“Meesten willen op correcte manier van hun straf af”

Hannes Hosten

Bij de dienst openbaar domein van de stad gaan jaarlijks 20 tot 30 werkgestraften aan de slag. “Er gaat wel eens iets fout, maar dat is meer uitzondering dan regel”, zegt operationeel technisch coördinator Patrice Vanderbeke. “We maken vooraf duidelijke afspraken. De meeste werkgestraften doen hun uiterste best om op een correcte manier van hun straf af te raken. Ze weten ook wat hen anders boven het hoofd hangt.”

Deze reportage maakt deel uit van ons ‘Dossier Werkstraffen in West-Vlaanderen’.

“De dienst alternatieve gerechtelijke maatregelen van de stad begeleidt jaarlijks 120 tot 130 mensen die een werkstraf kregen”, zegt de bevoegde schepen Krista Claeys. “Dat gebeurt in nauwe samenwerking met het Brugse Justitiehuis.” De dienst doen daarvoor een beroep op verschillende werkplaatsen in en rond Oostende, altijd overheidsdiensten, vzw’s of stichtingen met een sociaal, wetenschappelijk of cultureel doel, zoals wettelijk is bepaald.

“Wij maken de match en de werkgestrafte wordt in het team van de werkplek opgenomen om te functioneren zoals elke andere werknemer“, legt coördinator Dana Decerf uit. “Daarnaast hebben we een werkvloerproject in samenwerking met Groep Intro. Daar begeleiden Kurt Ureel en Dwight Tratsaert de mensen met een werkstraf, maar zij blijven zelf altijd ter plaatse bij de werkgestraften. Onder meer de Paulusfeesten, de vzw TEJO (Therapeuten voor Jongeren), de Avondschool… werkten zo al met het werkvloerproject samen.”

“Feiten van vroeger”

“Wij hebben soms niemand, maar soms ook drie, vier, vijf werkgestraften tegelijk”, vertelt Patrice Vanderbeke van de dienst openbaar domein van de stad. “Daarnaast hebben we ook jongeren die ons komen helpen in het kader van het vereffeningsfonds. Hun ouders moeten dan een minder hoge boete betalen voor wat ze hebben mispeuterd. De werkgestraften komen het aantal uren dat de rechter heeft uitgesproken: dat varieert van 20 tot 300 en in uitzonderlijke gevallen 600 uren.”

“Ze weten wat hen boven het hoofd hangt als er iets misloopt”

“Het gebeurt wel eens dat wij dezelfde werkgestraften het volgende jaar nog eens terugzien. Maar dikwijls gaat het over feiten van enkele jaren geleden. De meesten hebben intussen werk, een partner, een kindje… en willen er zo snel mogelijk van af. Velen kiezen voor de bouwvakantie of het weekend, zodat ze gewoon verder naar hun werk kunnen. Wij schakelen de werkgestraften in de weekends in op het containerpark of om de binnenstad te reinigen per bakfiets en in de week bij de groendienst om ons openbaar groen te onderhouden. Mensen met een goede kennis van mechaniek helpen soms mee in de stadsgarage.”

“Ook mensen in aanzien”

“Doorgaans werken de werkgestraften relatief goed mee”, vindt Patrice. “Ze weten wat hen boven het hoofd hangt als er iets misloopt tijdens de werkstraf. Bij één fout worden ze aan de tand gevoeld door de probatiecommissie. Als het een tweede keer gebeurt, eindigt de werkstraf en gaat het dossier weer naar Brugge. Als ze het bij een werkstraf kunnen houden, komt de zaak niet op hun strafblad en zijn ze er sneller van af. De werkgestraften zijn van alle leeftijden en uit alle lagen van de bevolking. Ja, ook mensen wiens ouders in aanzien staan of een mooie zaak uitbaten.”

“Niet dat er nooit eens iets fout loopt. Je hebt er die te laat komen, afwezig zijn zonder te verwittigen of zonder doktersattest… Agressie op de werkvloer maakte ik ook al mee. Maar het is toch meer uitzondering dan regel. De meeste werkgestraften doen hun uiterste best om op een correcte manier van hun straf af te raken. De collega’s aanzien hen als gewoon personeel. Ze hoeven niet te weten wat ze hebben uitgespookt. Wij zijn hier een grote diversiteit gewoon, met veel stagiairs en sociale tewerkstelling. Daar kijken we niet van op.”