Piet Verbeest: “Een boeiend en leerrijk maar gecompliceerd leven bij Brugsch Handelsblad in de jaren ‘90”

Piet Verbeest, met Stefan Vankerkhoven, Frank Devos en Stefaan Van volcem op Rock Torhout. (Foto Tanja Vanhove)
Stefan Vankerkhoven

In de jaren 90 combineerde Bruggeling Piet Verbeest zijn universitaire studies met de job van ‘rewriting’ en het schrijven van artikels voor het Brugsch Handelsblad. “Ik moest de helft van mijn lessen aan UGent brossen om voor de krant te kunnen werken. ‘t Was een boeiend en leerrijk maar gecompliceerd leven”, vertelt de gewezen journalist, die nu copywriter is.

Op 23 juni 1906 lag het allereerste nummer van het Brugsch Handelsblad in de krantenwinkels. 115 jaar later blikken we uitgebreid terug op dit heuglijk feit. We doen dat door een reeks oud-medewerkers van ons regionaal weekblad te portretteren.

“Ik had in de zomer van 1990 net mijn master in de Germaanse filologie behaald en wou nog een enige licentie communicatiewetenschappen aan de UGent aanvatten, toen ik vernam dat het Brugsch Handelsblad een rewriter zocht”, herinnert Piet Verbeest (52) zich nog levendig. “Enkele maanden later kreeg ik een telefoontje, met de vraag of ik de daarop volgende week halftijds kon beginnen. Het gevolg was dat ik de helft van mijn lessen moest ‘brossen’, want op maandagnamiddag en dinsdag werkte ik op de oude redactie in de Eeckhoutstraat en op donderdagmorgen hielp ik pagina’s opmaken in Roeselare.”

Rewriter

“Voor ik begon, moest ik zelf opzoeken wat de job van ‘rewriter’ precies inhield. Onder de bekwame vleugels van redacteur Pierre Van Vlaenderen moest ik alle artikels van de correspondenten uit de gemeenten rond Brugge nalezen, met de stylo verbeteren en teksten inkorten. In die tijd deponeerden de medewerkers hun getypte artikels en ontwikkelde foto’s op zondagavond in de brievenbus. Mijn correcties werden met een koerier naar Roeselare gebracht, waar tien meisjes alle artikels overtypten, zodat ze printklaar naar de zetterij gebracht konden worden.”

“Op donderdagochtend knipten en plakten we alle artikels aan grote tafels op bladen. Dat was leuk en afwisselend werk. We maakten tijdens de opmaak ook veel plezier met Freddy Clauw, een hardrocker uit Houthulst die een eigen band The Killers én een zeer apart gevoel voor humor had.”

Pendelen

“Door die combinatie van studeren en werken was mijn leven toen nogal gecompliceerd, te meer ik op kot zat in Gent. Ik pendelde voortdurend tussen Brugge, Roeselare en Gent. Tegelijkertijd ben ik zelf beginnen schrijven. Mijn allereerste opdracht als journalist was…. een buitenlandse missie : ik moest naar het Zeeuwse Yerseke waar de eerste mosselen van het seizoen geserveerd werden!”

Piet Verbeest.
Piet Verbeest. © Davy Coghe

“Ik ben nooit de grote nieuwsjager, die mensen de pieren uit hun neus vraagt, geweest. Daarvoor ben ik wellicht te zachtaardig. Maar ik maakte publireportages en menselijke portretten. Zo interviewde ik de Brugse rockzangeres Anne Clicteur, die plots godsvruchtige liederen begon te zingen. De titel van het artikel luidde: van Lady Butterfly tot Soeur Sourire. Nadien stuurde ze mij een bedankingskaartje: u bent een rechtschapen mens, God zal het u lonen… In de loop der jaren kweekte ik ook een goede band met Elsje Helewaut en haar man Chery Derycke, omdat ze in hun winkel allerlei acties voor de derde wereld organiseerden en ik er verslag over uitbracht.”

Oorsmeer

“Via een rockpagina voor KW probeerden we met enkele jonge journalisten een jeugdig publiek warm te maken voor ons weekblad. We brachten verslag uit van het Cactusfestival, Dudstock en Humo’s Rock Rally. In de rubriek Oorsmeer recenseerden we nieuwe rockcd’s. Ik vond toen Automatic for the People van R.E.M. maar zozo en schreef dat die nummers weinig hitpotentieel hadden. Een foute inschatting, want die cd leverde de groep zes hits op.”

“Het onderwerp van mijn masterproef in 1993 was het mediafenomeen Jean-Pierre Van Rossem. Toen heb jij mij daar nog over geïnterviewd! De Brugse beursgoeroe had net een zitje in het parlement veroverd en vroeg mij of ik zijn medewerker wou worden. Ik heb hem vriendelijk bedankt, ik moest trouwens nog mijn legerdienst aanvangen. Ik behoorde tot de laatste lichting miliciens en kon bij VOX, het magazine van het leger, aan de slag. In militair uniform heb ik nog Hugo Matthysen in L’Archiduc in Brussel geïnterviewd!”

Koning Boudewijn

“Toen Koning Boudewijn in de zomer van 1993 overleed, moest ik voor het Brugsch Handelsblad alle Brugse petekinderen opbellen. Er waren twee sympathieke, bekende Bruggelingen bij: schepen Boudewijn Laloo en jeugdschrijver Bart Moeyaert. Laatstgenoemde heette officieel Boudewijn, omdat hij de jongste in een gezin met zeven zonen was. Maar zijn ouders vonden die naam blijkbaar zo lelijk klinken dat ze hem Bart noemden.”

“Op mijn allerlaatste werkdag als milicien wou ik absoluut de Blijde Intrede van Koning Albert en Koningin Paola in Brugge meemaken. Een redacteur van het Brugsch Handelsblad ontlokte bij mij de volgende zin: ik hou van mooie vrouwen en dus ook van Koningin Paola. Voor ik afzwaaide wou ik toch even naast de nieuwe koningin lopen….”

“Na mijn legerdienst nam ik afscheid van het Brugsch Handelsblad. Mijn vriendenkring zat in Gent, ik wou daar wonen en voor een nationaal medium werken. Met succes solliciteerde ik bij Dag Allemaal, waarvoor ik vier jaar lang bekende sterren mocht interviewen. In die tijd was veel mogelijk: naar Dublin vliegen om James Bond te interviewen. Al bewaar ik betere herinneringen aan mijn interviews met twee Bond-meisjes”, besluit Piet Verbeest, die nadien een carrière uitbouwde als copywriter: “Het Brugsch Handelsblad was een uitstekende leerschool én ik beleefde een leuke tijd.”

https://kw.be/dossier/115-jaar-brugsch-handelsblad/