Kloppen de clichés over West-Vlamingen?

Auteur Geert Stadeus : "Het cliché van de West-Vlaamse boerkes leeft volgens mij niet meer buiten West-Vlaanderen." © STEFAAN BEEL
Ilse Naudts

Een Gentenaar die een boek schrijft over West-Vlamingen. Dan verwacht je je aan een opsomming van clichés en oppervlakkigheden. “Mijn boek ‘Het hoe en het waarom van de West-Vlamingen’ wil verder gaan dat dat”, zegt schrijver Geert Stadeus. “We zijn vertrokken vanuit de clichés en daarmee aan de slag gegaan. Wat klopt er? Wat niet? Het boek is het resultaat van mijn zoektocht, gekleurd met verhalen en anekdotes. Maar ik laat het deels aan de lezer over om het uiteindelijke oordeel te vellen.”

“Het recept kent niemand, maar voor de ingrediënten van een West-Vlaming moet je in West-Vlaanderen zijn. Hoe zijn de West-Vlamingen in de omgang? Moet je een West-Vlaming in het wild voorzichtiger benaderen dan een Antwerpenaar of een Brabander? Hoe spring je ermee om? Wat zeggen ze eigenlijk? Ter bevordering van de internationale cohesie der volkeren beginnen wij met deze antropologische gids voor een van ‘s lands eigenzinnigste provincies.”

De eerste alinea in het boek van Geert Stadeus schept meteen veel verwachtingen. Terwijl de auteur zelf driehonderd exemplaren van zijn boek signeert voor de genodigden van het gala voor de Verkiezing van Ambassadeur van West-Vlaanderen peilen wij naar de bevindingen van zijn provincieonderzoek.

Is dit nu het ultieme boek over de West-Vlamingen?

“Mijn boek werpt een licht op de provincie en de inwoners ervan. Ik heb met veel mensen gesproken en veel verhalen verzameld. Maar het was toch vooral de bedoeling om een geestig boek te schrijven. Een boek dat vlot leest en vermakelijk is.”

Wat maakt jou, als Oost-Vlaming de ideale persoon om over West-Vlamingen te schrijven?

“Omdat het over clichés gaat, is die afstand interessant en misschien wel nodig. Maar ik raakte uiteindelijk wel betrokken. Gedurende het proces heb ik veel bijgeleerd. Ik denk dat buitenstaanders tijdens het lezen veel kunnen opsteken over de provincie. Maar ook West-Vlamingen kunnen mooie verhalen ontdekken.”

Kloppen de clichés over ons?

“Daar kan ik natuurlijk niet kort op antwoorden. Ik heb daar 144 pagina’s voor nodig gehad. Zeggen dat de clichés kloppen, is misschien wat kort door de bocht. West-Vlamingen profileren zich tegenover buitenstaanders heel graag als West-Vlaming. Dat is mij erg opgevallen. Ik als Oost-Vlaming heb dat niet. Ik zie andere Oost-Vlamingen als ‘zij’. In West-Vlaanderen leeft het wij-gevoel heel sterk. Ik denk dat buiten West-Vlamingen alleen Limburgers dat hebben. En Antwerpenaars misschien ook – als het hen uitkomt.”

“Als het over clichés gaat, dan zijn de West-Vlamingen zeker niet te beroerd om die te erkennen en zelfs te bevestigen. Ze zijn trots op hun mentaliteit van noeste werkers. Ze weten dat ze een beetje gesloten en eigenzinnig zijn. Maar ze hebben daar recht op. Dat vinden ze zelf ook.”

Zijn ze echt trots op alle clichés? Niet alle West-Vlamingen worden graag boerkes genoemd, toch?

“Tuurlijk niet. Daar zijn West-Vlamingen enorm gevoelig voor. Maar ik denk niet dat het ‘boerkesidee’ echt nog leeft. In Gent kennen we nu genoeg West-Vlamingen om te weten dat zij echt geen boerkes zijn. Ook met de taal wordt gelachen, maar dat is geen uitlachen. Buitenstaanders vinden het net charmant. Het is fascinerend om te zien hoe West-Vlamingen perfect algemeen Nederlands kunnen praten, maar zodra ze met elkaar converseren, toch overschakelen op hun taal, die voor veel buitenstaanders onverstaanbaar is.”

Heb je zelf je idee over West-Vlamingen bijgestuurd?

“Ik heb ooit een jaar in West-Vlaanderen gewoond. In Zwevezele. Omdat mijn ex-vrouw toen in Roeselare werkte, hebben we daar een appartement gehuurd. Het was toch een klein beetje een cultuurshock. We gingen een glas drinken in het dorpscafé. Toen wij daar binnenkwamen, draaiden alle hoofden. Vreemden! Alles viel even stil, net als in een Western-saloon. Die kennen we niet, die zijn niet van hier. Het toonde de gesloten gemeenschap. Maar verder waren ze wel heel erg vriendelijk. Je moet West-Vlamingen leren kennen en zij jou. Wat ik typisch West-Vlaams vind, is het ondernemende, gecombineerd met het creatieve. Als het slecht gaat, toch durven bijsturen. Je in een nog gewaagder avontuur storten en dat doen slagen. Dat vind ik typisch West-Vlaams.”

Ook de andere provincies komen nog aan bod in deze boekenreeks. Welke eerst?

“Dat weet ik niet. Waar ik wel van overtuigd ben, is dat we de Antwerpenaars laatst laten komen. Gewoon omdat ze wellicht verwacht hadden dat ze eerst aan de beurt zouden zijn.”