Hoe beleefde onze redactie de ramp met de Herald 35 jaar geleden?

De gekapeisde ferry Herald of Free Enterprise, deze ramp deed zich 35 jaar geleden in Zeebrugge voor. © BELGA BELGAIMAGE
Stefan Vankerkhoven

Hoe beleefde onze redactie de grootste ramp in onze regio? Een terugblik met journalist Hedwig Dacquin en fotograaf Fernand Proot van KW/Brugsch Handelsblad.

Zeebrugges somberste dag. De Grootste ramp in de Britse maritieme geschiedenis na de Titanic, blokletterde het Brugsch Handelsblad 35 jaar geleden. “Ik was die vrijdagavond thuis rond 19.30 uur aan het avondeten, toen ik een telefoontje kreeg van Patrick Opdebeeck, toenmalige mede-eigenaar van het Brugsch Handelsblad”, herinnert persfotograaf Fernand Proot (78) zich nog levendig.

“Hij had op een radiozender gehoord dat er ‘in de buurt van Zeebrugge een bootje gekapseisd’ was. Kun je vlug eens naar Zeebrugge rijden en een fotootje nemen, was de vraag. Ik vertrok, met een licht vestje aan. Aan mijn vrouw had ik gevraagd om het eten warm te houden. Ik dacht maximaal een uurtje tijd nodig te hebben. Uiteindelijk ben ik pas om 3 uur ’s ochtends, bibberend van de kou, weer thuis geraakt. Toen ik in de voorhaven arriveerde, waren noch de hulpdiensten noch de politie al gearriveerd.”

Machinist

“Aan de kade liep ik Alfons Compernolle, de machinist van de sleepboot Burgemeester Vandamme, tegen het lijf. Hij stond op punt om te vertrekken naar het gekapseisde schip, om hulp te bieden. Hij had vernomen dat de ferry van rederij Townsend Thoresen aan het zinken was en gaf mij de kans om mee te varen. Ik had de allereerste fotograaf kunnen zijn in de buurt van de Herald of Free Enterprise. Omdat ik later die avond nog andere foto-opdrachten had en dacht dat het interessanter zou zijn om op de kaaimuur te wachten, sloeg ik het aanbod af.”

“Heel wat leden van de Brugse Persbond zaten die bewuste avond op een evenement in het Casino van Knokke, toen de nieuwsmelding binnenkwam”, vertelt toenmalig redacteur Hedwig Dacquin (78). “Bijgevolg waren vele journalisten snel ter plaatse in Zeebrugge, nog voor de politie de toegangswegen naar de haven hermetisch afsloot. We dachten aanvankelijk dat het om een vissersboot ging. Niemand achtte het mogelijk dat een tanker, containerschip of ferry zou zinken.”

Eerste zorgen

“Pas toen het rampenplan in werking gesteld werd en de eerste geredde, maar zwaargewonde passagiers aan wal werden gebracht, drong de ernst van de situatie tot ons door. Heel de nacht door werden opvarenden uit het zinkend schip gehaald en naar de Rode Kruis-post op een ponton bij de kaaimuur gevoerd, waar ze de eerste zorgen kregen. Daarna werden ze per ambulance getransporteerd naar een van de zeven aangeduide ziekenhuizen.”

35 jaar geleden was het voor een journalist totaal anders werken dan nu. Er was nog geen sprake van het internet, webpagina’s van de kranten bestonden niet. “We hadden zelfs nog geen gsm’s of laptops, we waren enkel gewapend met een balpen en een notablok. Een elektrische schrijfmachine was het modernste instrument in die tijd. Om als weekblad iets anders dan de dagbladen te brengen, belegde onze verantwoordelijke uitgever Jean Herreboudt zaterdagochtend bij hem thuis een spoedredactievergadering. We waren met zes journalisten en medewerkers aanwezig, om de taken te verdelen.”

“Toevallig ging die week in het West-Vlaams Assisenhof het proces-Helfen van start: de beruchte Sidmar-moord in Moerkerke. De baas van het Gentse staalbedrijf werd ervan beticht zijn minnares Anne Bernheim vermoord te hebben. Ook daar moest onze krant aandacht aan besteden.”

Paparazzi

“Zelf kampeerde ik een hele week in Zeebrugge: van zonsopgang tot zonsondergang interviewden we getuigen en hulpverleners. ’s Avonds thuis werden die gesprekken uitgetikt. Elke dag gaf provinciegouverneur Olivier Vanneste een persconferentie. Hij moest honderd journalisten uit de hele wereld te woord staan.”

“Naast vele Britse perslui daagden er tv-ploegen uit Japan en Australië op. Er waren ook paparazzi bij die voor sensationele foto’s veel geld wilden betalen. De ramp met de Herald was de grootste Britse maritieme ramp in vredestijd, na Titanic. De hulpverleners zijn nadien door ons Belgisch vorstenpaar én door de Britse Queen gehuldigd. Dat ze tijdens de ceremonie in Buckingham Palace ‘De Blauwe Donau’ speelden, was in mijn ogen een beetje een foute muziekkeuze…”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier