Marc Bailliu is 25 jaar koster-organist: “Aan stoppen denk ik helemaal nog niet”

Marc Bailliu. © LBR
Redactie KW

Zijn carrière als koster-organist begon in juli 1976 in Reninge. Ondertussen vind je al 25 jaar lang Marc Bailliu terug achter het orgel in de Sint-Martinuskerk in Roesbrugge. “Ik kan er mijn energie kwijt én hieruit put ik ook kracht. Gemiddeld heb ik zo’n een 270 ‘optredens’ per jaar”, zegt Marc.

Al 25 jaar is Marc Bailliu (61) uit Sint-Jan-ter-Biezen de vaste koster-organist in de Sint-Martinuskerk in Roesbrugge. Sinds 2009 combineert hij de kerkdiensten in Roesbrugge en Watou. Marc maakte in zijn jonge jaren deel uit van het parochiaal zangkoor in Reninge. “De liefde voor muziek kon ik niet verbergen. Ik houd van allerlei soorten muziek. Zuster Marcelline zaliger leerde me orgel spelen. Tijdens de zomervakantie oefende ik elke dag in het klooster en de kerk”, vertelt Marc, die beheerder is van internaat De Keiwijzer.

Zijn carrière als koster-organist begon in juli 1976 waar hij elke zaterdagavond de mis in Reninge speelde. Hij verhuisde in 1981 naar Sint-Jan-ter-Biezen en vanaf toen mocht hij daar de zaterdagavond de toon aangegeven. Later speelde hij ook zondagmissen in De Lovie.

Geroutineerd

“Daar stopte ik mee in 1995, toen de functie van koster-organist vrijkwam in Krombeke en Roesbrugge. Ik kreeg de toestemming van het bisdom en ik bleef in beide parochies 14 jaar actief. Ik nam in Roesbrugge ook meteen de leiding van het zangkoor van mijn voorganger zaliger Raymond Tournicourt over.”

In 2003 nam hij er Proven bij en in 2009 kwam Watou daar nog bij. Momenteel hoor je Marc nog enkel in Roesbrugge en Watou. “Na 25 jaar ben ik zeker ‘geroutineerder’ in het vak geworden. Het gamma aan kerkliederen is heel wat uitgebreid. Met het koor Zingenderwijs hebben we een mooi repertoire opgebouwd”, vertelt Marc.

De Sint-Martinuskerk van Roesbrugge is in die 25 jaar eigenlijk ook een beetje ‘mijn’ kerk geworden

In zijn 25 jaar in de kerk van Roesbrugge merkte Marc ook een evolutie in het aantal kerkgangers. “In die hele periode is dat er niet op vooruit gegaan. De Sint-Martinuskerk van Roesbrugge is in die 25 jaar eigenlijk ook een beetje ‘mijn’ kerk geworden. Ik zorg er voor het onderhoud, voor de bloemen en de planten, voor de ‘aankleding’ en uiteraard dus ook voor de muziek en de zang. Ik ben pater Jozef Van Acker en de hele kerkraad dankbaar dat ik daar met hart en ziel eigenlijk ‘mijn ding’ mag doen ten bate van de kerkgemeenschap. Het wekelijks ontmoeten van mensen in de kerk doet me deugd.”

Abrupt einde

Door de coronaperiode beleefde Marc enkele rustige weekends. “De voorbije 44 jaar, want zo lang ben ik al organist, had ik geen enkele zaterdagavond en zondagvoormiddag vrij. Ik heb gemiddeld een 270 ‘optredens’ per jaar. Vrijdag de dertiende maart kwam er abrupt een einde aan de kerkdiensten door het coronavirus. Ik durfde niet te denken dat ik drie maanden lang het weekend vrij zou hebben. Het was onwennig en ik miste de vieringen, de mensen… Of ik het orgel spelen na drie maanden niet verleerd was? Helemaal niet! Wekelijks kwam ik nog wel in de kerk voor wat onderhoud en kon ik het niet nalaten om dan een deuntje te spelen en het stof uit de orgelpijpen te jagen. Nu de vieringen opnieuw gestart zijn, is het wennen aan de coronamaatregelen in de kerk. Maar het zijn allemaal brave mensen en zij volgen de richtlijnen.”

Na 25 jaar denkt Marc nog niet aan stoppen. “Schooljaar 2020-2021 wordt wel mijn laatste jaar als internaatbeheerder. Na 22 jaar internaatbeheerder wil ik de fakkel doorgeven. Ik ben zeer dankbaar voor al die jaren. Het was mooi, maar voor mij zal het ook genoeg geweest zijn. Toch wil ik zeker verder gaan met mijn job als koster-organist en als medewerker van het uitvaartcentrum Demuys. Ik moet toch ook nog ergens mijn energie kwijt én hieruit put ik ook kracht. Helemaal stilzitten is niet meteen aan mij besteed. Tegen het einde van het jaar word ik voor de eerste keer grootvader, ook daar zal ik mij nog wat kunnen in uitleven!”

(LBR)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier