Onze KSV Roeselare-watcher Frans Bouckaert zag de bui al langer hangen: “Kroniek van aangekondigde dood”

Frans Bouckaert: "Wiens brood men eet, diens woord men spreekt". (foto SB) © Stefaan Beel
Peter Soete

Frans Bouckaert kent KSV Roeselare als zijn broekzak. Hij volgt voorganger SK Roeselare vanaf zijn zesde levensjaar en ook fusieclub KSV Roeselare is hem niet onbekend. Hij was twaalf jaar verslaggever van de club voor De Weekbode en tien jaar verbindingsman of syndic voor de sportpers.

“Eigenlijk viel er het laatste decennium niet veel plezier te beleven op Schiervelde”, begint Frans Bouckaert (73). “Mijns inziens is de echte miserie begonnen met de doortocht van Wim De Coninck. Die man kan misschien een goede voetbalanalist zijn, maar als sportief directeur heeft hij er een zootje van gemaakt. Hij gaf jarenlange en dure contracten aan B- en C-spelers en dat was niet echt bevorderlijk om de al bestaande schuldenberg af te bouwen. Het duo Plancke-Devroe probeerde grote kuis te houden en de club financieel gezonder te maken. In bestuurskringen bleef het rustig in die periode, maar de ambitie was niet echt groot. Die ambitie kwam terug toen Johan Plancke als een van de architecten van het nieuwe voetballandschap mee de competitie met 24 profclubs in 1A en 1B vorm gaf. Roeselare moest dan bij de eerste acht eindigen. Bijna liep het verkeerd dat eerste seizoen, want Roeselare was pas negende. Gelukkig kreeg kampioen Brussels van trainer John Bico geen licentie en werd Roeselare alsnog opgevist in 1B.”

“Ik vind het bijzonder vreemd dat iemand als Diederiek Degryse, die toch schitterend werk heeft geleverd bij Knack, zich zo heeft laten rollen door een 25-jarige Antwerpse flierefluiter”

“Enfin, Roeselare had een tweede adem gevonden en toonde ambitie door trainer Franky Van der Elst aan te stellen. Maar de schulden bleven en raakten ook niet afbetaald. Dat is eigenlijk de constante in het levensverhaal van KSV Roeselare: het was en is een altijd terugkerend verhaal geweest van ‘schulden maken en schooien’.”

Amateurisme troef

“Met de komst van de Chinese sponsor en eigenaar Dai beterde het niet. Die dame heeft miljoenen in de club gepompt maar het bleek weggegooid geld. De Chinese dame had alle macht in handen, maar volgde de zaken niet voldoende op. De Roeselaarse bestuurders Olivier, Van Eeckhout en Vermeulen werden in de wandelgangen wel eens B-bestuurders genoemd en dat zat er eigenlijk niet ver naast. Ze hadden geen of nauwelijks inbreng, ook al omdat ze geen financiële inbreng deden in de club. En de spreuk ‘wiens brood men eet, diens woord men spreekt’ was op Schiervelde zeker van toepassing.”

“Het is zeer jammer, maar KSV Roeselare kon nooit doorgroeien naar een club met een professionele structuur, het bleef amateurisme troef. Er was heel veel goede wil bij jeugdtrainers, supporters en vrijwilligers maar er gebeurden toch ook heel veel zaken die niet door de beugel konden. En dat was te wijten aan een gebrek aan controle. Eigenlijk is dit hele verhaal de kroniek van een aangekondigde dood.”

“Ik vind het bijzonder vreemd dat iemand als Diederiek Degryse, die toch schitterend werk heeft geleverd bij Knack, zich zo heeft laten rollen door een 25-jarige Antwerpse flierefluiter.”