Open Monumentendag richt spots op Brugse theaterwijk

Dominique Berten en Christophe Deschaumes voor de 150 jaar oude Stadsschouwburg. © TVH
Stefan Vankerkhoven

Open Monumentendag focust in Brugge op de theaterwijk, aangezien de Koninklijke Stadsschouwburg zijn 150ste verjaardag viert. “De Brugse schouwburg was indertijd een afkooksel van de Parijse theaters, maar is vandaag een unicum”, zeggen theatertechnicus Dominique Berten en Christophe Deschaumes, consulent bouwkundig erfgoed.

Open Monumentendag bestrijkt in Brugge een weekend, op zaterdag 7 en 8 september. Alle aandacht gaat naar de wijk die 150 jaar geleden gesloopt werd voor de bouw van de Stadsschouwburg. De buurt werd heropgebouwd, naar het beeld van Brussel en Parijs. “Het was een gemengde wijk, met veel handelaars en ambachtslieden, rijken, maar ook arme mensen die hun brood verdienden als schouwvegers of mandenvlechters”, weet consulent bouwkundig erfgoed Christophe Deschaumes. “Er waren veel cabarets en cafeetjes in deze levendige buurt. En er werd getippeld, maar niet meer dan elders in Brugge.”

Dat de liberale burgemeester Jules Boyaval de wijk liet slopen omdat hij droomde van een Champs Elysées, is volgens Christophe een fabeltje. “In het begin van de 19de eeuw werd de spoorlijn van Gent naar Oostende gerealiseerd, met stop op ‘t Zand. Dat zorgde voor veel extra verkeer. De koetsen en karren met materiaal moesten via de Geldmuntstraat, de Markt en de Vlamingstraat passeren. Het stadsbestuur wilde in eerste instantie de smalle, middeleeuwse Vlamingstraat verbreden voor het verkeer. In tweede instantie ambieerde het schepencollege een nieuwe schouwburg. Het oude theatertje was te klein en vreselijk verouderd. Burgemeester Boyaval was voorstander van een nieuwe, maar bescheiden schouwburg, maar dat was buiten schepenen Vander Plancke en Van Nieuwenhuyze gerekend. Zij wilden een groots project en wisten te overtuigen door de wijk als ongezond voor te stellen. Smalle en donkere straatjes werden toen als broeihaarden aanzien voor levensbedreigende ziektes, zoals tyfus en cholera. Een ander argument was de lokale bevolking fysiek en moreel verderfelijk te noemen. Boyaval kantte zich tevergeefs tegen deze grote plannen…”

Duurder dan verwacht

De sloop van het kwartier, 1 hectare aan huizen, werd aanvankelijk uitbesteed aan een Engelse firma. Maar er liep een en ander mis, zodat de stad zelf moest instaan voor de verkaveling en lotenverkoop. Het prijskaartje van de nieuwe schouwburg viel wat duurder uit dan voorzien, weet theatertechnicus Dominique Berten. “De kostprijs werd geraamd op 500.000 Belgische frank, uiteindelijk werd het 1,067 miljoen. Een niet onaanzienlijke som in de 19de eeuw. Het was een ontwerp van de Brusselse architect Gustave Saintenoy, in een eclectische stijl, geïnspireerd door het neoclassicisme, maar binnenin met wat meer frivole details. Kortom: een afkooksel van de Parijse theaters. Maar nu uniek, er zijn in Europa weinig 19de-eeuwse schouwburgen die zo goed bewaard gebleven zijn. In 2001 werd onze schouwburg schitterend gerestaureerd.”

Spencer Tunick voor de foto die hij nam in de Stadsschouwburg.
Spencer Tunick voor de foto die hij nam in de Stadsschouwburg.© FP

“Toen ik in 1986 theatertechnicus werd, telde de stadsschouwburg nog 1.012 zitjes. Nu zijn er amper nog 650 goede zitplaatsen”, zegt Dominique. “Op de eerste en de tweede rang had je toen nog drie rijen stoelen, met slecht zicht op de scène. En weet je waarom de vierde rang het kiekenkot genoemd werd? Ze was voorzien van kippengaas, om te verhinderen dat de toeschouwers tomaten en rotte eieren naar het podium konden gooien, als ze een voorstelling slecht vonden. Het chique volk op de parterre deed dat natuurlijk niet… Het kippengaas moest ook verhinderen dat toeschouwers naar beneden vielen. Er waren ook staanplaatsen in het kiekenkot. Te ver voorover buigen was gevaarlijk.”

Spencer Tunick

Zijn mooiste herinnering aan 33 jaar werken in de Stadsschouwburg? “De naaktsessie van Spencer Tunick in 2005, voor een fotomoment met 750 mensen in hun blootje in de schouwburg. ‘t Kan verkeren, want de voorstelling van Equus uit 1976, waarin ik mocht figureren, met naakte vrouwen én een blote man op scène, zorgde voor verhitte discussies in de gemeenteraad. In schril contrast met die vrijheden staat een foto van Brugse collaborateurs die in de schouwburg tijdens de bezetting de Hitlergroet brengen…”


Info en programma: bruggeomd.be.