INSPECTEUR JPT (18): Meense BOB-tipgever sterft onder kogelregen van Franse ‘Al Capone’

Redactie KW

Georges Callewaert, de zelfverklaarde Franse Al Capone schoot zijn pistool leeg op Menenaar Yves Deforche. Hij wreekte zich omdat Deforche hem als dief van een container parfums zou hebben verklikt .

Elke week blikt onze gerechtsverslaggever Jean-Pierre Terryn alias Inspecteur JPT terug op een van de spraakmakendste gerechtelijke affaires in onze provincie.

In september 2005, negen jaar na de feiten, verscheen Georges ‘Jo’ Callewaert eindelijk voor het West-Vlaamse assisenhof. Dit keer zat hij wel in de beschuldigdenbank. Na een marathonzitting van veertien dagen werd de koele killer veroordeeld tot levenslange opsluiting. Drie jaar voordien, in oktober 2002, hoorde Callewaert zich door hetzelfde assisenhof tot dezelfde straf veroordeeld, zij het wel bij verstek en wegens zogenaamde weerspannigheid aan de wet. De Franse topcrimineel uit de buurt van Rijsel was toen voortvluchtig en legde tot drie keer toe de dagvaarding van het assisenhof naast zich neer. Deze zitting was vrij uniek. Zonder dader, zonder jury en zonder getuigen verliep ze volgens de verkorte assisenprocedure en was ze na amper twee uur voorbij.

Georges Callewaert, nu 58 jaar, werd opgesloten in gevangenis in Brugge. Later verhuisde hij naar een Waalse strafinrichting. Hij zit nog steeds vast. Op vandaag wordt gewerkt aan zijn dossier om de procedure voor de strafuitvoeringsrechtbank te starten met het oog op zijn herintegratie in de maatschappij.

BOB van Veurne

Georges Callewaert, vermomd met snor en rosse pruik, schoot in de avond van vrijdag 3 mei 1996 van dichtbij zijn pistool leeg op de Menenaar Yves Deforche. Die wandelde van zijn garagebox naar zijn verderop gelegen woning op de Barakken.

De executie speelde zich af in de schemerzone van de onderwereld, die door zowel het slachtoffer, als de dader werd gefrequenteerd, en de kringen van politie en toenmalige BOB. Yves Deforche (toen 49) stond bekend als gecodeerd informant voor de BOB van Veurne, terwijl Georges Callewaert dezelfde hand- en spandiensten verleende voor de speurders van Moeskroen. Beide mannen kenden elkaar en konden aanvankelijk redelijk goed met elkaar opschieten. Tot die fatale avond in mei. Callewaert ging tot de koelbloedige afrekening over omdat hij dacht door de Menenaar bij de BOB te zijn verklikt in een diefstal van een container vol parfums.

Terreurgroep ETA

Georges Callewaert was voor de speurders van meet af aan verdachte nummer een. In de dagen voor de moord werd hij geregeld in de buurt van de woning van het slachtoffer opgemerkt. Drie dagen na de moord kwam Callewaert in het vizier bij de Kortrijkse politie. In de Renault R21 van de gangster lag de rosse pruik. Callewaert negeerde de wegversperring. Tijdens de daaropvolgende achtervolging wist de crimineel in Vlaskaai in Kortrijk de agenten van zich af te schudden niettegenstaande verschillende keren op zijn vluchtauto – gestolen in Torhout – werd geschoten. Kort daarna vertelde Lucia De Neef uit Marke, die drie jaar een stormachtige relatie met Callewaert had, aan de politie dat haar ex daadwerkelijk de moordenaar was.

Callewaert vluchtte ondertussen naar Spanje. Hij werd er opgepakt, maar de Spaanse autoriteiten zagen af van zijn uitlevering omdat ons land het Baskische echtpaar Moreno-Garcia, verdacht van banden met de terreurgroep ETA, in ruil weigerde uit te leveren. Callewaert kwam vrij en keerde terug naar ons land, waar de speurders hem op een avond in oktober 1996 stonden op te wachten aan zijn hotelkamer in Charleroi. Hij verbleef er onder de valse naam Fabrice Friche.

Buschauffeur

Callewaert zou drie jaar in voorarrest zitten. Eenmaal vrij dook hij in Frankrijk onder. Hij werd er in april 2004 in de buurt van Grenoble wegens autodiefstallen gearresteerd. De Franse autoriteiten leverden in die tijd hun onderdanen nog niet uit. Pas toen het Europese aanhoudingsmandaat in werking trad, kon Callewaert in juni 2004 aan ons land worden uitgeleverd. In afwachting van zijn assisenproces zat hij in de Brugse gevangenis opgesloten.

Toen Georges Callewaert nabij Grenoble werd opgepakt, kwam hij als buschauffeur aan de kost. Deze job was niets in vergelijking met zijn vroegere bezigheden. Callewaert, de zelfverklaarde Al Capone van de zuiderlijke Frans-Belgische grensstreek, ging er openlijk prat op dat hij jarenlang de kost verdiende als dief en inbreker.

Bijgenaamd Jo Testi

Zijn levensloop leest als een van de betere misdaadromans. Hij begon op zijn dertiende met diefstallen en inbraken. Al snel kreeg hij de bijnaam Jo Testi omdat hij een voorkeur had voor brommertjes van het Italiaanse merk Testi.

Later, tijdens zijn topjaren zwoer hij bij het zwaardere werk : containerdiefstallen, gewelddadige overvallen op o.m. een geldkoerier in Kortrijk, gijzeling van een bankiersgezin in Moeskroen, autodiefstallen en afrekeningen. De mecanicien, die vele jaren bij zijn moeder – la mère Dalton – in Moeskroen woonde en zowel de Belgische, als de Franse nationaliteit heeft, was een topgangster geworden. Nog voor zijn veroordeling door het West-Vlaamse assisenhof wist Georges Callewaert zijn palmares aan misdrijven bekroond met ruim dertig jaar celstraf.

Onderwereld

Yves Deforche van zijn kant is uiteindelijk slachtoffer geworden van zijn infiltratiepraktijken in de onderwereld, een job die hij zo graag deed, omdat… politiewerk hem lag en hij aanzien in het criminele milieu genoot. De Menenaar koesterde aanvankelijk een carrière in het leger, werd nadien verkoper, maar beging uiteindelijk ook enkele criminele misstappen. Zijn advocaat mr. Jacques Tremmerie uit Menen getuigde over hem: “Yves Deforche was ook geen doetje, maar toch een sociaal voelend man, die de maatschappij hielp bij het oplossen van misdaden.”

Tot op zijn assisenproces hield Georges Callewaert zijn onschuld staande. Hij zat er niet mee om het hof, de jury en de advocaten van de burgerlijke partij uit te dagen of voor schut te zetten. Mr. Wim Mespreuve uit Lauwe, die de burgerlijke partij van de weduwe en de zoon van het slachtoffer vertegenwoordigde, zei in dat verband over Callewaert: “Hij is manipulatief en dominant.” De beschuldigde kreeg het laatste woord. Georges Callewaert praatte drie uur aan een stuk om de schuld van zich af te schudden. De jury deed er nog eens vijf uur over om Georges Callewaert te berechten.