Opnieuw medailles voor Frank en Dorine uit Aalbeke op WK voor zang- en siervogels

Frank Debonnez (64) en Dorine Witdouck (59) blijven medailles sprokkelen met hun fraters en bruine distelvinken. Op het WK voor zang- en siervogels in Matosinhos in Portugal behaalden ze met hun vogels drie gouden en twee zilveren medailles.

Er waren 23.311 deelnemers op het wereldkampioenschap dit jaar. “Dat zijn er minder dan andere jaren. Wij konden vorig jaar ook maar 34 vogels kweken in plaats van zo’n 100 andere jaren. Door de langdurige warmte vorig jaar bezweken de zwakkere vogels. 71 jongen stierven en ook acht oudere vogels overleden door een warmteshock. Er zaten echter heel wat goeie vogels tussen”, vertelt Frank.

Al 400 medailles

Met acht van de dertien vogels behaalden Frank en Dorine dit jaar een medaille. Een stam fraters – een stam bestaat uit vier vogels – haalde een gouden medaille. Bij de enkelingen kwamen zowel bij de fraters als bij de distelvinken telkens een vogel van Frank en Dorine met goud en één met zilver naar huis. “Zowel bij de individuelen als in de stam hebben we voor de tweede keer op rij een wereldkampioen. Dat gebeurde nog maar twee keer in heel onze ‘vogel-kweek-loopbaan'”, zegt Frank. Elke vogel mag maar twee keer deelnemen aan het wereldkampioenschap. Frank en Dorine haalden ondertussen al 400 medailles. Op de goudenringshow eind vorig jaar behaalden ze ook zes keer goud, zeven keer zilver en vijf keer brons. Dertig vogels van de 34 stuks die ze daar lieten deelnemen, haalden meer dan 90 punten.

Natuur

Frank en Dorine bezitten nu 68 vogels. “We kennen al onze vogels en weten hoeveel en wat ze graag eten. We zien het direct als er iets niet klopt. De distelvink, die nu goud won, was een klein vogeltje naar wie de ouders niet omkeken. Ik heb het opgekweekt met de hand. Die vogel bracht het tot wereldkampioen”, aldus nog Frank, die zich bij de distelvinken specialiseert in natuurkleur en de eerstvolgende mutatie. “Het wordt een moeilijke materie omdat momenteel alle mogelijke combinaties door elkaar gekweekt worden. Ook bij de fraters zijn er al mutaties. Deze moeten eigenlijk zo donker mogelijk zijn. Het is nog altijd de natuur, en je hebt dat niet altijd in de hand.”