Nog steeds commotie rond parkeerplaatsen voor andersvaliden aan station van Kortrijk

Marc moet sinds de nieuwe maatregelen van het stadsbestuur lange afstanden te voet af leggen, maar dat lukt hem niet meer. © AN
Annelies Nollet
Annelies Nollet medewerker KW Kortrijk-Menen

Enkele weken geleden richtten de Kortrijkse stadsdiensten aan de achterkant van het Kortrijkse station twee nieuwe parkeerplaatsen voor andersvaliden in. De plaatsen in de Bloemistenstraat kwamen er na een klacht van Kortrijkzaan Marc De Smet (78). Hij heeft zelf een handicap maar is niet tevreden met de nieuwe plaatsen. Volgens hem voldoen ze niet aan de wetgeving.

“Pure onwil van Stad Kortrijk”, noemen Marc De Smet en zijn man Marnix Decock (70) het. “Na maanden van brieven, mails en telefoontjes, moest ons verhaal eerst in de pers komen, alvorens de stad in actie schiet en nu is het nog niet in orde.” Het koppel probeerde al sinds augustus in contact te komen met het stadsbestuur. Op dat moment werd aangekondigd dat mensen met een gehandicaptenkaart niet langer onbeperkt gebruik mochten maken van de groene Shop&Go plaatsen. Op de gele parkeerplaatsen voor bewoners kan het wel, maar alleen voor 19.00 uur ‘s avonds.

Een maatregel die volgens schepen van Mobiliteit Axel Weydts absoluut noodzakelijk is. “Die uitzondering ondermijnde het hele systeem”, verduidelijkte hij eerder al. “Zeker aan het station is élke plaats nodig voor mensen die iemand willen afzetten of oppikken. En dan heb ik het nog niet over het veelvuldige misbruik van die kaarten.”

Levensgevaarlijke putten

De nieuwe parkeerplaatsen die de stad in allerijl liet inrichten voldoen volgens Marc en Marnix niet aan de huidige wetgeving. “Die stelt dat er voor mensen met een beperking een parkeerplaats moet zijn in een straal van 25 meter rond het stationsgebouw”, aldus Marc. De plaatsen bevinden zich nu in de Bloemistenstraat, ter hoogte van huisnummers een en twee. Heel wat verder dan 25 meter van de rolstoelingang van het station. “En dan moeten de mensen met een beperking ook nog eens de levensgevaarlijke putten in het voetpad trotseren en een drukke straat oversteken“, aldus Marnix. “Iedereen met gezond verstand kan toch zien dat dat zo niet gaat. Ik ben vooral bang dat Marc eens zal vallen, voor hem zou dat heel erg zijn.”

Volgens Marnix zorgen oneffenheden in het voetpad voor gevaarlijke situaties.
Volgens Marnix zorgen oneffenheden in het voetpad voor gevaarlijke situaties.© AN

Marc is moeilijk te been en verplaatst zich met een wandelstok. Hij heeft astma, problemen met zijn longen en onderging al ingrijpende operaties aan zijn hart en rug. Hij moet daarvoor al 20 jaar geregeld op controle in het UZ Gent. Daar geraakt hij door vanaf zijn woonplaats aan Hof ter Walle eerst met zijn wagen tot aan het Kortrijkse station te rijden en vervolgens de trein en de tram te nemen. “Sinds we niet meer mogen parkeren op de Shop&Go plaatsen neem ik een rollator mee”, vertelt Marc. “De kans dat ik val is anders heel groot.” “We moesten al eens ter hoogte van supermarkt Lidl parkeren”, vult zijn man aan. “Tegen de tijd dat we aan de trein waren heb ik moeten sprinten tot bij de conducteur. Marc was compleet op, hij kon niet meer. Gelukkig heeft de trein gewacht.”

Ongevallenbeheerder

De twee laten het er dan ook niet bij. Ze eisen dat de stad nog minstens twee extra parkeerplaatsen voor mensen met een beperking inricht. “Ofwel in plaats van de Shop&Go-plaatsen ter hoogte van Mobiel ofwel op de plek waar nu de fietsenstalling is”, aldus Marc. Hij was in een ver verleden ongevallenbeheerder en is vast besloten om zijn ervaring in te zetten om het stadsbestuur op de knieën te dwingen. “We dienden al klacht in bij de bevoegde minister en bij de gouverneur”, aldus Marnix.

https://www.youtube.com/watch?v=fqBGvi-BpLM

Schepen Weydts gaf eerder al aan daar niet op in te willen gaan en krijgt nu ook gelijk van het agentschap Binnenlands Bestuur. In een brief wijst de gouverneur erop dat de procedure voor het inrichten van een parkeerplaats voor mensen met een beperking een lange tijd in beslag neemt. Het stadsbestuur heeft volgens de gouverneur dus weldegelijk binnen een redelijke termijn gereageerd op de vraag van Marc. “De door u aangehaalde afstand van maximum 25 meter tot de ingang van een openbaar gebouw is opgenomen als richtlijn in het Vademecum Toegankelijk publiek domein. Dit betreft dus geen wettelijke bepaling, maar is slechts een richtlijn of aanbeveling”, klinkt het verder nog.

(Annelies Nollet)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier