Nieuwpoort én “het Wonder van Sint-Bernardus”

Elk weekend zit de Sint-Bernarduskerk in Nieuwpoort-Bad afgeladen vol. (Foto MVO)
Redactie KW

Het succes van een zondagsmis is niet zelden te danken aan de aanpak van de pastoor. Er zijn de ‘ouderwetse’ pastoors, die strak blijven vasthouden aan de strenge oude regels van de katholieke kerk en er zijn de verlichte geesten, die dankbaar gebruik maken van de moderne media en die zorgen voor frisse, moderne teksten en actuele preken, zoals pastoor Stephan Houtman in De Panne en Bert Devloo in Nieuwpoort. “Dat is het wonder van Sint-Bernardus in Nieuwpoort-Bad”, verklappen koorzangeres Nadine Ooghe en haar man Jean-Pierre Vandorpe.

Deze reportage maakt deel uit van ons Dossier Kerk

Op palmzondag zijn Nadine Ooghe en Jean-Pierre Vandorpe uitzonderlijk van dienst in de Sint-Bernarduskerk omdat de vaste organist ziek is. “We krijgen nooit opmerkingen over onze muziekkeuze. De pastoor staat voor veel zaken open”, zegt Nadine. “Iedereen weet trouwens dat de kerk elke zaterdagavond volloopt en ook op zondag. Vandaag zijn er zelfs zitplaatsen te weinig en moeten de gelovigen achteraan rechtstaan. De mensen komen trouwens voor de preek van de pastoor, die altijd inspeelt op de actualiteit.” Op paaszondag zijn er zelfs drie kerkdiensten, en ook dan zit de kerk afgeladen vol.

“Ankerpunt”

Herman Van Der Bauwhede, lid van het interparochiaal team Nieuwpoort, gaat terug tot de jaren 50 om het teveel aan kerken te verklaren. “In de beginjaren van de fifties, de artificiële boomperiode, werden onder impuls van de wet De Taeye grote sociale woonwijken en alleenstaande woningen gebouwd buiten het centrum van steden en gemeenten“, legt Herman Van Der Bauwhede uit.

“In deze nieuwe woonkernen werden kort daarna tal van kerken gebouwd en nieuwe parochies gecreëerd, soms twee per stad of grote gemeente. Er was een overvloed aan priesters en gelovigen om die nieuwe parochies leefbaar te houden. Vandaag zijn er inderdaad te veel kerken, maar we mogen niet vergeten dat kerkgebouwen altijd een ankerpunt zijn geweest en nog altijd zijn. Een kerktoren is het symbool van een dorp of wijk. Ons historisch en cultureel erfgoed mogen we niet zomaar overboord gooien en we moeten serieus nadenken over een herbestemming.”

Ik zie het niet zo somber: geloof schijnt nog altijd aan te trekken, het biedt een houvast aan de mensen

We kunnen niet ontkennen dat nog maar zowat 3 % van de bevolking praktiserend katholiek is”, zegt Jacques De Kimpe, lid van het interparochiaal team Nieuwpoort en lid van de kerkraad. “Maar we moeten dit in de juiste context plaatsen en geen appelen met peren vergelijken. Eind 19de, begin 20ste eeuw was zowat heel België en Europa ‘kerkganger’, want de maatschappij werd gedomineerd door de Kerk en de Kerk speelde een uitgesproken maatschappelijke rol, zowel op politiek als sociocultureel vlak.”

“Maar dat is niet altijd zo geweest, want zelfs in de middeleeuwen waren er periodes van grote kerkvlucht. Eigenlijk kunnen we bijna stellen dat periodes met een bijna totale praktiserende katholieke bevolking eerder uitzonderlijk waren dan normaal. Het feit dat de kerkelijke leiding te veel macht had en te veel moraalridder wilde spelen, heeft gelovigen weggejaagd.”

Jacques De Kimpe.
Jacques De Kimpe.© MVO

Maar we mogen ook niet uit het oog verliezen dat er vandaag nog altijd 1,2 miljard gelovigen zijn in de wereld en dat nog altijd 500.000 à 600.000 mensen elke week naar de zondagsmis gaan. Dit is blijkbaar nog altijd meer dan dat er naar het voetbal gaan kijken. Het aantal priesters, kerkgangers en gedoopten stijgt elk jaar, zij het minimaal.”

Pijnpunt

Jacques De Kimpe vindt het wel een pijnpunt dat de gemiddelde leeftijd van de kerkgangers steeds hoger ligt en dat amper 2 % jonger is dan 35 jaar. “Maar we moeten de Kerk niet zien als een naamloze vennootschap die elk jaar winst- of verliescijfers moet voorleggen”, zegt hij. “De waarde van het geloof hangt niet af van het aantal gelovigen. Het is belangrijker te leven volgens christelijke principes dan elke zondag naar de kerk te lopen en te leven als een ketter, zoals de paus onlangs nog zei. De media hebben nogal de neiging om het einde van de katholieke kerk te voorspellen en baseren zich dan enkel op basis van een eurocentrische visie. Maar ik zie het niet zo somber: geloof schijnt nog altijd aan te trekken, het biedt een houvast aan de mensen. Bij sommigen manifesteert zich dat misschien op latere leeftijd en bewuster, maar daar is toch niks mis mee?”

“Niemand betwist het principe dat Kerk en Staat moeten gescheiden zijn vandaag, want dat verhindert de Kerk om dingen te doen waar ze zich niet moet mee bezighouden”, zegt Jacques De Kimpe. “Maar een scheiding tussen geloof en gemeenschap is iets anders. Je mag geloof niet verbannen naar de privésfeer.”

We moeten afstappen van de Kerk als producent van het geloof en van de kerkganger als het vee dat het geloof passief consumeert

Dat beaamt ook Herman: “Geloven is iets individueels, maar je geloof beleven doe je in gemeenschap.” Jacques ziet de toekomst hoopvol in: “Ik denk dat we het dieptepunt van het geloof bereikt hebben. De tijden zijn niet rooskleurig momenteel en hoe slechter het gaat, hoe meer mensen een houvast vinden in geloof. De periodes van dramatische, pijnlijke ervaringen met diepe angsten en emoties de laatste decennia hebben misschien een zuiverend effect gehad.”

“Maar we moeten afstappen van de Kerk als producent van het geloof en van de kerkganger als het vee dat het geloof passief consumeert. De mooiste periode van het christendom was toen er geen kerken waren, maar waar geloof in gemeenschap werd beleefd en thuis gedeeld. Ook het priestertekort vraagt een oplossing. Er zit niet meer genoeg vis in de vijver waardoor er in de toekomst te weinig priesters zullen zijn. Ook het celibaat heeft hiermee te maken. Daar kunnen leken een belangrijke rol spelen in de kerk. Daarom zie ik heil in een parochieteam met een priester als leider, die begeleid wordt door een lekenteam, dat kan instaan voor ziekenbezoek, nazorg, gebedsdiensten enz.”

Rol van de vrouw

Herman nuanceert: “Ik denk dat we priesters zelf de keuze moeten laten of ze voor het celibaat kiezen of niet, maar op 18 jaar kan iemand die beslissing niet nemen voor de rest van zijn leven. Ik denk ook dat er een grotere dienende rol voor de vrouw is weggelegd.” Jacques besluit: “In elk geval ben ik ervan overtuigd dat de rijke boodschap van onze Kerk nog altijd de meest perfecte en volwaardige is, met christelijke waarden, die zich volledig instellen op de maatschappij, in tegenstelling tot de eenzijdige visie van bijvoorbeeld het socialisme.”