PADI’S PARADE (1) : Bart Herman

Redactie KW

Elke week zoekt onze showbizzreporter een West-Vlaamse artiest op voor een babbel over verleden, huidige bezigheden én de toekomst. Bart Herman komt als eerste aan de beurt.

>> BIO

Bart Herman (geboren Bartje Herman) zag het levenslicht op Valentijn, op 14 februari 1959 in Wevelgem. Van jongsaf kreeg hij de muziek mee. Zijn vader, grootvader en overgrootvader waren alle drie muzikanten. Hoewel zijn roots overduidelijk in West-Vlaanderen ligt, kan er bij Bart moeilijk sprake zijn van een echte heimat. Toen hij tien jaar jong was, verliet het gezin (ma, pa, broer Jan en zus Mieke) de provincie en gingen ze in Oost-Vlaanderen wonen. Daarna woonde Bart nog in Brabant, Brussel, Brugge (dertien jaar) en nu in Haaltert (Oost-Vlaanderen). “Het zwerversbestaan zat er in en dat zou mij nooit meer loslaten”, lacht Bart, die al van kindsbeen musiceerde, maar pas in 1989 dat beroepshalve begon te doen. In 1993 scoorde hij zijn eerste nummer één hit met Ik ga dood aan jou. Momenteel zit hij al aan zijn elfde studio-album. Hij schuim ieder jaar het Vlaamse land af met zijn theatershows.

>> HET MOOISTE MOMENT : Eerste vinylplaatje

“Het mooiste moment uit mijn carrière zal ongetwijfeld het begin zijn geweest : de ontvangst van mijn allereerste (toen nog vinyl) plaatje uit handen van mijn producer. Je droomt als jonge gast van een carrière in de showbusiness en je probeert via een eerste schoolbandje, gevolgd door je eerste heuse rockgroep een plaatsje te veroveren aan het muziekfirmament, maar dat blijkt uiteindelijk niet zo over een leien dakje te lopen. En uiteindelijk, na veel omzwervingen, lukt het dan toch! Ik werd nog echt ontdekt, old school. Een beetje zoals in de film : toen ik na tien jaar knokken (van m’n 18de tot m’n 28ste) en evenveel groepjes nog niks op vinyl had (dat was toen de hoogste ambitie!) koos ik letterlijk het ruime sop en ging ik in de Caraïben als zanger op cruiseschepen werken, een uitstekende leerschool en een fantastische tijd. Toen ik terug was, ging ik met mijn opgedane bagage solo optreden in cafés en restaurants. En op een avond in Brussel was het prijs : ik werd aangesproken door een impressario en ik kreeg een platencontract aangeboden. Op 1 november 1990 was mijn eerste singeltje Wat ik voel een feit. Een prachtig moment!”

>> HET MEEST MEMORABELE OPTREDEN : Zingen voor een zeeziek publiek

“Als meest memorabele optreden moet ik terug gaan naar mijn periode als zanger-entertainer op de cruiseschepen. Ik maakte daar deel uit van een internationaal showgezelschap : een Canadese band, Britse danseressen, een Amerikaanse zangeres en een Amerikaanse clown-goochelaar en ikzelf, the male singer from Europe. Elke avond verzorgden wij twee shows rond een bepaald thema : Latin, Las Vegas, The French show (met de can can en bijhorende pluimen) en binnen die shows mochten we als zanger, zangeres en goochelaar ook een stukje ons eigen ding doen. We mochten dus eigen nummers of nummers naar keuze brengen, zodat we telkens een beetje ons eigen moment-suprême hadden. Nu gebeurde het op een avond dat tijdens mijn moment-suprême zowat de helft van het publiek plots de zaal verliet, waardoor ik achterbleef met een bevreemdend gevoel. Ik dacht : Ben ik dan zo slecht bezig ? Maar uiteindelijk was het niet mijn fout, maar was 50% van het hele schip gewoonweg zeeziek geworden toen we in wat woeliger water terecht waren gekomen. Iets wat wij, ervaren zeelui, natuurlijk allang gewoon waren. Hilarisch, onvergetelijk.”

>> WELKE DROOM KOESTERT BART NOG? : “Sportpaleizen zijn mijn ding niet”

“Ik ben nu ongeveer 25 jaar professioneel bezig in dit vak en ik mag wel zeggen dat ik bereikt heb waar ik altijd naar heb gestreefd. Het was van in het begin mijn grote droom zelfgeschreven liedjes te kunnen brengen voor een geïnteresseerd publiek. Welnu, ik heb de kans gekregen om albums te maken met uitsluitend eigen materiaal dat met grote regelmaat wordt gedraaid door de radio’s en waarmee ik avond na avond voor goed gevulde zalen mag optreden. Meer kan ik mezelf niet toewensen. Ik hoor anderen graag dromen over volle Sportpaleizen en uitverkochte stadions, maar dat is mijn ding niet. Ik hou van de intimiteit van het theater, het bijna tastbare contact met het publiek en de onbeschrijfelijke voldoening die je put uit een geslaagde avond. Daar doe ik het voor en ik hoop nog lang deze zo lang nagestreefde droom te mogen blijven dromen, samen met diegenen die hem mee hebben waargemaakt.”

(PADI)