Onroerend Erfgoed voert boringen uit op zoek naar Vikingschip in Oostende

Een speciale boormachine werd er bijgehaald, die tot 9 meter diep grondstalen uit de bodem kan halen. © FRO
Fons Roets
Fons Roets Medewerker KW

Vrijdag voert het agentschap Onroerend Erfgoed, onder leiding van Marnix Pieters, directeur onderzoek archeologie, boringen uit op de werf van het bouwproject Largo op de Torhoutsesteenweg nabij het Mac Leodplein in Oostende. Vermoed wordt dat er een vroegmiddeleeuws schip onder het puin van de bouwwerf ligt.

Vastgoedgroep Degroote bouwt op de site Torhoutsesteenweg 123-133 in totaal 49 appartementen, twee winkels en 18 garages. Bouwheer Degroote en het agentschap Onroerend Erfgoed volgen de zaak op.

Bodemonderzoek

Naar aanleiding van de instorting bij afbraakwerken van meerdere gebouwen wordt melding gemaakt van de aanwezigheid, op 8 meter diepte, van een houten boot die in 1952 werd gevonden en is opgenomen in de Centrale Archeologische Inventaris bij de bouw van de Verhelst-garage 70 jaar geleden.

Kinderen uit de omliggende scholen kwamen het wrak van dat Vikingschip zelfs bewonderen. Het gaat om belangrijk maritiem erfgoed op een belangrijke archeologische site.

Maritiem archeologisch erfgoed

Indien hier een Saksisch of een Vikingschip ligt, dan is het nu het moment om het bloot te leggen, want het kan een belangrijk onderdeel zijn van het maritiem archeologisch erfgoed in Oostende.

Marnix Pieters, directeur onderzoek archeologie bij het agentschap Onroerend Erfgoed, kent het verhaal van de boot van Oostende: “Het klopt dat op die site in 1952 resten van een schip werden gevonden. Het wrak is 15 meter lang en 8 meter breed. Het ligt op 8 meter diepte en werd beschreven door twee ingenieurs, aan de hand van waarnemingen.”

Vierde eeuw of vroeger

“Het schip werd toen niet opgegraven. Er zijn verschillende verklaringen hoe de boot daar terechtkwam. Er liepen mogelijk waterpartijen en een geul (Sint-Catharinapolder) tussen het eiland Testerep en het vasteland Oostende. Soms liepen daar vaartuigen vast en werden ook achtergelaten.”

“In een publicatie uit 1952 werd besloten dat het schip dateert van de vierde eeuw of vroeger, omdat de onderzoekers toen gelijkenissen zagen met de vondst van een schip in Denemarken. Het schip bevindt zich blijkbaar in een krekensysteem van de Duinkerke II of I-transgressie van voor de vierde eeuw.”

Onderzoek afwachten

In verband met de boringen die vandaag, vrijdag 8 april, gebeuren en nog zullen gebeuren, wil Marnix Pieters geen voorbarige uitspraken doen. “Om de historiek van het terrein te begrijpen, hebben we vrijdagochtend al zeven boringen uitgevoerd tot op 9 meter diep. In de namiddag zetten we ons werk verder.”

“Op deze plaats van de werf zouden we eventueel sporen moeten vinden van de fameuze Vikingboot, maar tot nu toe kan en mag ik daar ook geen uitspraken over doen. Er werden houtvezels gevonden, maar alles moet nog bestudeerd worden.”

Verder opgravingswerk?

Die stalen van de boringen worden nu, in samenspraak met archeologische experten, grondig onderzocht in het labo en “dan kunnen we, misschien binnen een week, onze conclusie trekken.”

“Als er reden is om verder opgravingswerk te doen, dan zal dat gebeuren. Wat heel belangrijk is voor de Oostendse geschiedenis, wordt verder onderzocht. We bespreken alles samen, in overleg met de bouwheer en de stad Oostende.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier