Laatste opendeurdag in Luchtmachtbasis Koksijde: “Keuze voor Oostende is logisch”
Koksijde en de luchtmachtbasis zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Maar tijden veranderen, en zo ook bij Defensie. Nadat de Seaking werd uitgezwaaid in maart, verhuist nu ook de basis in 2023 naar Oostende. Die verhuizing heeft gevolgen voor het personeel, maar luitenant-kolonel vlieger Stéphane Roobroek, commandant van de basis, bekijkt het door een positieve bril.
De lucthmachtbasis in Koksijde is sinds 1958 een icoon voor zowel de bewoners van Koksijde als voor de 290 mensen die al jaren op de basis werken. De basis kan helaas niet voor eeuwig blijven bestaan. In april dit jaar gaf Defensie een persconferentie waarin werd meegedeeld dat de reddingshelikopters in 2023 zullen verhuizen naar Oostende. Na het afscheid van de Seaking in maart is dit voor velen een nieuwe klap, “maar de situatie is zo aan het evolueren dat we niet anders kunnen”, vertelt commandant Stéphane Roobroek.
De beleidsnota van Defensie dicteert ons dat we efficiënter moeten werken met minder personeel
In de beleidsnota van Defensie werd aangegeven dat de Luchtmacht efficiënter moet werken. “En dat is ook logisch”, zegt Roobroek. “Als je ziet dat we aan onze Belgische kust twee luchthavens hebben op 30 kilometer van elkaar, kan je je afvragen of dit wel efficiënt is voor een landje als België.” Daarnaast zijn er nog zaken die een verhuizing naar Oostende logisch maken. Zo staan er gebouwen die dateren van de Tweede Wereldoorlog. “Tijdens de wintermaanden verbruiken de hangaars 500 liter mazout per dag om ze warm te houden. Naar verbruik en milieunormen toe is dat gewoon echt niet goed”, zegt Roobroek. Daarbovenop strekt de basis in Koksijde zich uit over 330 hectare grond, 500 voetbalvelden met andere woorden. “Dat allemaal voor vier helikopters, dat is niet efficiënt.”
De keuze voor Oostende was snel gemaakt, er is dan ook geen alternatief aan de kust. “We zullen kunnen opereren vanuit nieuwe complexen, wat het aangenamer maakt voor het personeel”, aldus Roobroek. Daarnaast zal de luchtmacht gebruik kunnen maken van de bestaande vliegvelddiensten. “De luchthaven van Oostende beschikt over luchtverkeersleiders en brandweermannen die ook voor ons zullen kunnen opereren.”
Andere eenheden
Wil dat nu zeggen dat er voor sommigen geen plaats meer zal zijn bij een verhuizing naar Oostende? “Het zit zo”, vertelt Roobroek, “de beleidsnota van Defensie dicteert ons dat we efficiënter moeten werken met minder personeel. Daarbovenop gaat een groot deel van het personeel tegen 2023 met pensioen. In andere eenheden binnen de luchtmacht is er bijvoorbeeld een tekort aan luchtverkeersleiders. Onze luchtverkeersleiders en brandweermannen zullen zeker en vast op andere basissen terechtkunnen.”
De commandant van de basis beseft dat een verhuizing naar Oostende voor velen niet eenvoudig wordt. “De verdwijning van de basis wordt een klap voor velen, en daar heb ik begrip voor”, vertelt commandant Roobroek. “De basis in Koksijde is een icoon aan de kust.” De situatie is echter zo aan het evolueren dat er bij Defensie geen andere optie is. Daarbovenop is het nieuws van een verhuizing niet nieuw voor de 290 mensen die vandaag op de basis werken. Commandant Roobroek schat dat er 125 van hen zullen mee verhuizen naar Oostende. “Elk jaar verlies ik ongeveer 20 à 30 mensen die met pensioen gaan, dus we zullen wel stilaan aan het juiste aantal komen voor de verhuizing.”
Opendeurdag
Op 28 augustus opent de basis in Koksijde haar deuren voor het brede publiek. De toegang is dan volledig gratis. Vorig jaar kwamen ongeveer 10.000 mensen een kijkje nemen. Afhankelijk van de weersomstandigheden verwacht de commandant dit jaar ongeveer evenveel mensen. Het belooft dit jaar dan ook een spetterende editie te worden. “De bezoekers zullen niet alleen kunnen kennismaken met de basis, we hebben ook verschillende demonstraties in de lucht gepland”, zegt Roobroek nog.
