Voor kleine Robin is het (weer) geen 1 september: jonge mama zoekt al anderhalf jaar school voor autistisch zoontje

Karen D'Hondt met Robin: “Zijn emoties zijn heel extreem. Van intriest tot woedend.” © Luc Cassiman
Phebe Somers

Voor duizenden kinderen is het vandaag de eerste schooldag… voor Robin (4) stond echter geen klasdeur open. Zijn mama Karen is dan ook ten einde raad. Ze zoekt al anderhalf jaar een school voor haar zoontje, dat zwaar autistisch is. “Je hebt geen idee hoe uitputtend dit is. Mentaal en fysiek ben ik volledig op.” Uit pure wanhoop schreef ze onze krant aan.

De toegankelijkheid van het buitengewoon onderwijs is al langer een pijnpunt. Deze week nog bleek dat er voor honderden kinderen met extra zorgnoden geen plek op school is. Eén van hen is Robin (4), het zwaar autistisch zoontje van Karen D’Hondt (35) uit Middelkerke.

Ellenlange wachtlijsten

“Ik wist kort na zijn geboorte meteen dat er iets scheelde met Robin”, begin de jonge mama haar verhaal. “Hij was een huilbaby en daarnaast heel snel overprikkeld. In de crèche hebben ze mij heel vaak opgebeld, omdat ze niet wisten wat ze met hem moesten aanvangen. Toen hij twee was, heb ik hem op allerlei zaken laten testen. Motorisch scoorde hij altijd heel goed, maar op mentaal en communicatief vlak zat hij niet op het niveau van zijn leeftijdsgenoten. De diagnose was autismespectrumstoornis (ASS) met zware gedragsproblemen. Vanaf dat moment liet ik hem meteen op wachtlijsten plaatsen voor extra hulp en begeleiding, in Oudenaarde waar we destijds nog woonden.”

Nooit rust

Tijdens die zware periode kreeg Karen ook nog eens te maken met een scheiding. Omdat Robin op jonge leeftijd met longproblemen en een gebrek aan immuniteit tegen pneumokokken kampte, verhuisde de jonge mama met haar zoontje naar Middelkerke. Zijn fysieke gezondheid ging erop vooruit, maar de problemen zijn niet van de baan. “Robins emoties zijn heel extreem. Van intriest tot woedend. Uitbarstingen waarbij hij alles kapot maakt wat hij op zijn pad tegenkomt. Voor zijn leeftijd is hij heel groot en sterk, ik kan hem fysiek amper nog tegenhouden. Buitenhuis loopt hij constant weg en kent hij geen sociale grenzen. Hij spreekt iedereen aan en noemt elke volwassen man papa. Een vadercomplex waarschijnlijk, maar voor therapie zijn er jarenlange wachtlijsten”, zucht Karen.

“Je hebt echt geen idee hoe uitputtend dit is. Mentaal en fysiek ben ik volledig op”

“Daarnaast is hij nog altijd niet zindelijk, ondanks mijn verwoede pogingen. Hij wil ook niet alleen slapen, maar door zijn constante gestamp en geroep doe ik ‘s nachts amper nog een oog dicht. Naar de supermarkt gaan, is een hel, je wil niet weten hoe scheef ik bekeken word als hij een zoveelste woedeuitbarsting heeft. Het is een loedermoedertactiek, maar hij kalmeert enkel wanneer ik hem filmpjes laat bekijken op mijn gsm. Dan heb ik een paar minuten tijd om naar het toilet te gaan, de was in te steken of heel snel te douchen. Bij familieleden kan hij niet terecht en een babysit is onmogelijk. Sociaal contact heb ik nauwelijks nog, want ik moet er altijd zijn voor hem en buitenshuis gaan we nauwelijks nog, omdat het gewoon niet doenbaar is. Vriendschappen en relaties bestaan amper nog in mijn leven. Je hebt echt geen idee hoe uitputtend dit is. Mentaal en fysiek ben ik volledig op.”

Karen werkt fulltime bij de klantendienst van een luchtvaartmaatschappij, waardoor ze tijdens de coronacrisis gelukkig thuis kon werken. Dat was nodig, want Robin kon niet meer naar de crèche gaan. Na de verhuis naar West-Vlaanderen zat Robin een jaar in een gewone kleuterschool, “Maar daar kreeg ik uiteindelijk te horen dat hij het volgende schooljaar niet meer welkom was wegens ‘te veel overlast’. Hij hoort niet thuis in het gewoon onderwijs, dat weet ik ook wel. Na veel inspanningen kreeg ik uiteindelijk groen licht van een kinderneuroloog om hem naar het bijzonder onderwijs te sturen. Maar daar is nergens plaats”, zucht ze.

“Ik snap de beslissing van de reguliere scholen wel, Robin hoort daar ook niet thuis. Maar in het bijzonder onderwijs is gewoon geen plek”

Deze zomer kon Robin in de opvang van CKG in Oostende terecht, maar sinds 1 september is daar geen plaats meer voor hem. Voor Karen wordt de situatie stilaan uitzichtloos. “In de tientallen scholen die ik al contacteerde, krijg ik altijd hetzelfde antwoord: geen plaats. Momenteel zit ik thuis met een burn-out en een virus waar ik niet vanaf geraak. Ik moet en wil binnenkort weer werken, maar wat als ik nog steeds geen plek heb gevonden voor Robin?”

Heel sociaal kind

Verschillende instanties zijn mee op zoek naar een school waar Robin de zorg kan krijgen die hij nodig heeft, maar het ziet er niet rooskleurig uit. En dat heeft ook een negatief effect op de vierjarige zelf. “Robin is heel sociaal en vraagt constant of hij met andere kindjes kan spelen. Telkens opnieuw moet ik zeggen dat dat niet mogelijk is, met alle gevolgen van dien. Hij zou zo openbloeien in een school waar hij veilig interactie met zijn leeftijdsgenoten kan aangaan, dat ben ik zeker”, vertelt Karen.

“Ik zou een veel betere mama zijn als mijn zoon de ondersteuning zou krijgen die hij nodig heeft”

Uit pure wanhoop schreef Karen minister Ben Weyts én de pers aan, in de hoop dat de alarmbellen ook op beleidsvlak rinkelen. “Niet enkel voor Robin, maar voor alle kinderen die steeds te horen krijgen dat ze niet naar school kunnen door plaatstekort. En voor alle ouders, want ik ben er zeker van dat ik een veel betere mama zou zijn als ik zelfs maar een klein beetje meer rust zou krijgen. Ik ben écht ten einde raad.”

Scholen die toch een plaats hebben voor Robin, mogen onze krant contacteren via redactie@kw.be.

Minister Ben Weyts: “We blijven zoeken naar extra plaatsen”

“We hebben sinds de start van de regeerperiode al 5.000 extra plaatsen gecreëerd in het buitengewoon onderwijs”, reageert minister van Onderwijs Ben Weyts (N-VA). “We hebben tijdens de zomervakantie verder gezocht naar oplossingen en zo kunnen we nu nog eens 300 extra plaatsen meer aanbieden dan eind juni. We zorgen dus voor een sterke stijging van het aantal plaatsen, maar we moeten erkennen dat de vraag naar buitengewoon onderwijs nog sneller stijgt. Bovendien kunnen we niet altijd sturen welke scholen in welke regio’s ingaan op de extra middelen en extra mogelijkheden die we aanbieden.”

“We hebben het bijvoorbeeld makkelijker gemaakt om een school alleen voor kinderen met een autismespectrumstoornis op te starten, maar we kunnen niemand dwingen om van die mogelijkheid gebruik te maken. En een ouder die een plaats zoekt in West-Vlaanderen is nog niet geholpen als er extra plaatsen bijkomen in een andere regio. We blijven zoeken naar extra plaatsen en scholen die met Vlaamse steun willen uitbreiden, want verhalen zoals die van Karen en Robin laten niemand onberoerd”, aldus de minister. (PS)

Lees meer over: