Kristof Quartier: “Ik ben mijn beste vriend. Handig. Altijd in aangenaam gezelschap.”

Kurt Vandemaele
Kurt Vandemaele Reporter

Kurt Vandemaele trekt door de straten van Kortrijk en stelt aan de voorbijgangers één vraag: “wie ziej gie?”. Een vraag die velen onder ons zo vaak zouden willen stellen. De antwoorden krijg je hier te zien in de videoreeks ‘De Kortrijkzaan’. Leer de mensen uit je buurt kennen. Maak kennis met Kristof, die zich omschoolde van timmerman tot schilder. “Mijn leven delen met een man of een vrouw? Ik ben een eeuwige twijfelaar.”

Het is vrijdag in de vooravond, de zon laat de mensen stralen terwijl ze opgelucht de werkweek achter zich laten. Kristof Quartier is een stielman. Hij zit nog in zijn schildersplunje. Zijn kompanen bestempelen hem als een verfijnd vakman, maar na de werkuren durft hij er al eens met de grove borstel door te gaan. 20 jaar geleden was hij nog timmerman. Maar toen hij bijna zijn vingers kwijtgeraakte, herschoolde hij zich tot schilder. Een job die volgens Kristof veel van zijn charmes verloren heeft. “Te veel voorbereiding en te weinig affectie,” zegt hij smalend.

Hij laat uitschijnen dat de gemoedelijkheid bij de klanten is verdwenen. “Vroeger kregen we nog eens wat drinkgeld toegestopt.” Niet onbelangrijk voor Kristof. Want “een glaasje drinken met vrienden” blijft één van zijn favoriete tijdsbestedingen. Of hij veel vrienden heeft? Hij krabt even in zijn warrige haar, schuift de bril met de dikke, morsige glazen op zijn voorhoofd en wrijft over zijn kin: “Hmmm, ik word op 21 september 50 jaar, een halve eeuw dus, en ik zou toch graag een honderdtal mensen op mijn feest hebben.”

Wie al die mensen dan zijn? “Zelf ben ik mijn beste vriend. Ik zie natuurlijk heel graag mezelf. Handig. Zo ben ik altijd op stap met mijn beste vriend,” zegt hij schertsend. Je weet niet of hij ook echt meent wat hij zegt. Er zitten meer dubbele bodems in zijn antwoorden dan in de glazen waaruit hij drinkt. Een partner heeft hij niet, bekent hij. Hij zou daar graag verandering in brengen. En zoals er evenveel plaats is voor geluk en ongeluk in zijn leven, maakt het hem niet uit of een man of een vrouw dat leven met hem deelt. “Ik ben een eeuwige twijfelaar,” lacht hij. En klimt dan de trappen van de Leieboorden op om nog een pintje te gaan drinken. Met de vrienden.