Karl schrijft een brief aan collega en vriend André Meganck: “Ik dacht dat jij onsterfelijk was”

© BELGAIMAGE
Karl Vannieuwkerke
Karl Vannieuwkerke schrijft elke week een brief

Karl Vannieuwkerke schrijft elke week een brief. Deze week richt hij zich tot zijn collega en vriend André Meganck die vorige week plots overleed.

Beste André,

Ik stond perplex toen maandag op het middaguur mijn telefoon rinkelde en een stem aan de andere kant de volgende vier woorden uitsprak: André is vannacht gestorven. Als in een soort trance probeerde ik aan de keukentafel het zonlicht te ontkennen. André wie?, flitste door mijn hoofd. Hazes? Die is toch al een tijdje dood. Agassi? Onmogelijk! Toen pas kwam de naam Meganck in mijn gedachten. Rijkelijk laat. Omdat ik dacht dat jij onsterfelijk was. Jij, de oermens, die ons altijd bijstond tijdens de verslaggeving van wielerwedstrijden, maar ook voor en na de uitzendingen. Je regelde de hotels, loodste ons er veilig naartoe en declameerde los uit je hoofd de beste adresjes om te gaan eten.

Honderdduizenden kilometers zat ik naast je in de wagen. Niet zelden dommelde ik in, want ik wist dat ik je kon vertrouwen. Met vaste hand loodste je ons door Frankrijk, Spanje en Italië. Je genoot er zelf ook van dat iemand naast je in slaap was gevallen. Als de mensen rondom je op hun gemak waren, was jij dat ook. Je hebt een mooi dutje gedaan hé, Sjareltje!, zei je dan. Ik hoor je woorden nog dansen in mijn hoofd. Ik observeerde je ook vaak toen ik naast je zat in de auto, keek dan vanuit een ooghoek naar je gebeeldhouwde hoofd. Flandrien. Met handen als kolenschoppen rond het stuur geklemd of de guidon vanonder zoals je het zelf zo mooi zei voor alweer een rit van een paar honderd kilometer. Je maakte rond je stuur altijd een cirkelvormige beweging met je duim en je wijsvinger. Een tic die me altijd zal bijblijven.

Onze eerste ontmoeting vergeet ik nooit. Ik werkte toen, halfweg de negentiger jaren, voor de regionale zender Focus en jij al bijna twintig jaar voor de VRT. Tijdens de driedaagse van De Panne-Koksijde hadden wij een beter beeld van een millimeterspurt in de straten van Koksijde en dat was je niet ontgaan. Je stapte gedecideerd op mij af en kon me – vrij gemakkelijk moet ik toegeven – overtuigen om het beeld met jullie te delen. Je trok het portier van je grote Mercedes open, duwde me met de tape in mijn handen op de achterbank en we begonnen aan een dolle rit over de tramsporen naar de VRT-straalwagen in De Panne. De UCI kwam daar nog spieken alvorens ze de winnaar konden aanduiden en de beelden haalden het 18 uur journaal. Je was nog maar eens in je opzet geslaagd. De best mogelijke wieleruitzending maken. Dat was altijd je doel. André, monument van BRT en VRT. Je vergat nooit van waar je kwam. De selfmade man die het van chauffeur tot producer schopte. Je werkte keihard en had een hekel aan mensen wiens eigendunk buitenissige proporties aannam. Dat kon je niet wegsteken. En gelijk heb je.

De naam Meganck is een begrip in het wielerwereldje. Ik zag je knuffelen met Raymond Poulidor, Eddy Merckx, Felice Gimondi en Miguel Indurain. Ik zag je kussen met Bernard Hinault, Laurent Fignon en Greg Lemond. André, ik heb twintig jaar lang van dichtbij meegemaakt tot wat je in staat bent. Het zou mij niet verwonderen als we zondag in Sportweekend een live interview met Briek Schotte vanuit de wielerhemel geserveerd krijgen. Dat ben jij nu ongetwijfeld al aan het regelen. Geef maar een seintje wanneer we moeten inbellen.

Rust zacht, lieve vriend!

Karl schrijft een brief aan collega en vriend André Meganck:

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier