Opnieuw volk onder de Menenpoort voor de Last Post

© (Foto EF)
© (Foto EF)
Christophe Maertens
Christophe Maertens Medewerker KW

Maandenlang werd in Ieper de Last Post gespeeld zonder publiek, maar vanavond mochten er opnieuw bezoekers onder de Menenpoort plaatsnemen. Voorlopig blijft het beperkt tot 400 mensen die op een stip moeten plaatsnemen en hun mondmasker moeten dragen. “Blij dat we dit al mogen, hopelijk zijn binnenkort ook de Britten terug.”

“Het was de eerste maal sinds lang dat we weer mensen mochten toelaten onder de Menenpoort”, zegt voorzitter van Last Post Association Benoit Mottrie. “Dat maakt dat we onder de Menenpoort een kleine 400 bezoekers kunnen laten plaatsnemen op de anderhalve meter afstand van elkaar. We denken dat we de daarmee de situatie heel wat beheersbaarder maken, zodat er minder mensen aan de nadars buiten de poort gaan staan. De laatste tijd was er al veel volk komen opdagen met als gevolg dat ze dicht op elkaar stonden. Nu geven we iedereen opnieuw wat ruimte. Ook in drukke dagen kunnen we nu het probleem buiten de poort verlichten.” Onder de poort moeten de mensen op de stippen staan die op de grond werden aangebracht en hun mondmasker dragen.”

Tijdens de lockdown speelde vaak slechts een of twee klaroeners de ceremonie. “Vandaag doen we het nog met twee, maar daarna spelen we opnieuw met drie muzikanten”, aldus de voorzitter. “Het is voor iedereen aangenamer om op die manier te kunnen werken. Spelen voor een lege poort werd een beetje saai voor de klaroeners. Na verloop van tijd begint het toch wat te wegen. Het contact met de mensen waren we een beetje kwijt. De volgende stap is het terugkomen van de Britten en de andere buitenlanders.” De voorzitter benadrukt dat de coronamaatregelen het voor de organisatie niet gemakkelijk maken. “Je moet mensen naar hun stip begeleiden en de situatie toch een beetje in de gaten houden.”

Klaroener Tony Desodt is in ieder geval blij dat hij opnieuw voor een publiek mag spelen. “Als de bezoekers zo dicht staan dan ben je toch wat alerter”, zegt de brandweerman. “Je speelt natuurlijk altijd op het scherp van de snee, maar nu was ik toch wat nerveuser.”