Overlegcomité bekijkt of jeugdcompetitie binnenkort weer mogelijk is: “Zonder koers geen nieuwe Yves of Mauri”

2 mei 2011: een piepjonge Yves Lampaert verslaat Bert Van Lerberghe en Jens Vandenbussche op het provinciaal kampioenschap voor beloften. Van jeugdwielrennen kwam er de voorbije maanden helaas maar weinig in huis. (foto a-RN)© KRANT VAN WEST-VLAANDEREN
2 mei 2011: een piepjonge Yves Lampaert verslaat Bert Van Lerberghe en Jens Vandenbussche op het provinciaal kampioenschap voor beloften. Van jeugdwielrennen kwam er de voorbije maanden helaas maar weinig in huis. (foto a-RN)© KRANT VAN WEST-VLAANDEREN
Tom Vandenbussche

Vandaag komt het Overlegcomité opnieuw samen en worden de sportcompetities onder de loep genomen. Zijn wielerwedstrijden bij de jeugd binnenkort weer mogelijk? De Belgische jeugdbondscoaches duimen voor een positieve beslissing. “Jeugdsport staat in België op een heel laag pitje. Dat is bijzonder jammer”, vindt Sven Vanthourenhout.

Informatie over nieuwelingen wordt via clubs verzameld

Aanpak : “In een normaal jaar selecteren onze provinciale coaches de beste nieuwelingen, waarna we een gezamenlijke provinciale training organiseren”, vertelt Nicky Cocquyt, Vlaams nieuwelingencoach op de weg. “Dan bekijken we wat ze bijvoorbeeld op een geaccidenteerd parcours in Oudenaarde kunnen. Dat is door de bubbel nu niet mogelijk en dus moeten we op zoek naar alternatieven. Momenteel verzamelen we informatie bij de clubs: wat zien jullie op ploegtrainingen? Is het een tempobeul? Of een klimmerstype? Zo krijgen we ergens wel zicht, maar ideaal is het niet. Op de piste is de situatie ook problematisch. Ze hebben de hele winter niet op de piste kunnen rijden en hebben daardoor veel techniek en tactiek gemist. Maar waar een wil is, is een weg.”

Toekomst : “Ik zie veel passie en goesting”, benadrukt Cocquyt. “Renners die echt graag fietsen en ernaar uitkijken om zich volgend jaar te bewijzen. Ik denk dat de huidige junioren een groter probleem hebben. Zij moeten zich volgend jaar na twee jaar zonder competitie bij de beloften bewijzen tegen renners die soms drie jaar ouder zijn.”

WK in Leuven als motivatie voor Marith Vanhove en co

Aanpak : “Normaal gezien voorzien wij stages en wedstrijden voor onze dames nieuwelingen en junioren”, vertelt Ludwig Willems, bondscoach van alle dames in België. “Nu moeten we ons schikken naar de regels. Onze kern van Belgische dames juniores bestaat uit zes rensters. Omdat ze tot en met hun achttiende met tien rensters mochten trainen, hebben we de voorbije maanden wel wat trainingen en stages kunnen afwerken. Dat gold ook voor de dames beloften die nog maar achttien zijn. Maar voor iedereen die ouder is, was het niet evident. Zij vielen uit de boot. Gelukkig verandert die regel volgende week.”

“Marith Vanhove behaalde vorig jaar op een lastig parcours zilver op het EK op de weg. Zoiets schept verwachtingen. Dat is heel lastig voor Marith, want ze weet dat ze op mondiaal vlak bij de beste rensters is. Maar het is onmogelijk te zeggen of dat gevolgen zal hebben. Het is afwachten hoe ze daar mentaal mee zal omgaan.”

Toekomst : “Het WK in Vlaanderen is een enorme motivatie voor de dames juniores, stel ik vast. Ze hebben de hoop en verwachting dat die koers zal kunnen plaatsvinden. Hopelijk kunnen ze vanaf juli een volwaardig programma afwerken dat hen scherp houdt.”

Subtoppers bij de junioren zitten in moeilijk parket

Aanpak : “Dat we ons moeten beredderen?”, kaatst Carlo Bomans, bondscoach van de junioren, de bal terug. “Dat is het juiste woord. De clubs organiseren groepstrainingen, maar dat kan met maximum tien. Ik hoor mijn kernrenners, de jongens die we opvolgen (onder wie Alec Segaert, red.) , in principe elke week. Voor de tijdrijders voorzien we wat trainingen op de piste, al is ook dat beperkt. Normaal is er in mei de jaarlijkse stage in de Vogezen, maar die gaat waarschijnlijk niet door. Anders moeten die jongens na afloop zeven dagen in quarantaine. We hopen nu in de Ardennen te gaan trainen of de Vogezenstage naar een latere datum te verplaatsen.”

Serge Pauwels, sinds januari Development Coach bij Belgian Cycling, beseft dat het improviseren is. “We hebben enkele klimtests voor de jeugd gehad en er werd een Ardennentraining voorzien voor een deel van de jongens die aan de klimtest hebben deelgenomen. Omdat er momenteel niet gekoerst kan worden, is zo’n klimtijdritje in de Ardennen goud waard.” Bomans: “We zien een mooie progressie bij de jongens die we zowel vorig jaar als dit jaar hebben getest. Maar renners willen koersen. Een test is leuk, maar het is geen competitie.”

Toekomst : “Hopelijk wordt er vrijdag (vandaag, red.) een goeie beslissing genomen”, vertelt Bomans. “We zijn in blije verwachting. Ik kan alleen maar hopen dat er snel weer gekoerst kan worden. Het WK in Vlaanderen? Laat ons hopen, maar niemand die kan zeggen hoe alles zal evolueren. De kans is groot dat heel wat junioren met weinig wedstrijden de overstap naar de beloften zullen maken. Die jongens willen allemaal een goeie ploeg vinden en hebben daarvoor resultaten nodig. Alleen zijn die er niet, omdat er geen koersen zijn. Voor de beste renners zal het geen probleem zijn, maar voor alle jongens daar net onder wel. Elk jaar zie je junioren die als tweedejaars boven water komen. Hen zie je nu niet.” Pauwels hoopt dat het straks zal meevallen. “Als we tenminste vanaf juni kunnen koersen. En sowieso kan een renner zichzelf ook zonder wedstrijden blijven ontwikkelen.”

Sommige beloften zullen hun kinderdroom niet realiseren

Aanpak : “Het zijn niet allemaal Mauri Vansevenants die die nuchterheid hebben”, opent Sven Vanthourenhout, bondscoach bij de profs en beloften. “Voor heel wat jongens is het een droom die ze nu uit hun handen zien glippen, vooral voor de vierdejaarsbeloften van nu. Als je op die leeftijd nog geen prof bent, wordt het sowieso nipt. Misschien moeten sommigen van hen alsnog een kans krijgen, ook als ze volgend jaar al elite zonder contract zijn.” Serge Pauwels beseft dat het momenteel improviseren is. “Bij de U23 mogen renners met maximum vier samen op pad, veel is dat niet. Deze week hielden we wel een trainingskamp in de Ardennen. De Vogezenstage in mei wordt moeilijk door de quarantaineregels, al zullen we met onze beloften misschien wel kunnen afreizen.” Vanthourenhout: “Vooral de subtoppers, de renners die nog de stap naar de nationale selectie willen maken, zitten nu in de problemen, want zij kunnen zich niet tonen.”

Toekomst : “Het probleem is dat het blijft duren”, vertelt Vanthourenhout. “In het begin probeerde iedereen zich bezig te houden, maar nu zijn we een dik jaar verder en zitten we nog altijd in een uitzichtloze situatie. Bovendien is wielrennen geen sport waarin je met vijf, zes uur trainen per week toekomt. Als belofte moet je al weken van twintig uur of meer afwerken om die kinderdroom waar te maken. We mogen ook niet vergeten dat veel beloften studeren en nu op een punt komen waarop ze moeten kiezen. Dat geeft veel onzekerheid. Voor sommigen zal de droom niet gerealiseerd worden. Dat is de pijnlijke vaststelling.”

Serge Pauwels begrijpt niet goed waarom er hier niet gekoerst wordt. “In andere landen gaan de jeugdwedstrijden gewoon door. Ik zie eerlijk gezegd het probleem niet, want een koers speelt zich altijd buiten af.” Vanthourenhout: “Ik hoop ergens dat we groen licht krijgen om vanaf 1 juni weer te koersen. Het is heel vervelend om te zien dat de jeugd in andere landen wel aan competitie mag doen. Heel veel kinderen in België blijven vandaag in de kou staan. Jeugdsport staat in België op een heel laag pitje en dat is bijzonder jammer.”