Kleermaker Hendrik Merlevede (84) met tegenzin met pensioen

Hendrik poseert bij een foto van vroeger waar hij in typische kleermakerszit aan het naaien is. © ACK
Redactie KW

Na zestig jaar hangt kleermaker Hendrik Merlevede zijn schaar en meetlint aan de kapstok. Na een periode van ziekenhuis en woonzorgcentrum moet de 84-jarige noodgedwongen stoppen met zijn passie.

Al toen hij nog heel klein was zat Hendrik Merlevede (84) vol bewondering te kijken hoe zijn moeder het één na het andere kledingstuk uit haar naaimachine toverde, fantastisch vond hij dat. “Die kinderlijke fascinatie is mij altijd bijgebleven en uitgegroeid tot een hobby waar ik later mijn beroep kon van maken”, mijmert Hendrik.

“Na het lager middelbaar in Diksmuide kon ik beginnen bij een kleermaker in Woumen waar ik in de leer ging. Drie jaar lang fietste ik ook nog iedere zondag naar Roeselare om er een cursus patroontekenen te volgen en dat zowel voor dames- als voor herenkledij. Toen mijn leertijd voorbij was, kon ik mij vestigen als kleermaker.”

Een paar jaar later, Hendrik was ondertussen gehuwd, kocht het paar het huis in de Koning Albertstraat in Diksmuide. “We wonen hier sinds 1974. Vroeger maakte ik dames- en herenkledij maar na het overlijden van mijn vrouw ben ik gestopt met dameskledij“, vertelt Hendrik.

Dialyse-opleiding

“Ik heb de goede tijd voor het beroep gekend maar ook de minder goede. Mijn vrouw is 13 jaar ziek geweest. Ontelbare keren bracht ik haar naar het ziekenhuis en toen ze aan de dialyse moest, heb ik een opleiding gevolgd in het ziekenhuis om de dialyse thuis zelf te doen. Ondertussen werkte ik verder. Drie en een half jaar heb ik dat gedaan tot mijn vrouw jammer genoeg is overleden.”

“Voor mij was het een geluk dat ik mijn werk en winkel had, ik zou zeker nog niet gestopt zijn met werken want dat is nu eenmaal mijn grootste hobby. Helaas heeft het lot er anders over beslist. De gezondheid laat te wensen over en zorgt ervoor dat ik de zaak eerder dan verwacht moet sluiten.”

Aan een maatpak werkte ik gemiddeld vijftig werkuren

Hendrik mist enorm het contact met de mensen en het maken van iets moois uit een stuk stof. “Een maatpak zit altijd gegoten, sluit perfect aan en dat voelt niet alleen diegene die het pak draagt. Het is een pak dat je jaren kan dragen. Een maatpak maken is dan ook een werk waar heel wat zorg en werk insteekt. Zo werk ik gemiddeld 50 uren aan een maatpak. Dat men zoiets niet voor een appel en een ei kan kopen, spreekt voor zich. De prijs wordt echter niet alleen bepaald door het aantal uren werk maar evengoed door de gekozen stof en afwerking waar grote verschillen in zitten.”

Twee maanden revalideren

“Ik maakte altijd goede en duidelijke afspraken met mijn klanten zodat ze nooit voor verrassingen kwamen te staan.” Nu, na 60 jaar, gaat de etalage voorgoed dicht, staat de naaimachine stil en ligt de lintmeter in een hoekje opgerold.

“Ik heb veel vaste klanten gehad, mensen die zelfs nu nog een bezoekje brengen en dat doet deugd. Doorheen de jaren doe je mensenkennis op, leer je met de verschillende mensen omgaan en daar heb ik altijd veel plezier aan beleefd”, gaat Hendrik verder

“Tijdens de coronaperiode kwam ik helaas in het ziekenhuis terecht en daarna moest ik twee maanden revalideren in wzc Yserheem. Dat was even wennen, want eerst mocht ik niet uit mijn kamer maar een tijd later mocht ik dan samen met de andere bewoners de maaltijd nuttigen.”

In het ziekenhuis dacht ik dat ik zou sterven en dat voelde bijna als een bevrijding aan

“Ik ben blij dat ik weer thuis ben maar eigenlijk werd ik wel heel goed behandeld in het woonzorgcentrum. Iedereen doet daar zijn best om het de bewoners naar hun zin te maken. Toen ik in het ziekenhuis lag, dacht ik even dat ik zou sterven, zo ziek was ik, maar ik was niet bang, integendeel het voelde goed aan. Het leek bijna een verlossing. Nu ik mij beter voel, ben ik gelukkig dat ik weer thuis ben, en opnieuw mijn eigen ding kan doen.”

Olieverf op doek

Zonder het naaien moeten de dagen wel heel lang zijn voor Hendrik? “Helemaal niet, ik ben weer beginnen schilderen. Ik deed dat al graag van in de lagere school”, lacht Hendrik. “Ik werk graag met pastel en aquarel en maak vaak schilderijen met olieverf op doek. Ik ben aangesloten bij de Rubensvrienden. Nadat ik een tijdlang niet had geschilderd, door tijdsgebrek, ben ik dankzij mijn broer opnieuw begonnen in 1994.”

In 2015 won ik in Sint-Idesbald een eerste prijs met een aquarel op een tentoonstelling met 100 deelnemers. Dat had ik niet verwacht maar ik was en ben er wel blij mee. Altijd al schilderde ik graag portretten maar ook landschappen, uitzichten van ons mooie Diksmuide met oog voor detail en realiteit.”

Hendrik, die zichzelf wel eens de laatste der Mohikanen noemt, omdat kleermaker een uitstervend beroep is, is al een hele poos de pensioenleeftijd voorbij en wou nog heel lang doorgaan maar nu moet hij noodgedwongen ophouden. “Het kan niet anders, de laatste der Mohikanen moet zijn deur gesloten houden, zijn schaar opbergen, kan niet langer de maat nemen, noch patronen tekenen. Het klinkt hard, en dat is het ook wel maar het is nu eenmaal zo”, besluit Hendrik. (ACK)