Kathleen Coopman in China: “Het Chinese woord voor zout zal ik in elk geval nooit meer vergeten”
KW.be maakt de hele zomer een reis rond de wereld langs 80 West-Vlamingen. Vandaag zijn we te gast bij Kathleen Coopman in China, die voor Beaulieu werkt in Weihai.
Kathleen Coopman woont intussen al een jaar in China en heeft er al duizend-en-één indrukken opgedaan.
Hoe kwam je plotseling in China terecht?
“Ik droomde er van om een langere tijd in het buitenland te leven en te werken. De veertig net voorbij, had ik een nieuwe professionele uitdaging nodig en de kans diende zich aan om een tijdje in China te werken. Beaulieu heeft drie vestigingen in China en men had een vacature voor een Controller Group Projects voor deze vestigingen. Ik greep de kans en in een paar weken tijd was alles geregeld en zat ik op het vliegtuig naar China. Het land was geen onbekende voor me. Ik was er al een paar keer rondgereisd met mijn rugzak en had al een groot aantal plaatsen in China bezocht. Maar ik zou me vestigen in de kuststad Weihai, in de Shandong provincie, dat is in het noordoosten van China.”
Wat moeten we ons bij Weihai voorstellen?
“Weihai – voordien Weihai Garrison of Port Edward – is een stadsprefectuur in het uiterste oosten van de Shandong Provincie. Hier wonen ongeveer 2,8 miljoen mensen – de volledige Shandong Provincie telt 90 miljoen inwoners! Het is een belangrijk centrum voor visserij en teelt van zeevruchten zoals kokkels en andere soorten schelpen en het heeft een belangrijke industriële connectie met Zuid-Korea. Daarnaast is het een centrum voor de fruitteelt, voornamelijk appels en perziken. Van 1898 tot 1930 was Weihai een gebied dat door de Engelsen werd gecontroleerd na de oorlog tussen Japan en China.”
Hoe bevalt het leven je daar?
“Weihai is zeer aangenaam om te wonen. Het klimaat is er aangenaam, met weinig regen, koude, droge winters en warme zomers. Er zijn kilometers strand en dijk om heerlijk te wandelen en het openbaar vervoer is er prima georganiseerd. Hier wonen weinig ‘lao wei’ of ‘vreemdelingen’. Mensen kijken je dus soms vreemd aan en je moet veel met hen op de foto. Heel weinig mensen spreken een andere taal dan Chinees. Soms ontmoet je mensen die wat Engels spreken en – verbazend toch wel – nogal wat mensen die een tweede taal machtig zijn, spreken… Frans!”
“Eigenlijk zou ik liever in een grootstad als Peking of Shanghai wonen, maar hier in Weihai is het klimaat echt wel top en er is geen luchtvervuiling. Ik reis regelmatig rond in de streek van Weihai, want er zijn hier veel cultureel interessante steden te bezoeken, maar ook mooie bergen. Graag zou ik nog eens een stuk van de Zijderoute bezoeken, in de omgeving van Dunguan. Het is er erg mooi, vertellen mijn Chinese collega’s me. Deze stad ligt aan de rand van de Gobi-woestijn.”
En de taal? Het Chinees was aanvankelijk wellicht behoorlijk… nou ja, Chinees voor jou.
“De taalbarrière levert soms knotsgekke situaties op. Ik had zout nodig, maar Chinezen gebruiken in hun keuken weinig zout. Hun visgerechten hier in Waihei zijn op zich al zout genoeg. Zij geven ze meer smaak met de nogal zoute sojasaus of vissaus. Er is wel zout verkrijgbaar in de supermarkt, maar het ligt ergens verborgen tussen de vele kruiden. Ik moest wel tien winkelbedienden ‘aanspreken’ en met handen en voeten uitleggen dat ik zout zocht. Tot één bediende uitriep ‘yan!’ en alle andere winkelbedienden ook riepen ‘yan! hahaha!’ Hilariteit alom! Sindsdien vergeet ik het Chinese woord voor zout nooit meer…”
Heb je al wat van het land kunnen zien?
“Doordat ik al verschillende reizen doorheen China heb gemaakt, heb ik al veel meer van het land gezien dan de meeste Chinezen die ik hier ontmoet. China is een enorm land met 1,4 miljard inwoners en vol contrasten. Ik woon zelf op een appartement in een middenklassebuurt van Weihai. Het is leerrijk van dichtbij te zien en te beleven hoe Chinezen in het dagelijkse leven staan en wat voor hen belangrijk is en wat voor mij opvalt.”
“Chinezen zijn bijvoorbeeld veel bezig met hun gezondheid. Iedereen doet tussen twaalf en één middagdutje. Ofwel liggen ze te slapen met hun hoofd op hun bureau, of langs de weg in de auto, of op een bankje… Tussen 18 en 19 uur gaan vele honderden mensen gewoon dansen in het park. Ze werken er zo aan hun conditie en het is wellicht ook een welkome ontspanning en een sociaal gebeuren. Aan voedsel dichten ze bepaalde eigenschappen toe: in de winter eten ze schapenvlees, want daar krijg je warm van. Verder drinken ze in het koude seizoen rode thee voor de warmte en in de zomer moet dat groene thee worden om af te koelen. Zo zijn er tientallen soorten voedingsmiddelen met hun specifieke voordelen voor het lichaam.”
Merk je de verschillen ook op de werkvloer?
“In het bedrijf hechten mijn Chinese collega’s erg veel belang aan ‘titels’. Als er een Europeaan op de firma komt, willen ze weten wat zijn functie en zijn titel zijn. Het uitwisselen van visitekaartjes is dan ook erg belangrijk, ook tussen collega’s van hetzelfde bedrijf. Ik ervaar dat mijn Chinese collega’s taken uitvoeren waarvoor ze aanvaard zijn en als er iets extra’s gevraagd wordt, ze direct verwachten dat hun functieomschrijving of titel direct aangepast wordt. Chinese werknemers – bedienden, het middle-management – veranderen zo om de 2, 3 jaar van werkgever. Voor hen is dit de enige manier om op te klimmen op de hiërarchische bedrijfsladder en dus meer te verdienen.”
“Veel van mijn Chinese kennissen beleggen op de beurs. In het laatste jaar is de beurs liefst met 120 procent gestegen, maar de laatste twee maanden is de beurs terug 20 procent in waarde gedaald. Als een aandeel op de Chinese beurs rood noteert, dan betekent dit een stijging in waarde, als een aandeel groen noteert, dan is het aandeel gedaald in waarde. Rood is de kleur van het geluk in China, en daarmee is hun andere interpretatie van sommige kleuren verklaard.”
Wat mis je uit je vaderland?
“Bij mijn aankomst vreesde ik dat ik producten uit België zou moeten missen, maar dit viel reuze mee. Zelfs hier, in het verre Weihai is werkelijk alles te krijgen. Hier in een restaurantje in de buurt zijn frieten te krijgen die werkelijk perfect gebakken zijn, helemaal niks op aan te merken! De geïmporteerde producten zijn echter niet goedkoop en de prijzen stijgen hier erg snel.”
Waarin verschil je als Belgische van de Chinezen?
“Als West-Vlaamse sta ik nogal op netheid en properheid, maar onze Chinese vrienden hebben hier nog zeer veel te leren! De was doen ze bijvoorbeeld met koud water en vele mensen doen de was nog altijd op straat, in teiltjes. Dat doen ze in groep, als een soort van sociaal evenement. Zo deden ze het vroeger al toen ze nog in kleine dorpjes woonden, en velen hebben deze gewoonte behouden, zelfs nu ze naar de grootstad zijn verhuisd.”
“Eén van de eerste zaken die ik hier leerde is dat gezichtsverlies hier ‘not done’ is. Je kunt geen medewerker in het bedrijf corrigeren of op een fout wijzen terwijl anderen dit zien. Daarnaast moet je je aanpassen aan het Chinese tempo van werken. Een collega zei me “you run, we walk”. Alles gaat hier een stuk trager en is minder efficiënt dan we het zouden willen, ook bij officiële instanties of de bank bijvoorbeeld.”
Heb je nog vaak contact met wie in België is achtergebleven?
“Ik houd contact met mijn vriend in België en met mijn familie via Facetime. In eerste instantie zou ik hier maar negen maanden blijven, maar het zal minstens twee jaar worden. Ik voel me als expat erg goed in mijn vel. Ik werkte al kortere periodes in het buitenland, maar voor een lange tijd in het buitenland verblijven is toch iets heel anders, hoor. Ik heb me aan een aantal gewoontes moeten aanpassen hier: mensen leven anders, communiceren anders en werken anders dan dat ik het gewoon was.”
Hoe zijn de arbeidsomstandigheden in dit nog altijd communistische land?
“Ik beleef China in een veranderende tijd voor het land. De enorme economische vlucht die het land heeft genomen met zijn megasteden die in de laatste 20 tot 30 jaar ontstaan zijn, zorgt ervoor dat hun ‘communisme’ mee is geëvolueerd. De arbeidscondities hier in Weihai zijn echt wel goed. De medewerkers in ons bedrijf hebben 10 dagen verlof per jaar bij een anciënniteit van 10 jaar of meer en nog 10 nationale feestdagen. Er wordt gewerkt van 8 tot 17 uur, jonge moeders krijgen 5 maand zwangerschapsverlof bij het eerste kindje en drie maand bij het tweede kindje. Als je trouwt krijg je 17 dagen verlof. Er is op dat vlak dus een enorme vooruitgang te merken, de Europese arbeidsvoorwaarden worden voor een groot stuk overgenomen.”
Zie je jezelf in de toekomst nog buitenlandse avonturen tegemoet gaan?
“Ik denk het wel. Zowel professioneel als privé valt het expat-leven enorm goed mee. Het werkt verslavend. Ik zou het graag nog een paar jaartjes doen, maar dan misschien eens richting het westen…”
(FJA – Foto’s Kathleen Coolman)
Reis rond de wereld - 2015
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier