Leukemie krijgt burgemeester Lippens niet klein: “Ik ben nog niet versleten”

Burgemeester Leopold Lippens: “Fysiek voel ik me nog moe, mentaal ben ik tiptop in orde.”©Benny Proot Benny Proot
Burgemeester Leopold Lippens: “Fysiek voel ik me nog moe, mentaal ben ik tiptop in orde.”©Benny Proot Benny Proot
Redactie KW

Burgemeester Leopold Lippens praat voor het eerst openlijk over zijn strijd tegen leukemie. Hij kreeg het nieuws begin dit jaar te horen en werd dit najaar zes weken opgenomen in het ziekenhuis, maar is ondertussen weer thuis. “Mijn immuniteit was té fel verzwakt. Maar versleten? Neen, ik blijf burgemeester van Knokke-Heist”, zegt hij strijdvaardig.

Begin november reageerde Leopold Lippens – 79 ondertussen – zelf al kort op zijn gezondheidsproblemen. “Hou het veilig en zorg goed voor elkaar”, sprak hij de inwoners van zijn Knokke-Heist toe via een schriftelijke boodschap. Veel details over zijn gezondheidstoestand wou Lippens toen niet kwijt. “Dat is een privékwestie”, klonk het. Dat hij überhaupt communiceerde, kwam er door de vele roddels die de ronde deden in zijn badplaats. Na anderhalve maand in het ziekenhuis voelt de burgervader zich nu fit genoeg om voor het eerst te reageren. Welke specifieke vorm van leukemie hij heeft – er bestaan diverse varianten – wil hij liever niet kwijt. “Ach, die roddels… Ik heb ze ook gehoord en gelezen”, zucht Lippens. “De mensen doen maar, hé. Je hoort het zelf: ik ben niet dood.”

Dankbaar

Toch beseft de graaf dat zijn gezondheidstoestand penibel was. Zeker als je weet dat Lippens in 2015 al een zware hartoperatie onderging en in 2017 een pacemaker kreeg. “Het begon eigenlijk al begin dit jaar”, vertelt Lippens vanuit zijn villa in het Zoute. “Tijdens een controle stelden de dokters leukemie vast. Gelukkig een behandelbare vorm, maar toch. De dokters in Brugge hebben schitterend werk geleverd en daar ben ik hen ontzettend dankbaar voor.”

De burgemeester bleef ondanks de diagnose aan het werk, ook tijdens de eerste coronagolf. Zo was Lippens de eerste die zei dat hij de scholen zou sluiten, weigerde hij dagjestoeristen en vroeg hij Nederlanders niet meer naar Knokke-Heist te komen. Maar ondertussen bleef de ziekte in zijn lichaam sluimeren. Uiteindelijk moest hij opgenomen worden in het ziekenhuis. “Mijn immuniteit was té fel verzwakt”, verklaart Lippens. “De behandeling sloeg gelukkig aan. Anderhalve maand verbleef ik in het ziekenhuis. Ondertussen ben ik opnieuw thuis. Mijn fighting spirit is helemaal terug. Geloof me: ik heb veel tijd gehad om na te denken. Over het heden, maar vooral over de toekomst. Er zal heel wat veranderen in Knokke-Heist. Misschien is dat het enige positieve element van covid-19, dat we kunnen nadenken over alles.”

Ik heb in het ziekenhuis veel tijd gehad om na te denken over de toekomst van Knokke-Heist

In het verleden gaf Lippens al diverse keren aan dat het bouwen van ‘coronaziekenhuizen’ de beste oplossing zou zijn. Vandaag blijft hij nog steeds bij die woorden. “Al moet daar natuurlijk wel voldoende personeel voor te vinden zijn. We moeten vooral beseffen dat we in een andere wereld leven. Het vaccin? Dat is een mogelijke oplossing, maar wie kan met zekerheid zeggen dat het alles zal oplossen?”, vraagt Lippens zich af.

Back to basics

Dat Lippens opvallend scherp en helder klinkt tijdens het gesprek, is volgens hemzelf geen verrassing. “Fysiek voel ik me nog moe door de medicatie, maar mentaal ben ik tiptop in orde. Zoals ik al zei: ik heb veel tijd gehad om na te denken. Leopold Lippens is nog steeds burgemeester, hé. Dat is al die tijd zo gebleven.” In die rol als burgemeester ziet Lippens een duidelijke toekomst voor zijn Knokke-Heist. “We zullen back to basics gaan. De gemeente zal een nieuwe richting uitgaan. Al onze activiteiten en evenementen zullen onder de loep worden genomen. Met al die zaken ben ik, samen met mijn fantastische schepencollege, bezig.”

Wat 2021 zal brengen, kan niemand voorspellen. Toch heeft Lippens enkele wensen. “Ik hoop dat we snel weer naar een normale wereld evolueren waarin mensen mogen reizen, wandelen, sporten zoveel als ze willen. Zonder de angst vooral, die er nu toch heerst. Toch moeten we beseffen dat er ons nog moeilijke tijden te wachten staan. Zowel sociaal als economisch. Als gemeentebestuur zullen we er alles aan doen om onze inwoners en handelaars zo veel mogelijk te steunen.” (MM)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier