Nancy uit Gullegem leeft al 29 jaar met het hart van 14-jarig meisje en een nier van haar man

Kurt en Nancy Gheysens-Vallaey zagen 22 jaar geleden bij de geboorte van Romy hun kinderwens in vervulling gaan. © foto JS
Wouter Vander Stricht

Nancy Vallaey was een late tiener toen bij haar een erfelijke hartspierziekte werd vastgesteld. Ze kreeg 29 jaar geleden een nieuw hart en was ook een van de eerste mama’s in België die met een donorhart een kind ter wereld kon zetten. Door jarenlang gebruik van medicijnen moest ze ondertussen ook een niertransplantatie ondergaan en die nier kreeg ze van haar man Kurt. Een grotere daad van liefde bestaat er niet. Nancy stelt het al bij al goed, al heeft het jarenlang innemen van medicatie ook voor heel wat bijwerkingen gezorgd.

Kurt Gheysens en Nancy Vallaey, beiden 49 jaar, wonen met dochter Romy (22) langs de landelijke Torrestraat in Gullegem. Een knus gezinnetje, maar Nancy torst al heel haar volwassen leven een zware last. “Het was vanaf mijn 17de of 18de dat ik er last van begon te krijgen. Ik had hartritmestoornissen en werd onwel. Ik zat ondertussen in mijn tweede jaar verpleegkunde en deed stage in de psychiatrie in Ieper toen ik opnieuw onwel werd.”

De diagnose werd bij Nancy al snel gesteld. De ziekte heet cardiomyopathie en daarbij knijpt het hart minder goed toe. “Men dacht dat ze langer een gewoon leven kon leiden, maar op haar 20ste drong zich al een transplantatie op. Van het Roeselaarse Heilig Hartziekenhuis werd ze voor vooronderzoeken naar UZ Gent gestuurd. Professor Primo, een autoriteit op het vlak van transplantaties, kwam naar Gent om de situatie van Nancy te bespreken en uiteindelijk is ze op 14 juni 1991 in het ULB Erasmusziekenhuis in Anderlecht geopereerd. Ze had nog geen 14 dagen op de lijst gestaan. In die tijd waren er minder transplantaties en door het groter aantal ongevallen waren er ook meer beschikbare donoren.”

Voor een tweede kindje durfden we niet gaan

De operatie op zich verliep goed, maar na een maand belandde Nancy met een griep in het ziekenhuis. “Ik moest ook mijn studies jammer genoeg afbreken, een job als verpleegkundige zou te gevaarlijk zijn omwille van de infecties die je kunt oplopen. Van meet af aan moest ik ook medicatie tegen afstotingsverschijnselen nemen. Die was nog maar een paar jaar eerder op de markt gekomen en stond nog in de kinderschoenen.”

Levende donatie

Het jonge koppel woonde nog lange tijd in de ouderlijke woning van Kurt op de Bosmolens in Izegem. “De eerste tien jaar waren fantastisch. Uiteraard droomden wij van kinderen, maar dat is niet evident met een donorhart. Claudine, een goede vriendin van Nancy, was de eerste Belgische met een donorhart die beviel. Ook wij raakten zwanger en Romy werd in 1998 geboren. Ze was wat te vroeg geboren, maar voor de rest was alles in orde. Voor een tweede kindje zijn we niet gegaan, we wilden het lot niet tarten.”

Ondertussen werkten de nieren van Nancy ook steeds minder goed. De dialyse was onafwendbaar. Nancy was in behandeling bij een nefroloog in Roeselare. “Maar het klikte niet echt. We zijn uiteindelijk bij dokter Peeters in Gent beland, en dat was een compleet verschil. De dokter is ook een van de pioniers in België voor levende donatie. Het ontvangen van een ‘levende nier’ is veel beter dan een ‘cadavernier’. Bij het transport verliest de nier immers veel aan kwaliteit.”

Nancy ging op zoek naar een levende donor en vond die in haar eigen huishouden. “Ook een van mijn zussen kon een nier afstaan”, aldus Nancy die opgroeide in Passendale. Kurt: “Als het mogelijk was, wilde ik graag zelf een nier schenken. Dan belast je ook maar één gezin. Maar de nier moet ook compatibel zijn natuurlijk. Je moet enkele keren de kruisproef van het bloed ondergaan, zelfs nog eens de dag van de transplantatie. Maar bij mij bleek dat gelukkig goed te zitten. Ze nemen ook altijd de slechtste nier weg bij de donor, maar bij mij bleken die beiden even goed te werken. Voordeel is dat ze mijn nier konden wegnemen en quasi meteen in de operatiekamer ernaast inplanten.”

Minder te been

De operatie vond plaats in augustus 2007. Maar dit keer had Nancy minder geluk. “We dachten dat de operatie goed verlopen was, maar al snel bleek het tegendeel. Er was blijkbaar een lek. In totaal onderging Nancy in 14 dagen tijd vijf operaties. De nier moest uiteindelijk weer opgetild worden om daarna herbevestigd te worden. Het lek zat onderaan en was daardoor niet zichtbaar. De nier werd via de buik ingebracht, ik voel die nog altijd zitten”, verklapt Nancy.

Sindsdien is Nancy verlost van de dialyse en voor Kurt stelde zich geen probleem. “Hoe het nu met mij gaat? Goed, maar het is geen wowverhaal. Door de vele medicatie duiken er andere problemen op. De aders in mijn benen slibben dicht. Ik ben nu wat minder te been.”

De actie van Rotary Izegem juicht men binnen het gezin Gheysens-Vallaey uiteraard toe. “Voor ons is het geen issue, wij vinden donatie de normaalste zaak ter wereld. Als ik sterf, mogen ze al mijn organen hebben”, zegt Kurt. “Maar we beseffen maar al te goed dat dit niet voor iedereen evident is. Zelf hebben we geen contact gehad met de familie van de donor van het hart van Nancy. Ze is geopereerd in het Brusselse en iemand van het ziekenhuis sprak waarschijnlijk zijn mond voorbij toen hij verklapte dat het om een 14-jarig meisje ging. Waarschijnlijk uit een ongeval. We zijn die mensen heel dankbaar, maar wilden toen hun wonde niet nog eens openrijten door hen te contacteren.”

Info over orgaandonatie vind je op www.1010izegem.be en al onze artikels lees je op www.kw.be/actie1010