Proces Kortrijkse vrederechter tegen Belgische staat in februari 2020 behandeld

Voor de verkiezingen van dit jaar, op 26 mei, besliste de voorzitter van de kieskring West-Vlaanderen, om Christophe Robbe niet één maar drie hoofdbureau's te laten voorzitten. © Getty Images/iStockphoto
Redactie KW

Het proces dat de Kortrijkse vrederechter Christophe Robbe heeft aangespannen tegen de Belgische staat, wordt pas in februari 2020 behandeld. Dat heeft de Brusselse rechtbank van eerste aanleg vrijdag beslist. Robbe eist een schadevergoeding omdat hij bij de verkiezingen in mei drie hoofdbureau’s moet voorzitten.

Als vrederechter heeft Robbe de voorbije jaren al meermaals een gemeentelijk hoofdbureau in Avelgem voorgezeten. Voor de verkiezingen van dit jaar, op 26 mei, besliste de voorzitter van de kieskring West-Vlaanderen, om hem niet één maar drie hoofdbureau’s te laten voorzitten.

Vrederechter Robbe vindt dat niet kunnen, onder meer omdat er in Avelgem nog manueel gestemd wordt. Hij vindt dat hij “schade lijdt, aangezien hij als voorzitter van drie kantonhoofdbureaus aanzienlijke meer inspanningen dient te leveren en vrije tijd dient te besteden om zijn taken behoorlijk te vervullen, en vreest dat hij door de “zeer grote logistieke last en rompslomp die in kieskantons met manuele stemming gepaard gaat“, veel extra uren zal moeten werken.

Daarom heeft de man de Belgische staat gedagvaard en eist hij een schadeloosstelling in natura, waardoor hij opnieuw slechts één hoofdbureau zou moeten voorzitten, of een schadevergoeding, die hij zelf begroot op zo’n 1.000 euro.

(BELGA)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier