De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Onze reporter steekt handen uit de mouwen in Waals overstromingsdorp Trooz

Christophe Lefebvre
Christophe Lefebvre Medewerker KW

Moeder natuur liet zich de voorbije weken van haar meest genadeloze kant zien. De stortregens, gevolgd door de monsteroverstromingen eisten niet alleen tientallen dodelijke slachtoffers. Over een enorme zone is de schade onmeetbaar met voorzichtige ramingen waarbij al over miljarden wordt gesproken. Water, gas of elektriciteit? Daar is tot minstens aan het einde van de zomer geen sprake van. Een ongekend aantal landgenoten mobiliseerde zich in een poging mee te helpen en ook onze reporters staken de handen uit de mouwen.

Het was een oproep die door merg en been ging. Een gemeenteraadslid van de kleine gemeente Trooz riep via de Franstalige media om hulp. De machtsontplooiingen van zowel leger als alle hulpverleners, situeerde zich vooral op de grotere omliggende steden waardoor hun duizenden inwoners verweesd achterbleven. Hulp ging er komen, alleen stonden ze helemaal achteraan de wachtlijst.

Radelooosheid

Op weg naar de gemeentelijke kerk, het centrale punt van waaruit alles werd gecoördineerd, was het niet moeilijk om te zien dat de noodkreet helemaal niet overdreven was. Wat overblijft van de gemeente heeft meer weg van een oorlogszone dan van een rustige stek aan de oevers van de Vesder. Autowrakken liggen overal verspreid, stukken asfalt uit de grond getrokken alsof het ontbijtgranen waren en de weinige hulpdiensten die er zijn, kijken even radeloos naar de situatie als de bewoners.

Radeloos, naast ‘apocalyptisch’, het meest passende woord voor de beelden die op ons netvlies worden gebrand. Als moderne mensen, Belgen met een blik op de wereld, heeft ons brein de grootste moeite om dit alles te vatten. Een dergelijk drama is dus wel degelijk mogelijk in ons eigen land.

De straat is één lange ravageweg geworden.
De straat is één lange ravageweg geworden. © CLL

Eenmaal aangekomen in de kerk krijgt de radeloosheid meteen ook een gezicht. Tonnen voedsel, kledij, drinkwater en ander materiaal liggen er op elkaar gestapeld. “Heeft u hulp nodig?”, vragen we aan een dame die heen en weer wandelt. Ze kijkt ons met tranen in de ogen aan en reageert met bibber in de keel.

Kerk wordt supermarkt

“Ik weet helemaal niet wat ik moet zeggen, ik weet zelfs niet wat ik moet doen.” Vinciane, zelf alles kwijt door de overstromingen, was tot voor het drama actief als parochiaal vrijwilligster. Ze kent de kerk als geen ander en dus leek het voor iedereen de normaalste zaak van de wereld dat zij de boel er recht ging houden. Mijn echtgenote biedt haar niet alleen een schouder aan, ze stelt ook voor om orde in de chaos te scheppen.

Waarom de kerk niet inrichten als een soort van tijdelijke supermarkt voor de getroffen inwoners? Het woord gaat snel rond en in geen tijd drummen de overgebleven bewoners samen aan de ingang van het katholieke bastion. De vraag naar voedsel, schoenen en een kopje koffie wisselen zich af met verhalen van ratten, niet te harden stank en vooral plunderaars die ‘s nachts van huis tot huis trekken. De politie heeft dan wel extra manschappen ingezet, de getroffen zone is gewoon te groot om ze volledig te kunnen controleren.

Zelf trek ik, met een emmer en spade in de hand, door de straten van Trooz. Heel wat van de inwoners, vooral oudere mensen, zitten emotieloos voor hun deur voor zich uit te staren.

Motorfiets in kelder

“Hulp? Neen meneer, we wachten op de ploegen van de gemeente want die gaan hier ieder moment arriveren.”

Het besef dat die ploegen niet komen omdat ook de gemeentelijke diensten alles kwijt zijn, dringt nog niet helemaal door. De weinige ploegen van de brandweer en van het leger die voorbij komen, kunnen weinig beginnen tegen de overvloed van afval en brokstukken.

“Ik kan wel wat hulp gebruiken!” De pastoor, een kranige tachtiger, komt de pastorie uitgestrompeld en vraagt of ik hem wat van mijn tijd kan geven. Het water kwam in Trooz tot een hoogte van 2,8 meter en liet een spoor van vernieling na. Toen het water wegtrok merkte de pastoor plots op dat er autobanden en een motorfiets in zijn kelder lagen. Hoe die er waren terechtgekomen? Geen idee en hoe die terug naar buiten moesten, was een al even groot raadsel.

Een werkend toilet

Beginnen doe je uiteindelijk bij het begin en dus sleurden we stuk per stuk, via de kelderopening, alles naar buiten. Naarmate de dag vorderde, stroomden ook meer mensen toe in Trooz. Vlamingen, Walen, christenen, moslims, links- en rechtsgezinden trokken hun laarzen aan en stroopten de mouwen op. Brandweermannen uit Antwerpen, die er na het uitbreken van de ramp bij waren om met bootjes mensen te evacueren, namen vakantie en keerden terug om verder te helpen.

Met het water dat ondertussen is verdwenen en met een afvalhoop zonder gelijke aan iedere voordeur, wordt ook duidelijk dat er nog lang geen zicht is op enkele van de meest elementaire levensbehoeften. Water, gas en elektriciteit zullen in het beste geval ten vroegste het eind van de zomer terug zijn en het enige werkende toilet van de gemeente staat ook in de kerk. Voedsel is er – dankzij de verschillende solidariteitsacties – in overvloed, maar de mogelijkheden om te koken zijn dan weer beperkt.

Door de komst van de vrijwilligers, de helpende handen en de mensen die zonder aarzelen hun vakantie hebben opgeofferd om toch maar steun te bieden, krijgen de inwoners van Trooz opnieuw hoop. De weg naar het leven zoals dat van voor de overstromingen is nog lang maar ze weten dat ze er niet alleen voor staan. Misschien had Caesar uiteindelijk toch gelijk en waren van alle Galliërs de Belgen de dappersten.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier