Mens erger je niet: de tien smerigste voorsteektypes

Redactie KW

We zijn geen Britten, dus hebben wij Vlamingen een broertje dood aan hoffelijkheid en netjes geschikte wachtrijen. Speciaal voor u in een lijstje gegoten: de tien smerigste voorsteektypes waar u en ik zich telkens weer aan kapot ergeren.

De strookidioot

1

Mens erger je niet: de tien smerigste voorsteektypes

Collega Lieven Mathys lanceerde de term eerder deze week naar aanleiding van het feit dat er binnenkort strenger gecontroleerd zal worden op zogeheten ‘middenvakrijden’. Hij – en hij staat daarin niet alleen – ergert zich ook aan de ‘strookidioten’, die halsbrekende heksentoeren uithalen om via enkele rare kronkels de rode lichten te ontwijken. Wij zien ze ook meer dan eens, terwijl we braafjes in de voorsorteerstrook staan te wachten om links af te slaan, inderhaast rechts indraaien en meteen ‘hun kar keren’. “Die moet badgen”, denken wij dan. We knijpen niettemin ons stuur bijna tot moes/mousse.

De plattekarpaljas

2

Mens erger je niet: de tien smerigste voorsteektypes

Maar ook in warenhuizen geldt het recht van de stoutmoedigste en de bijdehandste. Zo zijn er de warenhuizen waar, komende vanuit twee verschillende rayons, twee rijen richting één kassa trekken en tijdelijk niet meer zo brave huisvrouwen elkaar trachten dood te bliksemen met hun meest boze blik (geen groentensoep) en twijfelen of ze tegen ‘die troela’ haar enkels zullen rijden of niet. Het ritsprincipe is er soms wel, dan weer niet zo goed ingeburgerd. Maar doe je je boodschappen in de Colruyt, dan is daar plots het fenomeen van De Platte Kar. Heeft Plopsaland zijn ‘speedy ticket’, dan heeft Colruyt zijn Platte Kar. Pluspunt is dat je er niet voor hoeft bij te betalen, maar simpelweg die twee bakken bier, die je anders op het onderste gedeelte van je gewone kar kunt plaatsen, nu op die platte kar zet. Daarna vul je gewoon de resterende oppervlakte met doordeweekse boodschappen, die net zo goed in een gewone kar hadden gekund en ga je in Jouw Voorbehouden Rij staan. ‘Aanschuiven’ hadden we eerst getypt, maar dat is haast nooit nodig. Alleen nog even wachten tot de boodschap ‘Rudy platte kar Rudy platte kar’ door de winkel galmt en een blauwe medewerker komt aangesneld, en klaar is Kees. Wees daar gerust wat strenger op, Jef!

De crèmekoekcrimineel

3

Mens erger je niet: de tien smerigste voorsteektypes

Zondagmorgen: rustig ontwaken, kattenwasje, even snel naar de lokale warme bakker om ontbijtkoeken en wat vers brood te kopen. Weet dat je, eens in een perimeter van zo’n twintig meter rond de bakkerij, in een magische zone komt waar sommige onderste ledematen plots weer veel sneller functioneren. Lees: merkt iemand op dat je ook naar die drukbevolkte bakkerij onderweg bent, dan versnelt die zijn pas aanzienlijk, als was hij toegekomen aan de laatste rechte lijn snelwandelen. Je zult het immers altijd maar zien dat die kleine bruine ronde met sesamzaadjes net uitverkocht zijn dankzij die inhalige bourgondiër van net voor je. En we willen niet stigmatiseren, maar ook bejaarden voelen hun gewrichten veel minder tegentrekken bij die laatste meters. Nog een gratis tip er bovenop, trouwens, met dank aan zo’n besje: wurm je tussen de rij wachtenden tot bij de stapel De Zondags, neem er eentje mee en blijf daar dan wat dralen. En voeg stiekem in. Dubbele winst, want ook nog een gratis krant mee!

De parkingparasiet en de pechstrookpipo

4

Mens erger je niet: de tien smerigste voorsteektypes

Er zijn leukere activiteiten te bedenken dan uren in de file te staan. Of voor sommigen blijkbaar: dan minuten in de file te staan. Geen parking te druk, geen ondergrond te hobbelig, geen pechstrook te verboden, of we glippen er overheen om toch maar wat vooruitgang te boeken. Snelwegparkings zijn hiervoor geliefkoosd terrein, maar ook tankstations of zelfs variété-afspanningen zoals de La Palma in Gits, waar je op die manier zowaar een stel verkeerslichten kunt omzeilen. Toch zeker goed voor een minuut of twee vrijgekomen tijd in je leven. Daarmee kan je al eens naar ‘Song 2’ luisteren op een concert van Blur.

De hostiehaastigaard

5

Mens erger je niet: de tien smerigste voorsteektypes

Maken statige pilaren, devote blikken en slissende pastoorsstemmen ons vromer en ingetogener? Mooi niet, want als het moment van de communie aangebroken is, kan je ofwel netjes je beurt afwachten, ofwel via een sluipweg richting zijbeuk trekken, een twintigtal rijen stoelen voorbij vlammen – sorry, schrijden, met de handen voor het kruis gevouwen (of doodgemoederd met de armen gekruist op de bolle buik) en de ogen op de zwarte marmeren tegels gericht – en vervolgens opnieuw, tussen twee rijen stoelen in, aanschuiven, iets dichter bij het altaar en de toch altijd vergevende Almachtige. De andere gelovigen kunnen trouwens niet anders dan je hooguit hun andere wang aanbieden.

De terrasterrorist en de restorabauw

6

Mens erger je niet: de tien smerigste voorsteektypes

Geen plaats waar de messen meer geslepen en de tanden meer ontbloot worden dan in een overvol restaurant of caféterras. Het komt er duidelijk op aan zo slinks en onopvallend mogelijk in de buurt te blijven van dat koppeltje dat aanstalten lijkt te maken om te vertrekken, zodat, als de kans zich voordoet, hun tafeltje prompt ingenomen kan worden. Cirkelende aasgieren in een laag-bij-de-grondse stoelendans. Je kunt natuurlijk ook één verkenner vooruit sturen, deftig ingeduffeld met drie jassen, die elk op één vrije stoel passen voor de achterkomers.

De handdoekhuichelaar

7

Mens erger je niet: de tien smerigste voorsteektypes

Iedereen genoegzaam bekend dankzij het reisprogramma ‘Is ‘t nog ver?’, waarin televisiekijkend Vlaanderen zag hoe sluwe hotelgasten bij het krieken van de dag – of voor dag en dauw, zo je wil, of de prille ochtendstond – hun handdoek overheen een ligzetel aan de rand van het zwembad gingen draperen, om vervolgens nog drie uren weer in hun nest te gaan liggen stinken. Het zijn die types die op bus, trein of tram hun handtas of boekentas naast zich ploffen, opdat er toch maar zeker niemand naast hen zou komen zitten. En die, aanschuivend aan het koud buffet, hun bord vol laden met dat eten waarvan ze vermoeden dat het het duurste is. Om dan de helft te laten liggen. “Maar het is toch allemaal betaald.”

De vrijemarktwreedaard

8

Mens erger je niet: de tien smerigste voorsteektypes

En dan zijn er nog de grote, eenmalige evenementen, waar de organisatie veel aanwezigen mag verwelkomen maar niet over een goed gestructureerde wachtrij aan de ingang heeft nagedacht. Of waar er veel volk een concertzaal binnen moet door één al bij al smalle toegangsdeur. Dan zie je ze inschatten, de Voorstekers: ga ik best langs binnendoor, of langs buitenom? Gewoon achteraan aansluiten is uiteraard geen optie. Handig kan zijn om even de nek uit te steken en te loeren of er geen bekende gezichten dichter bij de finish staan. Zo ja, dan kan je langs het boordje tot op hun hoogte zien te raken, enthousiast wuiven en ‘even een praatje gaan maken’. “Mag ik efkes passeren, merci dankuwel.”

De dwarsliggende tegenligger

9

Mens erger je niet: de tien smerigste voorsteektypes

Wegversmallingen, met een voorrangsregel: ze zijn er om het verkeer af te remmen en om de farma-industrie een duwtje in de rug te geven wat de verkoop van medicatie tegen maagzweren betreft. We willen daarmee nu niet zeggen dat dit ook alweer de schuld van Marc Coucke is, maar toch: hoe kleurenblind moet je zijn om geen onderscheid te kunnen maken tussen een rode en een zwarte pijl? Hilarisch was ooit het filmpje waarin twee vrouwen geen duimbreed wilden toegeven en dan maar minutenlang neus aan neus – van hun auto, welteverstaan – bovenop een brugje bleven staan. Weg met die voorrangdieven!

Het online Kampfschwein

10

Mens erger je niet: de tien smerigste voorsteektypes

Hoe ze het allemaal doen weten we niet – daarvoor zijn we net iets te weinig geek en heeft ons gezicht iets te veel kleur – maar sommige cyber wizzards slagen er beter dan de doorsnee internetgebruiker in om online tickets aan het haakje te slaan. Voor pakweg Tomorrowland, bijvoorbeeld, of één of andere wereldberoemde superband. Zetten én de computer én de laptop én de tablet open, schuiven de dichtste buren wat smeergeld toe om bij hen thuis hetzelfde te gaan doen en loggen dus met elvendertig verschillende accounts in om hun winstkansen te verhogen. Het is van alle tijden natuurlijk: tientallen jaren geleden al draaiden we met zijn allen alle cijfers van dat spelprogramma op de radio, behalve het allerlaatste, om bij het juiste moment op de radio ook dat laatste nummer te draaien op ons oude telefoontoestel. En bijgevolg ‘rapper binnen te raken’. Allemaal echt gebeurd, behalve misschien dan dat van het smeergeld voor de buren.

(FJA)