Roeselaarse burgerschoolleerlingen verkopen retro-snoep in pop-up Boo ChaTho

Burgerschoolleerlingen Boo Herreman (18), Chanel Demeulemeestere (18) en Thomas Cneut (20) leren sinds kort samen met Dylan Vandeputte (20) in de Noordstraat met hun leeronderneming ‘Boo ChaTho’ enkele knepen van het vak.

Voor de 27ste keer openen vier leerlingen van het zevende jaar Retail en Visual Merchandising uit de Roeselaarse Burgerschool een pop-up store.

“Op deze manier krijgen onze studenten de kans om er een praktijkgericht en leerzaam jaar van te maken”, vertelt beleidsondersteunend medewerkster Annelies Cloet. “Onze school organiseert dit project in het kader van onderwijs en ondernemen van UNIZO, en steunt de ondernemingszin van onze leerlingen. Zo krijgen ze de kans om de geziene leerstof te toetsen aan de economische realiteit.”

“Dit schooljaar werd er bewust gekozen voor een pop-up die zich specialiseert in voeding. Op die manier beantwoordt ons concept aan de voorwaarden van een essentiële winkel. Het hoofdassortiment bestaat uit snoep van vroeger. Onze studenten willen hun clientèle graag de sfeer van vroeger laten proeven en opnieuw laten beleven. Naast die snoep verkopen ze ook confiserie, biologische drankjes en chocolade. Daarnaast zetten ze in op kerstcadeaus en leuke geschenkpakketjes. Er worden verschillende vintage producten aangeboden voor jong en oud.”

Webshop is onmisbaar

“Deze beginnende ondernemers moeten zich logischerwijze ook aanpassen aan de coronamaatregelen. In normale omstandigheden zijn ze elke dag open van 10 tot 18 uur, maar de eerste weken zijn de openingsuren afhankelijk van hun lesrooster. Als ze thuisonderwijs volgen, blijft de winkel dicht. In samenwerking met de leerlingen van de afdeling IT & Netwerken, worden hun waren voor de allereerste keer aangeboden op een webshop. In coronatijden is dit ook voor Boo ChaTho onmisbaar”, benadrukt Annelies.

“De naam van de winkel en het logo ontstond uit de beginletters van hun voornamen. Die naam heeft een link met de populaire tv-programma’s Chateau Meiland en Château Planckaert.”

(Koen Kerkaert)