Ook waarnemend noodplanningscoördinator, sinds kort coördinator van het vaccinatiecentrum, gedelegeerd bestuurder vzw Zeilschip Mercator, voorzitter Sociaal Fonds van de Burgemeester.

Vrije tijd

“Eens op reis gaan naar Italië of Spanje, maar in België geen hobby’s. Het is een cliché, maar mijn werk is mijn hobby.”

Is het allemaal nog combineerbaar voor jou?

15 november, Koningsdag, is de laatste officiële plechtigheid van het jaar. Recepties en ontvangsten op het stadhuis liggen stil door corona. Het is dus een kalmere periode voor mij. Maar dit is een sprong in het onbekende. Ik keerde zelfs vervroegd terug van een reis om me in te werken. Ik krijg hier niets extra voor, dit hoort gewoon bij mijn werk voor de stad. Maar het is leuk om te doen. Je ziet enorm veel mensen. Heel Oostende passeert er.”

Jij bent echt iemand die altijd klaarstaat voor de stad.

“Als ze me vragen, dan doe ik het. Ik vind het ook een beetje een eer dat ik dit mag doen. Ze vragen dit niet aan iedereen hé. Voor de speciallekes komt de stad wel vaker bij mij terecht. Zo ben ik ook waarnemend noodplanningscoördinator, dat betekent dat ik noodplanningscoördinator Peter Jonckheere vervang als hij met vakantie of afwezig is. Maar in de praktijk volg ik alles permanent op en woon ik ook elke dinsdag de vergadering bij. Wij komen in actie bij overstromingen, branden, ongevallen, coronamaatregelen… maar bijvoorbeeld ook bij de ophokplicht voor kippen.”

Ben je ook soms thuis?

“’s Avonds (lacht). We wonen in de Melinda, op wandelafstand van het stadhuis en de Mercator. Dat scheelt. Bij de stad weten ze dat ze me 24 uur op 24 kunnen bereiken. De burgemeester en Hina Bhatti, mijn bevoegde schepen, weten dat ze dag en nacht mogen bellen. Zelfs op reis heb ik mijn laptop mee en beantwoord ik mails. Waarom ik zo beschikbaar ben? Het leven zou anders maar saai zijn. Als ik me enkel zou beperken tot wat ik moet doen, zat ik al sinds 13 maart vorig jaar grotendeels thuis met volle wedde. Dat is niets voor mij.”