Imog bant kledingcontainers van Wereldmissiehulp: Goede doelen krijgen minder inkomsten

Op de foto herkennen we van links naar rechts: Johan Staelens, Johan Quartier, Lara De Maegt, Micha Breemeersch, Jan Vertriest en Philip Vertriest. (foto BRU) © Br1 BRU
Redactie KW

De bekende rode kledingcontainers van Wereldmissiehulp die vroeger massaal in het straatbeeld werden aangetroffen zijn vandaag nog op één hand te tellen. De oorzaak daarvan in eigen regio is terug te vinden bij de intercommunale Imog die zich de laatste jaren bemoeit met wie dergelijke kledingcontainers mag plaatsen in het openbaar. Philip Vertriest is niet te spreken over de manier waarop Imog werkt.

Vroeg je je ooit al eens af wat er gebeurt met de afgedankte kledij die je deponeert in een van de kledingcontainers die je aantreft in het straatbeeld? Wie dacht dat deze kledij integraal werd geschonken aan minderbedeelden of wordt opgestuurd naar ontwikkelingslanden heeft het grondig mis. Naast diverse commerciële spelers die woekerwinsten halen met de verkoop van deze kledij pikken ook diverse intercommunales zoals Imog hun graantje mee. Het inzamelen van oude kledij is dan ook meer dan ooit big business geworden waarmee een aardig centje verdiend kan worden. Privébedrijven laten dan ook hun creativiteit de vrije loop om namen te bedenken waarmee ze mensen om de tuin kunnen leiden en laten geloven dat ze ermee een goed doel steunen.

“De trend dat privébedrijven ook hun graantje meepikken bij het inzamelen van nog bruikbare kledij bestaat al langer”, vertelt Philip Vertriest, die zelf een onderwijsproject in Nicaragua heeft onder de naam vzw Autentico.

Alarmbellen

“Toen ik even geleden de rode containers van Wereldmissiehulp een voor een uit het straatbeeld zag verdwijnen stelde ik mij niet meteen de vraag hoe dat kwam. Pas toen we het bedrag dat wij jaarlijks ontvangen van Wereldmissiehulp zagen halveren van 15.000 naar 7.000 euro gingen de alarmbellen af wat daarvan de oorzaak kon zijn. Toen we op zoek gingen naar een antwoord kwamen we al snel bij de intercommunales terecht die zelfs bedrijven verbieden om nog rode containers op hun privéterrein te plaatsen en als ze dat toch doen die op politiebevel laten weghalen, een echte schande!”

Het bedrag dat wij jaarlijks ontvangen van Wereldmissiehulp halveerde

Ook in FairTradeGemeente Kuurne is de rode kledingcontainer al lang niet meer zichtbaar in het straatbeeld, gezien Imog exclusief in zee ging met het commerciële bedrijf Hulpzorg en de Kringloopwinkel, die het meest boden om hun kledingcontainers te plaatsen binnen de regio waarin Imog actief is.

“Een van de weinige plaatsen waar je nog een container van Wereldmissiehulp kan aantreffen is op het bedrijfsterrein van G&V aan de nieuwe brug in Kuurne en bij het sigarenbedrijf Cortès in Zwevegem, al kreeg ook dat laatste bedrijf al het bevel van Imog in de bus om die container weg te laten halen, gezien hij te zichtbaar staat opgesteld vanaf de straatkant. Het schoentje knelt echter bij de wetgeving zelf gezien de inzameling van tweedehandskledij als ‘afval inzamelen’ wordt beschouwd. Aangezien het inzamelen van afval in onze regio geregeld wordt door de intercommunale Imog is het dan ook die instantie die een openbare aanbesteding uitschreef waaruit twee partijen kwamen die het alleenrecht kregen om hun containers te plaatsen in de steden en gemeenten waar Imog actief is. Door die werkwijze worden dan ook andere organisaties die eveneens dergelijke containers plaatsen gediscrimineerd en uitgesloten, zelfs degene die hun opbrengst verdelen onder diverse goede doelen. Over de bedragen die intercommunales binnenrijven door dergelijke exclusiviteitsconcessies toe te kennen en op agressieve wijze andere spelers op de markt te verbieden om hun containers te plaatsen is echter weinig bekend.”

Werking financieren

Imog verdedigt zich dat het in 2019 een marktbevraging deed als overheidsbedrijf met een openbare aanbesteding. Aanleiding daartoe was om de wildgroei aan containers in het straatbeeld tegen te gaan. “Nadat de gemeentes hun bevoegdheid doorgaven aan Imog hielden we een marktbevraging waaruit een commerciële speler en de Kringloopwinkel werden geselecteerd”, vertelt Koen Delie, woordvoerder van Imog. “Ze betalen om hun containers te mogen plaatsen. De inkomsten die langs deze weg worden gegenereerd, worden dan weer gebruikt om de werking van Imog mee te financieren. De verwerking van bepaalde soorten afval slorpt immers veel geld op en toch kunnen wij de prijzen op de containerparken zo laag houden voor dit bepaald soort afval. Dat we kledingcontainers van andere spelers weg willen van zowel openbaar of privéterrein is dan ook een logisch gevolg, gezien zo de twee bedrijven die uiteindelijk betaalden om hun containers te plaatsen, diverse inkomsten mislopen.” Een exact bedrag hoeveel Imog uiteindelijk ontvangt van beide bedrijven om hun kledingcontainers te mogen plaatsen werd niet meegedeeld door het overheidsbedrijf. In 2025 zou er een nieuwe wetgeving komen omtrent kledingophaling maar of dit de situatie zal kunnen doen keren is dan nog maar de vraag.

(BRU)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier