Kosovaarse Tieltenaren vieren onafhankelijkheid van Kosovo met feest in de Europahal

Hamdi en Valmir Latifi: twee van de vier broers Latifi. © Foto LVA
Lieven Vancoillie

Vader Kadri Latifi was de eerste Albanese Kosovaar, die vanuit Brussel in Tielt als politieke vluchteling onderdak kreeg. Er zouden tientallen Kosovaren volgen. Er is een heel grote Kosovaarse gemeenschap in onze stad. Zaterdag 17 februari, dag op dag tien jaar na de onafhankelijk van Kosovo, organiseren de broers Latifi voor de tiende keer een Albanees-Kosovaars feest in de Europahal. Wie in ons land Kosovo zegt, denkt onmiddellijk aan Tielt.

De nu 34-jarige Hamdi Latifi, de oudere broer van Fatmir, Valmir en Besmir, is zaakvoerder van Translappi, het koerierbedrijf dat werkt voor onder meer DPD en GLS. Naast zelfstandige onderaannemers zijn er op vandaag zeven vaste medewerkers in dienst. We hebben afspraak met de zaakvoerder in zijn container-hoofdkantoor aan de Karnemelkstraat.

Hulp

Door de zware onlusten trok vader Kadri Latifi in 1989 als politiek vluchteling weg uit de Balkan en kwam in Brussel terecht, waar hij naar Tielt werd doorverwezen. Hij was een van de eerste Kosovaren die bij ons onderdak kregen. “Ze kregen hulp van onder meer mensen als Noëlla Depraetere, gewezen burgemeester Marcel Verleye, en nog vele andere Tieltenaren“, vertelt Hamdi Latifi. Pas drie jaar later kwamen ook moeder Latifi met de kinderen (en nog een familielid) naar België. “Toen onze vader uit Servië vluchtte, was het nooit zijn bedoeling dat hij lang weg zou zijn. Maar de oorlog bleef maar voortduren. Er kwam maar geen einde aan. Hij hoopte naar Kosovo te kunnen terugkeren, maar dat lukte niet meer.”

“Opgroeien in een vreemd land was niet eenvoudig. We vonden onze weg”

Toen besliste de familie Latifi om ook Servië te verlaten en hun geluk in ons land te beproeven. “We hadden geen andere keuze. We werden hier wel uitstekend opgevangen. Er zijn heel wat Tieltenaren die ons hebben geholpen, we hebben intussen ook al een en ander teruggegeven.” Opgroeien in een totaal vreemd land was niet eenvoudig. “Wij zouden hier ook niet lang blijven, nu wonen we hier toch al ruim 25 jaar. Het is begrijpelijk dat het in het begin niet altijd even gemakkelijk was. Na enkele jaren spraken we toch al goed Nederlands. Maar je voelt toch nog altijd dat je voor een deel een vreemde bent, zonder negatieve bijklank, hoor. Hier zijn we Kosovaren, in Kosovo zijn we dan weer Belgen.”

Kosovo, tien jaar onafhankelijk

De eenzijdige onafhankelijkheidsverklaring werd unaniem, op voorstel van premier Hashim Thaçi, op zondag 17 februari 2008 om 16 uur uitgeroepen door het Kosovaarse parlement. Dag op dag bijna tien jaar geleden.

Het was de tweede onafhankelijkheidsverklaring van Kosovo. De eerste werd uitgeroepen op 7 september 1990, maar werd in die tijd slechts erkend door buurland Albanië. Deze onafhankelijkheidsverklaring volgde op de verkiezingsoverwinning van Hashim Thaçi in november 2007. Terwijl men feest vierde in Kosovo, waren er al direct enkele rellen. De voormalige Servische premier Vojislav Kostunica noemde het onafhankelijke Kosovo een ‘onechte’ staat, opgericht in overtreding van internationale wetten. Servië weigerde verdere samenwerking met Kosovo en wilde zijn relaties met landen, die de onafhankelijkheid van Kosovo erkennen, herbekijken. Op 15 juni 2008 werd in Kosovo een nieuwe grondwet van kracht. Kosovo kreeg daarmee formeel de leiding over het eigen land, na negen jaar van VN-bestuur. Kosovo had weer een centrale bank, staatsburgerschap, een veiligheidsmacht en een nieuw volkslied.

Diep in hun hart blijven ze Kosovaren, maar hun (beroeps)leven hebben ze heel graag hier opgebouwd. “Het had ook elders in Europa kunnen zijn, maar we staan daar nu niet meer bij stil. We hebben veel werk. We doen voort. We hebben de harde West-Vlaamse werkmentaliteit al lang overgenomen“, lacht Hamdi. Hij integreerde zich ook vlot in het jeugd- en verenigingsleven in Tielt. “Na mijn broer Fatmir werd ik ook lid van het Jeugd Rode Kruis, van de Solferino-werking, die zich ook inzette voor Kosovaren.” Later werd hij ook lid van de jeugdraad, van de Chiro, zette activiteiten op en baatte een café uit. “Ik volg nu nog alles op de voet, ook de politiek.”

“In Tielt leven bijna 800 Albanese Kosovaren, die op straat totaal niet opvallen”

Het is vanuit Tielt dat grote acties voor Kosovo werden opgezet. “Met de Kosovaarse gemeenschap in Tielt hebben we onlangs een nieuwe vzw gesticht: Dardania, verwijzend naar de oude naam van Kosovo. Als iemand hier overleed en naar Kosovo gerepatrieerd wilde worden voor de begrafenis had niet iedereen de financiële middelen. Men ging dan voor giften van deur tot deur rond. We hebben dat nu wat beter gestructureerd: iedereen betaalt lidgeld en met dat geld worden zulke zaken geregeld. Er worden bijvoorbeeld ook in de sporthal van Aarsele sportactiviteiten georganiseerd. Voor alle paperassen en verzekeringen kan nu ook een beroep op die vzw worden gedaan. Je merkt dat de Kosovaarse gemeenschap, hoewel die veel minder of niet zichtbaar is, nog heel actief is in Tielt.”

Precies tien jaar geleden, op 17 februari 2008, werd in Kosovo de onafhankelijkheid uitgeroepen. “Luid toeterend zijn we dan met wagens door Tielt getrokken om die feestdag te vieren. We waren van plan om naar Brussel te rijden om ons daar bij de andere Albanese Kosovaren aan te sluiten. Tot iemand zei waarom we ons café in de Karnemelkstraat niet zouden opendoen. Het was het begin van het feest dat nu zaterdag voor de tiende keer wordt georganiseerd.”

Volksdansgroep

Niet langer in de Karnemelkstraat, maar al jaren in de Europahal. Een typisch Albanees-Kosovaars feest, waarop veel wordt gedanst. “Er zijn verschillende filmpjes op het internet te zien. Kinderen dansen daar naast grootouders. Men komt van heel Vlaanderen naar ons feest in Tielt. Het was oorspronkelijk alleen bedoeld voor mensen uit de streek, maar je weet hoe dat gaat. Je kan het nog het best vergelijken met een schlagerfestival, maar dan alles in het Albanees, met bekende vedetten van ginder. Er is ook een traditioneel optreden van een volksdansgroep.”

Tielt heeft hart voor Kosovo

Door de inzet van onder meer gewezen burgemeester Marcel Verleye en de vzw Albatros kreeg de Kosovaarse gemeenschap vele jaren geleden vaste voet in onze stad. De Kosovaren, die door de oorlog in de Balkan op de vlucht waren, kregen hier hulp. Ook door zuster Irène Claerhout, die in haar woning in de Deken Darraslaan vele jaren gestrande vluchtelingen een dak boven het hoofd en eten gaf. Na de eerste golf van Kosovaren volgden nog tientallen familieleden. De Kosovaarse gemeenschap telt intussen enkele honderden mensen. Velen zijn later ook in Tielt of in de streek blijven hangen. Ze vonden hier ook werk, trouwden en bouwden hier hun toekomst uit. Er werden in onze stad ook verschillende hulpacties voor Kosovo opgezet, onder meer vanuit het Jeugd Rode Kruis, Solferino en Albatros.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier