Oostendenaar Rémy Bonny komt op voor rechten van andersgeaarden

Rémy Bonny kreeg tijdens de coronacrisis een sterkere band met zijn vrienden.©Davy Coghe Davy Coghe
Rémy Bonny kreeg tijdens de coronacrisis een sterkere band met zijn vrienden.©Davy Coghe Davy Coghe
Gillian Lowyck

Van jobstudent op de Mercator tot voorvechter voor LGBTI-rechten: Rémy Bonny mikt hoog. De Oostendenaar is sinds kort directeur van Forbidden Colours, waarmee hij zich nog meer kan inzetten voor LGBTI-rechten in de hele EU.

Als er één gast van de Mercatorgesprekken een sterke band heeft met het zeilschip, is het Rémy Bonny wel. Hij verkocht ticketjes voor de Mercator als jobstudent van zijn 15 tot 20 jaar.

Hoe is jouw band met Oostende?

“Ik woon vandaag in Brussel, maar toch ben ik nog veel in Oostende. Mijn familie woont hier nog, dus je kan me hier nog heel vaak vinden. Oostende is een fijne stad, zeker in de zomer, maar toch vind ik het ook een frustrerende plek soms. Er is hier bijvoorbeeld heel weinig te doen voor jongeren. Maar kijk, ik blijf dus een band hebben met Oostende, of ik het nu wil of niet ( lacht ).”

Je was vroeger ook nog actief bij Jong Groen in Oostende.

“Vandaag niet meer. Ik moet zeggen dat ik wel altijd al dat engagement heb gehad. Ik was die nerd die als 13-jarige een volledig project uitwerkte op school rond milieu ( lacht ). Dat interesseerde me, maar ook thema’s zoals democratische vrijheid en samenleving. Zo ben ik in de politiek terechtgekomen. Uiteindelijk heb ik dat zo’n zes, zeven jaar gedaan. Maar omdat ik het gevoel had dat ik niet genoeg kon realiseren binnen de partijpolitiek, niet iets teweeg kon brengen, ben ik gestopt. Vandaag doe ik op zich wel nog altijd aan politiek, maar meer van aan de zijlijn. In tegenstelling tot Kristof Calvo heb ik het gevoel dat ik hier meer kan bereiken ( glimlacht ). Ik ben het groene gedachtegoed nog altijd genegen, al voel ik me meer sociaal-liberaal.”

Je bent activist, vooral in Oost-Europa. Heb je daar je hart verloren?

“Ja en nee. Ik had altijd al een grote interesse in de Oost-Europese politiek en heb ook zes maanden in Polen gewoond in het kader van Erasmus. Ik vind het een heel interessante regio, met heel veel uitdagingen, maar waar er ook nog erg veel mogelijk is. Kijk, wat er veel schadelijker is voor de Europese Unie dan de brexit is wat er sinds enkele jaren gaande is in landen zoals Polen en Hongarije. De mensenrechten worden er gewoon met de voeten getreden. Basisnormen- en waarden van Europa! Twintig jaar vooruitgang op vlak van LGBTI-rechten, dat stopt waar vroeger het IJzeren Gordijn was. Het homohuwelijk is verboden, adoptie ook… Maar wat er politiek gebeurd en wat er in de praktijk gaande is, is gelukkig wel verschillend. Er zijn zeker wijken waar je hand in hand met je vriend kan lopen en de steun voor LGBTI bij de bevolking zelf is hoog. Maar dat is wat we altijd zien bij autocraten: ze zoeken een zondebok. En laat de LGBTI-gemeenschap nu net erg zichtbaar zijn.”

Merk jij zelf iets van LGBTI-geweld?

“Ja. Dat gaat van mijn homofobe kotgenoot – in België dus – die boodschappen voor mij achterliet zoals ‘flikker’ en ‘faggot’ tot security nodig hebben op een pride-optocht in Polen. Mijn mailadres wordt heel vaak gehackt en ik heb veel te maken met, voornamelijk Poolse, trolls op mijn Twitteraccount. Ik heb een keer doodsbedreigingen ontvangen en dat heb ik wel gemeld aan de politie. Na een tijdje kan je ook wel zelf inschatten hoe serieus zoiets iets. Ik lig er niet meer wakker van.”

Het klinkt alsof je je erbij hebt neergelegd.

Goh , ik heb ermee leren leven. Het hoort er wat bij als je een publieke functie hebt. Kijk, ik ben geprivilegieerd, dat besef ik. Ik ben een witte homo uit de Belgische middenklasse. Ik heb het dus relatief goed in vergelijking met anderen, die bijvoorbeeld op straat worden gegooid wanneer ze uit de kast komen. Ik zie het dus als mijn plicht om mijn privilege te gebruiken om op te komen voor minderheden.”

Wat maakt jou gelukkig?

“Kleine dingen. Afspreken met vrienden, bijvoorbeeld. In feite vind ik het nog niet zo erg dat de cafés niet open zijn, want ik ben heel veel gaan wandelen met vrienden de laatste tijd. De coronacrisis is heel frustrerend en zeker in het begin heb ik serieus gevloekt toen er heel wat werk wegviel, maar het heeft me ook doen nadenken. Ik zie minder mensen dan voordien, maar heb wel een sterkere band gekregen met mijn vrienden.”

Word je vaak boos?

“Ik heb dat leren kanaliseren. Toch heb ik me deze zomer heel kwaad gemaakt. In Polen waren activisten – vrienden van me – opgepakt en in elkaar geslagen. De mensen die ons zouden moeten verdedigen – de Europese Commissie, onze federale regering – heeft niet gereageerd. Er kwam gewoonweg geen reactie op. Toen was ik echt boos. Maar ondanks alles blijf ik positief, hoewel er nog heel veel werk aan de winkel is. Ook in België. De meerderheid van de Belgen heeft geen problemen met het homohuwelijk, maar in de praktijk kan je op veel plaatsen niet hand in hand lopen met je vriend. Een kus in het openbaar is voor een heterokoppel een uiting van liefde, niets meer. Voor een homokoppel is het ook nog altijd een politiek statement.”

Wat staat er nog op jouw bucketlist?

“Ik ben nu activist aan de zijlijn, maar ik zou toch graag naar de politiek terugkeren. Ik heb al verschillende vragen gekregen van partijen, maar heb altijd geweigerd. Ik wil eerst nog ervaring opdoen, dus plak er geen termijn op. Ik zou graag die ervaring kunnen omzetten in beleid. Maar dan wil ik wel een functie waar ik echt het verschil kan maken. Voor minder doe ik het niet. Ik wil niet het zoveelste parlementslid zijn. Of dat weer bij Groen zal zijn? Dat laat ik nog open ( lacht ).”

Bio

Privé: Rémy Bonny (26) groeide op in Oostende. Vandaag woont hij in Brussel.

Opleiding en loopbaan: politieke en sociale wetenschappen aan de Vrije Universiteit Brussel. Daarna nog een master mensenrechten aan de Global Campus of Human Rights in Venetië. Hij is activist voor LGBTI-rechten in de Europese Unie, specifiek in Oost-Europa. Sinds april is hij directeur van Forbidden Colours, een vzw die geld inzamelt voor het gelijknamige fonds dat beheerd wordt door de Koning Boudewijnstichting.

Vrije tijd: met vrienden afspreken, wandelen.