Na zes jaar: restauratie O.-L.-V.-kerk klaar maar Madonna blijft nog even in de steigers staan

Het beeld van Madonna met kind en het plafond aan het beeld blijven nog even ontoegankelijk. © Davy Coghe
Stefan Vankerkhoven

De kerkfabriek van de Onze-Lieve-Vrouwekerk viert komend weekend het einde van zes jaar restauratiewerken kostprijs 6 miljoen euro met twee barokconcerten. Enkel de Madonna van Michelangelo blijft nog tot het einde van het jaar in de steigers. Er rest nu nog de restauratie van het orgel én een oplossing voor het vochtprobleem. Want omwille van de vele ontdekte graven, kon er geen verwarming onder de kerkvloer geïnstalleerd worden.

Luc Coulier, de voorzitter van de kerkfabriek van de Onze-Lieve-Vrouwekerk, voelt zich dezer dagen een gelukkig man. Tot nu toe heeft hij zich zes van de zeven jaren van zijn voorzitterschap in hoofdzaak moeten bekommeren om de restauratie van deze kerk. Nu kan hij zich eindelijk verheugen op het einde van die werken. “21 jaar geleden heeft de kerkfabriek, die na de Franse periode eigenaar geworden is van de kerk, het bouwrecht gegeven aan de stad Brugge. Toen al is de voorstudie begonnen voor de totale restauratie, nu beleven we het eindpunt van dit proces”, glundert Luc Coulier.

Eerst vond de renovatie van de buitenzijde en van de 122 meter hoge kerktoren plaats, de voorbije zes jaren werd het interieur aangepakt. Omwille van de wit geschilderde zuilen oogt de kerk binnen nu veel properder en helderder. “De Brugse restaurateur/architect Luc Vermeersch en zijn team hebben heel wat eeuwenoude, veelkleurige muurschilderingen ontdekt. Onlangs nog een 15de eeuws portret van een engel op een zuil. Maar het budget ontbrak om alle polychrome kunstwerken en grisailles op de kruisbogen bloot te leggen. Enkele details in de zijbeuken tonen wel hoe deze kerk in de middeleeuwen rijkelijk versierd was”, aldus Luc Coulier.

Respectloze toeristen

Enkel aan het altaar van en het plafond boven de Madonna van Michelangelo zal nog tot diep in het najaar verder gewerkt moeten worden. “Ik hoop dat de aannemer op die plek het originele, versierde plafond in ere kan herstellen”, vervolgt de voorzitter van de kerkfabriek. “Het zou een meerwaarde zijn voor dit topstuk, dat slechts vier maanden niet te bezichtigen was en tijdelijk vervangen werd door een replica. Vergeet niet dat er vroeger, toen de toeristen nog niet moesten betalen om dit zestiende eeuwse renaissancemeesterwerk te bezichtigen, tot 1,8 miljoen bezoekers per jaar geteld werden in de Onze-Lieve-Vrouwekerk. Maar hun massale aanwezigheid zorgde voor te veel luchtvochtigheid in de kerk. Nu toeristen een ticket moeten kopen voor het museale gedeelte, inclusief de praalgraven van twee Bourgondische hertogen, is het aantal toeristen gedaald tot 270.000. Al mag je dit aantal verdubbelen met de bezoekers die het beperkte, niet-betalende deel van de kerk binnen gaan.”

Marie-Anne De Keyser, Luc Coullier en Monique Declerck in de gerestaureerde O.-L.-V.-kerk.
Marie-Anne De Keyser, Luc Coullier en Monique Declerck in de gerestaureerde O.-L.-V.-kerk.© Davy Coghe

Als het woord toerist aan bod komt, moet Luc Coulier eventjes diep zuchten: “Onze acht Vlaamse topstukken, met als eerste natuurlijk de Madonna, lokken duizenden toeristen naar Brugge. Er zijn immers ook schilderijen van Barend van Orley, Gerard Seghers, Adriaan Isenbrandt, Gerard David en Pieter Pourbus, naast de praalgraven van Maria van Bourgondië en Karel de Stoute. Het respect van nogal wat toeristen is vaak ver te zoeken. Sommigen proberen over de koordjes te springen of onze suppoosten te verschalken en toch gratis binnen te glippen. Anderen laten blikjes bier of frisdrank achter of betreden de kerk zelfs met hun hond! En dan zijn ze nog verwonderd dat ze hierover een opmerking krijgen. De Onze-Lieve-Vrouwekerk blijft in de eerste plaats een parochiekerk voor de eredienst, met in het weekend twee druk bijgewoonde eucharistievieringen en dagelijks een middaggebed.”

Vochtproblemen

Met de restauratie van het kerkinterieur is de klus voor Luc Coulier nog niet af. “Nu rest ons nog de renovatie van ons zeventiende eeuwse kerkorgel. Want dat dossier is afgesplitst van de rest van de renovatie. En er moet nog een alternatieve oplossing gevonden worden voor het opstijgend vocht. Alle muren zijn hiertegen met injecties behandeld, maar we wilden aanvankelijk verwarmingsconvectoren onder de vloer steken. Tijdens de werken bleek dat de kerk vol graven zit, er is geen ruimte voor die convectoren. Bijgevolg blijft de Onze-Lieve-Vrouwekerk een kerk zonder verwarming. Pas op: dat is geen ramp voor onze kunstwerken, want die doorstaan dat al eeuwenlang. Maar de houten vloer van onze preekstoelen bijvoorbeeld was toch helemal rot.”

Minder vocht

De voorzitter van de kerkfabriek droomt ervan dat op termijn het paradijsportaal de hoofdingang van de Onze-Lieve-Vrouwekerk wordt, ook al heeft ze nog maar pas een nieuwe ingang langs de Dijver. ” Zo zou er toch minder tocht en vocht in de kerk binnensijpelen. In de middeleeuwen verlieten de gelovigen via dat portaal de kerk: het leidde hen naar het paradijs, want ze liepen buiten recht op het kerkhof…”

Tot slot geeft Luc Coulier een pluimpje aan de stad Brugge, die elk jaar een subsidie geeft van 25.000 euro. “Op die manier kunnen we jaarlijks twee kunstwerken laten restaureren. Dat is ook nodig!”

Uit dank voor de geslaagde restauratie organiseert de kerkfabriek van de Onze-Lieve-Vrouwekerk twee concerten. Op vrijdag 31 mei om 20 uur voert het ensemble Currende onder leiding van Erik Van Nevel de Vespro della beata Virgine van Claudio Monteverdi uit.

Op zondag 2 juni om 11 uur zingt het vocaal ensemble De Wijngaard, begeleid door organist Ignace Michiels het Luthers Himmelfahrts Oratorium van J. S. Bach. Tickets voor het eerste concert zijn te koop in de kerk, het tweede concert is gratis.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier