Oliebollenkraam was enige attractie op de kermis van Desselgem

Sharon Bultinck: "Nooit eerder hebben we zo'n crisis meegemaakt." (foto CLL)
Christophe Lefebvre
Christophe Lefebvre Medewerker KW

Op de kermis van Desselgem daagde slechts 1 kraam op, het oliebollenkraam van de Wevelgemse Sharon Bultinck (39). “Nooit hebben we zo’n crisis meegemaakt maar als rasechte ‘forain’ is dit ons leven. Geen haar op mijn hoofd dat eraan denkt om op te geven”, klinkt het bij de mondige dame van de oliebollen.

Het was een bizar zicht in Desselgem, twee weken geleden: een kermis met slechts 1 kraam maar toch kon dit de motivatie van Sharon en haar familie niet kelderen. “We hebben wekenlang op een groen licht gewacht, een teken dat we opnieuw naar de foor konden. In Desselgem kregen we de goedkeuring en dus trokken we met ons kraam naar daar.” Sharon twijfelde niet, ondanks de vreemde tijd waarin we leven, en installeerde haar oliebollenstand op het kermisplein. “Ergens bleef het in ons achterhoofd spoken dat we aan die dag flink ons broek zouden scheuren. Een kermis zonder kramen, daar komt toch geen kat naartoe? Toch waren de bezoekers van de partij en deden we goede zaken, een meer dan welgekomen opluchting na een maandenlange sluiting. Andere foorkramers kwamen niet opdagen, waarschijnlijk omdat ze ook dachten dat er geen klanten zouden zijn. Je mag niet vergeten dat het al bakken vol geld kost om met een groot kraam ergens naartoe te gaan. Als je daar dan met je vingers staat te draaien, dan blijf je met een financiële kater zitten.”

Het Beste beroep

Inkomsten die wegvallen, een toekomstperspectief dat er nauwelijks is en foorkramen die in de opslag blijven staan. Toch was het niet het financiële plaatje dat het meest van al knaagde aan Sharon. “Op de foor staan, dat is leven met en tussen de bezoekers”, gaat ze verder. “Je praat met iedereen, je ziet voortdurend nieuwe gezichten en je herkent zelfs de vaste klanten. Het is dat sociale aspect dat foorkramer tot het beste beroep van de wereld maakt. Ik ben er trouwens in geboren, in de wereld van kermissen. Mijn ouders begonnen met de zaak in 1979 en in al die jaren hebben we nooit een dergelijke crisis meegemaakt. Je staat bijna wekelijks op een andere plaats en van dag op dag was het afgelopen en moesten we thuis blijven. Dat was echt een bittere pil om te slikken”.

Op de kermis van Sint-Eloois-Winkel stond het oliebollenkraam van Sharon dan weer in een rij met vijf andere kermisattracties. “Je merkt meteen dat we hier op zaten te wachten en dat iedereen hier doet wat nodig is om het zo veilig mogelijk te houden”, sluit ze af. “Bij ons moeten de klanten bijvoorbeeld een bepaald parcours volgen zodat ze elkaar niet kunnen kruisen. Het is niet zoals normaal maar voor een goed pak oliebollen pakken de mensen dit er graag bij”.