VIDEO “Pas op voor de Fransen. De Belgen zijn doetjes in vergelijking”

José Ingelaere, een Fransman gevangen in België © KVdm
Kurt Vandemaele
Kurt Vandemaele Reporter

We zijn dezer dagen allemaal een beetje gevangenen. In ons eigen huis en in ons eigen land. Het buitenland bestaat alleen nog digitaal, in de krant of op tv. Onze vrijheid is beknot en de grenzen die gewist waren, toen Europa nog één wou worden, zijn er terug. Wij gingen voor de zekerheid een kijkje nemen en stootten op containers, hopen aarde en veel absurditeiten.

KW test de grenzen af. Het is stil aan de overkant

Aan de anders zo drukke grensovergang tussen De Panne en Bray-Dunes staat slechts één wagen op de ruime parking. Er zitten twee Belgische agenten in. Zodra hun anonieme personenwagen rechtsomkeer maakt, komen enkele figuren uit Bray-Dunes uit het niets tevoorschijn. Een van hen zien we even later over de grens wandelen met twee emmers tabak onder de arm. Alle tabakszaken, cafés en bistro’s zijn dan wel gesloten over de grens, er is ook een supermarkt, Wimpie, waar het volgens een voorbijganger een komen en gaan is van al wie sigaretten of ander rookmateriaal wil. Tenminste als er geen politie in de buurt is. Is er weinig leven aan de Belgische kant, het is al even stil aan de overkant.

Alleen een vrouw, 100 meter over de grens, die van achter haar poort even een blik op de lege straat werpt. “Ik woon hier vijftig jaar,” zegt ze, “en ik heb dat nog nooit geweten. Mijn ouders misschien, tijdens de oorlog. Nu ja, eigenlijk is dit een soort burgeroorlog hé. Nee, ik waag me de grens niet over. Ook niet naar de supermarkt, ik ga geen boete riskeren. Ik winkel doorgaans meer in Frankrijk. Het is er over het algemeen goedkoper. Volgens mijn schoonzoon is er een Fransman die een boete heeft gekregen van 4000 euro. Hij was gaan tanken en chocolade gaan halen.”

De hond in zijn kot

In de duinen in Adinkerke liggen er betonblokken op de weg bij café Au Trois Chasseurs. Uitbaatster Invige Garrein wil juist de wagen instappen om met haar vader Ignace boodschappen te gaan doen. “Ik woon hier al 45 jaar. Aan het eind van de straat ben ik al tegengehouden: ‘Van waar kom je? Wat doe je hier?’ Belgische politie. Ze denken dat je uit Frankrijk komt,” zegt Ignace. “In het weekend waren hier veel wandelaars. Ze beseffen niet dat sommige wandelpaadjes hier en daar over de grens gaan. Terwijl je in Frankrijk maximaal een uurtje buiten mag en altijd een correct ingevuld attest bij moet hebben. Mijn Franse buurman mocht vorige week nog 135 euro ophoesten omdat hij zijn papieren niet op zak had toen hij de hond uitliet.” Ignace heeft drie vrachtwagens staan waarmee hij aan internationaal vervoer doet. Maar die rijden momenteel niet uit. “Ik vervoer vooral afvalstoffen. Maar zowat alle afvalverwerkingsbedrijven liggen stil.” En dat is niet het enige probleem, expliceert Invige. “De condities op de weg zijn niet meer leuk. Je kunt nergens meer naar het toilet of de douche. Vrouwelijke chauffeurs hebben nergens ruimte voor hun persoonlijke hygiëne. Je krijgt te horen dat je je maar naast je cabine moet wassen.” Ignace knikt. “En we moeten zelf ons potje koken, zoals de Roemenen en de Polen dat doen. Een Belg en een Fransman zijn het een beetje anders gewend.”

“Een glimlach verbindt tot niets en heeft geen prijs. Maar de gendarmerie is vaak genadeloos”

Pascal Ruet voor zijn café Le Saint-Antoine
Pascal Ruet voor zijn café Le Saint-Antoine

In de eindeloze vlakte van de Moeren staat er een verkeersbord langs de weg dat waarschuwt voor overstekende herten, maar al neemt het wild volgens nieuwsberichten de wereld weer in, ik zie er geen. Boeren zie je des te meer. Ze zijn druk bezig hun land te bemesten en klaar te leggen voor het zaaien of planten van nieuwe gewassen. De tractoren vlammen met een nooit geziene vaart. De wereld is van hen. Aan de grensovergang met de Franse moeren, Les Moëres, is er een versperring gemaakt met lage betonblokken en nadarhekkens. Met een wagen geraak je er niet over, maar een tractor rijdt er moeiteloos voorbij. “Er zijn verschillende boeren die akkers hebben aan beide kanten van de grens,” legt Pascal Ruet uit, die in zijn café Le Saint-Antoine wat aan het klussen is en even buiten is komen piepen. “Nu zie je geen mens. Maar doorgaans, als het mooi weer is, hebben we hier vaak hele pelotons fietsers. Of men komt onze picon maison proeven, de specialiteit van het huis.” De gendarmerie staat niet bij de grensovergang, maar tracht volgens Pascal de traffikanten meer landinwaarts tegen te houden. “Er zijn altijd slimmeriken die de kleine weggetjes zoeken om te passeren. Pas op, de politie in Frankrijk is heel streng.” Te streng naar zijn zin. “Een glimlach verbindt tot niets en heeft geen prijs. Maar hier zijn ze vaak genadeloos. Ik heb het verhaal gehoord van iemand die een boete kreeg omdat hij een baguette ging halen in de bakkerij. Dat bleek geen noodzakelijke verplaatsing, want je verplaatst je niet voor één baguette.”

Zuidwestenwind

Sporten mag in Frankrijk alleen nog in de straal van een kilometer rond het huis. Tony Vandercruysse waagt het niet om in zijn felgroen plunje van WTC de Rappetrappers de grensovergang tussen het pittoreske Houtem en Hondschoote over te steken. Ook al is er bij de vroegere douanepost aan Café du Bureau niets van wegversperring en is er geen politie in zicht. Die zit wat verder in een camionette op vinkenslag.

Tony Vandercruysse vindt de Franse chauffeurs galanter dan de Belgen
Tony Vandercruysse vindt de Franse chauffeurs galanter dan de Belgen© KVdm

“Ik rij normaal gezien één keer per week naar Frankrijk,” zegt Tony. “Hier in de streek waait er vaak een zuidwestenwind. Als je een ritje maakt van 100 km, rij je de eerste 50 km tegen wind en heb je op de terugweg de wind in de rug. Ik rij ook liever in Frankrijk. Mensen hebben er veel meer respect voor fietsers. Ik rij naar Sint-Winoksbergen, Sint-Omer, Bergès, Duinkerke en dan verder langs de kust ook, waar een heel lang fietspad is aangelegd. Het is er echt prachtig.”

Wie de Frans-Belgische grens afrijdt, moet zeker eens de Gemeneweg of de Cheminement Mitoyen proberen, een smal weggetje in het wondermooie decor van Leisele dat constant heen en weer over de grens slingert. Tot je op een tractorsluis stoot en mag terugkeren. In de Hondschootestraat in Beveren-aan-den-Ijzer liggen er gigantische zakken gevuld met aarde op de kasseiweg. Er staat een pijl naar ‘Ons Kot’, blijkbaar een vakantiewoning over de grens, maar in ‘Ons kot’ blijven zal daar niet lukken.

De Hondschootestraat in Beveren-aan-den-Ijzer, de kortste weg naar 'Ons Kot'
De Hondschootestraat in Beveren-aan-den-Ijzer, de kortste weg naar ‘Ons Kot’© KVdm

Aan het eind van de Winnezelestraat staat een container dwars over de brug bij café ‘A La Frontière Belge’. Volgens Wilfried Sohier, die er vlakbij woont, lag er eerst een hoop aarde, maar had iemand de reling van de brug geraakt in een poging om er toch te passeren. Zijn vele kippen lopen ongestoord over de weg. “Ik verkoop eieren,” zegt Wilfried. “Mijn kippen hebben hier alle bewegingsvrijheid. Ze eten maïs en tarwe en scharrelen naar insecten, gras en allerlei kruiden. Het zijn allemaal oude Belgische rassen, zoals je ze hier aantrof voor de Amerikanen de markt om zeep hielpen met hun leghybriden, die ze gekruist hebben zodat ze elke dag eieren zouden leggen van 80 à 90 gram. De eieren van mijn kippen zijn soms kleiner maar ze zijn veel gezonder en dubbel zoveel waard. Tal van mensen komen van over de grens om eieren te kopen. Nu nog. Ze zijn vaak te voet, en ze hebben hun attest mee. ‘Vos papiers, s’il vous plaît,’ zeg ik dan om te lachen.”

Wilfried Sohier laat zijn kippen scharrelen aan de grens
Wilfried Sohier laat zijn kippen scharrelen aan de grens

Wilfried is ook een verwoed wielertoerist. Liefst van al rijdt hij in Frankrijk. “Hier is het mooi, daar is het nog mooier. Waarom denk je dat de Fransen die hele streek van ons hebben afgepakt? Ik ben de voorbije dagen nog in Hondschoote geweest. Vreemde sfeer hoor. Als je de grens oversteekt hoor je alleen nog de vogels en af en toe een boer op zijn land. Als er een auto passeert, weet je dat het flikken zijn.”

Onbetaalbare groenten

Op de anders zo drukke Zwarteberg in Westouter is het waanzinnige grenstoerisme compleet stilgevallen. Alles is gesloten, behalve het groenten-en fruitwinkeltje van David Foulon, de allerlaatste winkel voor de Franse grens. “Nee, ik wou niet sluiten,” zegt hij. “Ik zie gewoon graag mensen. Maakt niet uit of het Fransen of Belgen of wie dan ook zijn. Ik praat met iedereen.” Hij staat er al 36 jaar. 80 % van zijn klanten zijn Frans. “Ik blijf open. Ik heb nog mijn vast cliënteel. Bij sommige oude mensen in Boeschepe, over de grens, leveren we thuis. Er komen nu ook meer Belgen. Anders blijven die weg wegens de drukte. Nu komen ze omdat ze de supermarkten willen mijden. En ze blijven komen. Het moet zijn dat ik goed gerief heb,” lacht hij. “Hopelijk blijven ze ook komen na de coronatijd.”

David Foulon is de enige winkelier die open blijft op de Zwarteberg.
David Foulon is de enige winkelier die open blijft op de Zwarteberg.

David heeft ‘de merchandise’ nog nooit zo duur geweten. “Alles wat uit Spanje komt, kost maal drie. Op de veiling worden prijzen gevraagd die er nog nooit zijn uitgesproken. Er is een immense schaarste. Heb ik nog nooit meegemaakt. De boeren hebben geen aardbeiplukkers, de aspergeboeren laten hun asperges gewoon in de grond zitten bij gebrek aan personeel.”

Op de hoek van de Hillemolenstraat en de Hillestraat in Dranouter doet Joseph Ingelaere me zijn verhaal. Ansjelaar, zo spreekt hij zijn familienaam uit. “Ik ben een Fransman, maar ik zit vast in België. Ik heb nu een laissez passer, om via Dranouter en Loker naar Frankrijk te gaan, in plaats van hier gewoon de straat in te slaan en in Saint-Jans-Cappel te komen waar ik eigenlijk woon. Alleen heeft men de wegversperring hier zodanig gelegd dat ik Frankrijk niet binnen kan. Als Fransman mag ik niet in België winkelen en vanuit België mag ik eigenlijk Frankrijk niet in. Eigenlijk zit ik gevangen in het buitenland,” lacht hij. “Opgesloten in België en uitgesloten uit Frankrijk.” De boeren hebben een omweg over het land aangelegd om de versperring te omzeilen. Daar zou José ook met de fiets over kunnen. “Nee,” zegt hij. “Volgens de nieuwste maatregelen is fietsen nu ook compleet verboden in Frankrijk.”

4116 euro boete

Even absurde situaties in de Niepkerkestraat in Nieuwkerke. Ook daar is de ene kant van de straat Frans en de andere Belgisch. Grappig om te zien. De ene kant van de straat heeft huisnummers in de negentig, die aan de Franse kant gaan over de tweeduizend. Anne-Gaëlle Hayaert en Rudy Cosse zitten in de tuin en spreken me aan van over de haag, die voor voldoende social distance zorgt. Zij wonen aan de Belgische kant, hebben Belgische nummerplaten maar een Frans paspoort. “Het is het domicilie dat telt. We mogen de straat niet oversteken,” leggen ze uit. “Als we het huis uitkomen, mogen we naar links, naar België, maar niet naar rechts, richting Frankrijk. Tenzij we gaan werken, want we werken beiden in Frankrijk, alleen zijn we nu tijdelijk werkloos.”

Ann-Gaëlle Haeyaert en Rudy Cosse zijn Fransen die aan de Belgische kant van de Niepkerkestraat wonen
Ann-Gaëlle Haeyaert en Rudy Cosse zijn Fransen die aan de Belgische kant van de Niepkerkestraat wonen© KVdm

De straat blokkeren heeft geen zin, want ze wordt gedeeld door beide landen. Net als de Zakstraat om de hoek. Daar ligt wat verderop een hoop aarde, maar die is aan de kant geschept en de nadarhekkens zijn opgeschoven. “Je moet er eens op letten. Je ziet hier constant Fransen uit België komen,” zegt Anne-Gaëlle. En ze trekt een gezicht dat boekdelen spreekt. “Dit weekend hadden ze het niet moeten proberen. Toen waren ze hier met vier verschillende teams aan het patrouilleren. We hoorden van een geval in Moeskroen. Iemand die 4116 euro boete kreeg. 4000 euro omdat hij was gaan tanken, en 116 euro omdat hij zijn gordel niet om had.”

VIDEO

Aan Jean-Pierre Vercaempst moet je het niet vertellen. Hij woont al zijn hele leven in de Dronckaertstraat in Rekkem. “Pas op voor de Fransen hé. De Belgen zijn doetjes in vergelijking. Ik heb hier al genoeg gezien. Als je de weg vraag, ze gaan op hun knieën rijden om je te helpen. Maar als je iets doet wat hen niet zint, dan kom je er niet makkelijk van af.” Jean-Pierre staat in houthakkershemd met daaronder een camouflage t-shirt over de wagen van zijn zoon gebogen. “Dat ding wil niet meer starten. Platte batterij. Wat wil je? Als je niet mag rijden.”

“Je moet weten, in Frankrijk moet je soms je kilometers rijden om aan rookgerief te geraken”

Hij wrijft even over zijn snor en zegt: “Het is niet omdat je ze niet ziet dat ze er niet zijn. Ik denk dat die wagen daar verder de commiezen zijn. Dat is een wagen die er anders niet staat. Als ze nergens te bespeuren zijn, dan is het hier een processie. Voor tabak, ja. Je moet weten, in Frankrijk moet je soms je kilometers rijden om aan rookgerief te geraken. Hier in België is het ongeveer maar bij een apotheker en een slager dat je geen tabak vindt.” Hij heeft er al verschillende tegen de lamp zien lopen. En allemaal krijgen ze dikke boetes. “Maar vroeger was het nog veel erger. Toen mocht er niets passeren. Echt niets. Net over de grens woonde er een vrouw met zeven kinderen,” vertelt hij. “Op een dag lag er zo’n pak sneeuw.” Hij buigt en houdt zijn hand een halve meter boven de grond. “Dus de bakker van Frankrijk kon niet komen. Die vrouw kwam hier naar de bakker en nam een brood en wat boter mee. Maar pech, de zwarten stonden daar, de commiezen in burger. Ze namen haar eten in beslag. Biechtewaarheid. Je mocht hier met niets over. Niets, niets, niets.”

https://www.youtube.com/watch?v=zn6qa2Zct6E
Zo leeg zie je de Zwarteberg anders nooit
Zo leeg zie je de Zwarteberg anders nooit© KVdm

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier