Izegemnaar Frederik Deberdt danst bij topgezelschap: “Ballet is topsport”

Frederik Deberdt in actie bij Malandain Ballet Biarritz. © Olivier Hoeuix
Philippe Verhaest

Hij danst als sinds zijn vijfde en is al achttien jaar een van de steunpilaren van het Malandain Ballet Biarritz, wereldwijd een toonaangevend balletgezelschap. Zijn danspassie brengt hem naar alle hoeken van de wereld, maar dit weekend trekt Frederik Deberdt het danspak van Lodewijk XVI aan. Voor de voorstelling ‘Marie-Antoinette’ in de Antwerpse stadsschouwburg. “België, en zeker Izegem, voelt nog altijd aan als écht thuiskomen”, zegt hij.

Het verhaal van Frederik Deberdt (37) leest als een klein sprookje. Hij was nog een kleine Izegemse jongen toen al droomde van een leven als topdanser. Die ambitie maakt hij ondertussen al bijna twintig jaar waar. ‘I’m living the dream, ja”, glimlacht hij. “Maar ik zal nooit vergeten waar ik vandaan kom.”

En dat is Izegem, waar je in een heel warm nest opgroeide.

“Klopt. Mijn zus Liselotte (40) en ik hebben nooit iets te kort gehad, dankzij mijn ouders. De dansmicrobe kreeg ik trouwens van mijn zus. Zij trok naar de ondertussen verdwenen balletschool Menuet in Izegem en als kleine jongen zag ik haar aan het werk tijdens de repetities en dansvoorstellingen. Ik was amper vier jaar oud toen ik mijn ouders vertelde dat ik ook wilde dansen.”

Hoe reageerden die daar op?

“Ze hielden aanvankelijk de boot af. Begrijpelijk, want ik was nog bitter jong en voor een jongen was het destijds niet evident om met dans te beginnen. Maar ik hield vol. Na een jaar aandringen mocht ik toch naar Menuet. En de rest is eigenlijk geschiedenis. (glimlacht) Ik weet nog dat ik bij Menuet met drie andere jongens startte, maar uiteindelijk was ik de enige die doorzette.”

Wanneer had je door dat je talent had?

“Zelf besef je dat niet echt, maar de mensen rondom mij stimuleerden me om door te gaan. Als kind danste ik gewoon ontzettend graag, maar die ene auditie bij de balletschool in Antwerpen heeft mijn leven veranderd. Ik was amper elf jaar, maar toen al ben ik mijn huidige richting ingeslagen. En ik ben er nooit meer van afgeweken.”

Je was amper de lagere schoolbanken ontgroeid, maar je moest het ‘kleine’ Izegem al ruilen voor de grootstad.

“Dat was toch even aanpassen, moet ik toegeven. Ik was opgegroeid in een klein en warm gezin en kwam nu er in een gastfamilie terecht. Die mensen hebben fantastisch goed voor mij gezorgd, maar ik moest toch wat wennen. Ook op vlak van taal. Als West-Vlaming heb ik die ‘g’ en ‘h’ écht moeten aanleren. (grijnst) Maar uiteindelijk heb ik me er snel thuis gevoeld. En eens ik aan het dansen was, vergat ik de wereld rondom me. Op dat vlak kwam ik er in de hemel terecht.”

Ik wil graag een danscarrière van 25 jaar uitbouwen. Ik heb dus nog zeker zes jaar voor me

Heb je daar de klik gemaakt en beslist om van ballet je leven te maken?

“Die beslissing is organisch gegroeid, maar rond mijn zestiende heb ik de knoop doorgehakt. Ballet was en is nog altijd mijn hele leven. Ik zie het niet als een beroep, maar als een roeping. Een passie. Mocht ik mijn leven opnieuw kunnen doen, dan zou ik krek hetzelfde pad bewandeld hebben. Een plan B heb ik nooit gehad. Dansen is mijn plan A tot Z… Ik herinner me nog dat het CLB me aanraadde om architect te worden? Het is net iets anders gelopen.”

Je startte je carrière bij het Ballet van Vlaanderen, maar na twee jaar verkaste je naar het Malandain Ballet Biarritz. Was dat je ultieme droom?

“Eigenlijk wel. Ik had het uitstekend naar mijn zin bij het Ballet van Vlaanderen, maar Malandain was echt wel het beloofde land. Toen ik net afgestudeerd was, polste ik naar de kans om er aan de slag te kunnen gaan, maar er was jammer genoeg geen plaats. Drie jaar later kon ik er wél auditie doen en werd mijn stoutste droom werkelijkheid. Dansen bij Thierry Malandain, dat had ik nooit durven denken.”

Daarvoor moest je wel naar het buitenland verhuizen…

“Ik had mijn ouders vooraf niet ingelicht en toen ik ze het nieuwe vertelde, was het toch even slikken. Antwerpen lag nog op een steenworp van Izegem, maar nu verhuisde hun zoon 1.100 kilometer ver, richting Zuid-Frankrijk. maar niets kon me tegenhouden. Malaindain is een van dé topballetgezelschappen in Frankrijk én in de wereld.”

Hoe ziet je leven er nu uit?

“Twee derde van mijn tijd spendeer ik in het buitenland. We zijn constant op tournee, want slechts een tiental optredens per jaar werken we in Biarritz af. Dat beschouw ik, naast het dansen, als een tweede groot geschenk. Dankzij mijn job ontdek ik de hele wereld. Azië, Europa, Latijns-Amerika… Zonder ballet zou ik nooit in landen als Colombia en Mexico geraakt zijn. Daar ben ik me zeer goed van bewust.”

Maar toch is het ook een zwaar bestaan?

“Ballet kan je vergelijk met topsport. We kunnen en mogen nooit op onze lauweren rusten. Je kan nooit goed genoeg zijn. We trainen elke dag, ook op tournee. En dat doe ik nooit met tegenzin, want het kan me maar beter maken. Ik weet perfect waar mijn sterktes en zwaktes liggen. En daar werk ik aan. Elke dag opnieuw.”

Je acteert al achttien jaar op het hoogste niveau. Hoe lang kan je nog doorgaan?

“Da’s een moeilijke. Ik heb altijd gezegd dat ik een carrière van 25 jaar wil uitbouwen, dus heb ik nog zes jaar voor de boeg. Maar alles zal afhangen van mijn lichaam. Ik heb in mijn beide knieën last van artrose een familiekwaaltje. We zien wel hoe dat evolueert. Maar als ik me op mijn 43ste nog fit genoeg voel, ga ik gewoon door.”

Frederik Deberdt.
Frederik Deberdt.© GF

En wat na het dansen?

“Ik zou graag in de balletwereld blijven. Als lesgever, bijvoorbeeld. Dat doe ik tijdens mijn vakantieperiodes nu al af en toe en ik geniet er wel van om mijn kennis door te geven aan de nieuwe generatie. Maar dat is nog toekomstmuziek. Nu focus ik me volop op mijn eigen bestaan als ballerino.”

Dit weekend sta je op de planken in Antwerpen. Keer je nog vaak terug naar je thuisland?

“Veel te weinig, eigenlijk. Twee keer per jaar maak ik bewust tijd voor vrienden en familie en dan ben ik vooral in Izegem te vinden. Dat is nog altijd thuiskomen. Of ik later definitief terugkeer naar België, weet ik niet. Met mijn echtgenoot heb ik een eigen huisje in de buurt van Biarritz en momenteel speelt ons leven zich daar af. Maar die plannen zijn al eens op tafel gekomen. We zien wel wat er op ons afkomt.”

Hoe voelt het om nog een in eigen land op te treden?

“Zeer goed. Veel vrienden uit Antwerpen en Izegem komen kijken, maar voor extra zenuwen zal dat niet meteen zorgen. Na de voorstelling zal het in de foyer wel een blij weerzien worden. Daar kijk ik echt naar uit. En we blijven tot en met maandag in Antwerpen, want pas op dinsdag hebben we in Versailles een nieuwe voorstelling. Die extra vrije dag zal ik gebruiken om oude bekenden op te zoeken en tijd door te brengen met mijn ouders.”

Hoe trots zijn die intussen op hun zoon?

(glundert) “Zéér trots. Ze hadden dit destijds ook niet verwacht. Ze kenden het wereldje ook totaal niet, maar mama en papa zijn vooral gelukkig dat ik mijn droom heb kunnen realiseren. En dankzij mijn balletcarrière hebben ze ook een stukje van de wereld gezien. Ze zoeken me af en toe op in Frankrijk, woonden een voorstelling in Madrid bij…”

En wanneer zien ze je nog eens in je eigen Izegem optreden?

“Dat zou pas helemaal fantastisch zijn. Laat ik daar mijn allerlaatste dansvoorstelling afwerken. Dan is de cirkel helemaal rond.”

Zaterdag 23 en zondag 24 maart in de stadsschouwburg van Antwerpen: ‘Marie-Antoinette’ van Malandain Ballet Biarritz. Info en tickets op www.musichall.be.