Dat de opendeurdag in de zomervakantie plaatsvindt, is geen toeval. Het is de bedoeling om zo veel mogelijk jeugd aan te trekken. “Hopelijk krijgt de jeugd goesting om bij ons te komen werken”, besluit commandant Stéphane Roobroek.
(TV)
Betrokkenen aan het woord
Johan Rycx (reddersduiker): “De mooiste job ter wereld”
Johan Rycx (50) is al twintig jaar reddersduiker bij het 40ste smaldeel in Koksijde. Johan zit vol passie voor zijn stiel en leeft voor de reddingshelikopters. “Het is de mooiste job ter wereld. We moeten veel trainen, maar die training is de basis tot succes. De blijdschap en dankbaarheid die we zien bij de mensen die we redden, doet enorm veel deugd”, zegt de duiker. De keerzijde van de medaille is dat de crew natuurlijk tijdens interventies vaak geconfronteerd worden met menselijk leed. “De mindere momenten mag je niet meenemen naar huis. Eens je dat doet, moet je ermee stoppen. Maar mijn collega’s en ikzelf kunnen die knop gemakkelijk omdraaien.”
Naast mensen redden op zee geeft Johan ook les als instructeur-duiker aan de nieuwelingen. Een verhuizing naar Oostende schrikt Johan niet af. “Het is goed zoals het nu is, maar als Defensie zegt dat we naar Oostende moeten verhuizen, dan zullen we dat ook doen. Ik woon in Bredene, dus voor mij zou het goed uitkomen.”
Eline Leurs (Kapitein Vlieger): “Iedereen heeft hetzelfde doel”
Vrouwelijke piloten zijn al lang geen zeldzaamheid meer bij Defensie, en zo hoort het ook. Kapitein-vlieger Eline Leurs (32) vliegt al vier jaar boven de Belgische kust met de vervanger van de Seaking. Ze groeide op in Maaseik, niet ver van Kleine Brogel, en wou als kind F16-piloot worden. Maar in 2012 kreeg ze de kans om in het NH90-project te stappen. “We zijn voorlopig met zodanig weinig mensen dat we vooral werken in 24-urenshifts. We wonen bijna op de basis. De band tussen het personeel is enorm sterk. We hebben allemaal hetzelfde doel en dat is mensen redden.”
Piloot zijn bij Defensie is voor Eline een droomjob, waar ze veel voldoening uithaalt. Dat de basis naar Oostende verhuist tegen 2023, vindt Eline spijtig. Ze betreurt dat het einde van de basis in Koksijde nabij is. “Ik woon in De Panne, dus ik ga binnenkort mijn motorrijbewijs proberen te halen om de afstand naar Oostende makkelijker te kunnen overbruggen.”
Brecht Reyniers (technieker NH90): “Overgang naar de NH90 was pittig”
Brecht Reyniers (43) werkt sinds 1996 als technicus aan de reddingshelikopters in Koksijde. Hij staat dagelijks in voor de inspectie van de toestellen. Tot 2013 hield Brecht zich bezig met het onderhoud van de bekende Seaking, maar die is sinds maart verdwenen. “De transformatie van de oude Seaking naar de NH90 was behoorlijk pittig”, vertelt Brecht. “De Seaking was volledig analoog, terwijl alles nu meer digitaal is en gemonitord wordt door de computer.” Voor de techniekers is die transformatie niet alleen een aanpassing op technisch vlak. Het afscheid van de Seaking was ook emotioneel. “Ik heb ongeveer achttien jaar gewerkt aan de Seakings.”
Op de basis in Koksijde werken een twintigtal techniekers en avioniekers. Het is de bedoeling dat ze alle twintig mee verhuizen naar de nieuwe basis in Oostende tegen 2023. “Ik kom elke dag met de fiets van Veurne. Oostende is nu ook niet zo ver, maar met de fiets zal het niet meer lukken, vrees ik, tenzij met een elektrische”, lacht Brecht.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier