Harry Van Herwegen in de States: “New York kan je goed vergelijken met Wallonië”
KW.be maakt de hele zomer een reis rond de wereld langs 80 West-Vlamingen. Vandaag zijn we te gast bij Harry Van Herwegen, een jongeman met een levensverhaal dat ooit toch eens in boekvorm uitgegeven moet worden…
Harry Van Herwegen (21) werd geboren in Kortrijk maar verhuisde op zijn 16 naar Brugge. Intussen woont hij al een tijdje in de States. Een verhaal dat leest als een ongelooflijke roman…
Voor je naar de Verenigde Staten verhuisde, was je aan de slag bij Defensie. Vanwaar die keuze?
“Mijn ‘liefde’ voor het militaire leven gaat helemaal terug tot in mijn prille kindertijd. Ik had een 5 jaar oudere broer die vaak ‘tactical shooters’ speelde op de computer. Als klein jongetje zat ik toen soms uren naast hem te staren naar het scherm en aandachtig te volgen hoe hij helemaal opging in games zoals ‘Tom Clancy’s Rainbow Six’ en ‘Ghost Recon’. Op die manier, en ook door Engelstalige series zoals ‘Tour of Duty’ te volgen, leerde ik als het ware meteen ook al Engels als mijn tweede taal. Ook mijn speelgoed bestond uit bijna uitsluitend plastieken soldaatjes, én plastieken dieren, aangezien dat de enige twee zaken waren die mij interesseerden (lacht).”
Je had dus ook de richting van de dieren kunnen kiezen, toch?
“Dat héb ik ook gedaan. Toen er een richting in de humaniora gekozen moest worden, besloot ik om TSO Dierenzorg te gaan volgen aan het VABI in Roeselare. Maar naarmate ik ouder werd raakte ik nog meer verslingerd aan het militaire en zeiden die dieren mij alsmaar minder. De interesse voor de opleiding ebde weg, net toen ik de jongerenstages van Defensie leerde kennen. Dat zijn jongerenkampen, waarbij jongeren tijdens vakantieperiodes enkele weken in de kazerne verblijven en er van het militaire leven proeven. Je krijgt er dingen aangeleerd die in het dagelijkse leven anders behoorlijk duur zijn, zoals parachutespringen in Diest of rotsklimmen in Marche-Les-Dames. Die kampen namen mijn laatste twijfels weg: van zodra ik mijn diploma zou hebben, zou ik in het leger gaan. Dat is ook zo gegaan. Na een informatief gesprek met een ‘recruiter’ schreef ik me in voor ‘storm fuselier’ en enkele maanden daarna begon ik aan mijn drie maanden durende basisopleiding, gevolgd door twee maanden opleiding in de infanterie.”
Ik had twee soorten speelgoed: plastic dieren en plastic soldaatjes
Maar een erg lang verhaal bij het Belgisch leger is het dan toch niet geworden, precies.
“Nee. Na een klein half jaar van opleidingen, meteen na de laatste dag van de opleiding infanterie, kregen we begin augustus een maand lang vrijaf. Hoewel ik gelukkig was dat na vele weken dag in, dag uit trainen de opleiding er eindelijk op zat, voelde ik me wat verloren. Het tempo in de opleiding lag hoog en van de acht weken opleiding infanterie zaten we zes weken lang ‘in the field’. De constante discipline en 24 uur lang durende werkdagen waren ‘in the blink of an eye’ weg, en ik had plots een zee van vrije tijd, maar wist niet goed hoe die te vullen… Die zo plotse ommeslag in mijn leven zorgde er zelfs voor dat ik ‘s nachts amper een oog dicht deed. Ik kon gewoon de slaap niet vatten.”
En zo gaat een mens in het holst van de nacht al eens achter het computerscherm zitten…”
“Precies. Het was op één van die slapeloze nachten dat ik me de site omegle.com herinnerde, een website waar je via webcam in een gesprek werd ‘gegooid’ met een willekeurig persoon van ergens ter wereld. Als tiener zaten mijn toenmalig beste vriend en ik vaak ‘s nacht uren op deze site met mensen hun voeten te rammelen (lacht). We waren jong en verveling was een rode draad voor in het centrum van Kortrijk opgroeiende tieners. Maar na enkele korte, oninteressante gesprekken met wildvreemden verscheen toen plotseling Kelly op mijn scherm. De ‘klik’ was er meteen. We praatten tot zonsopgang waarna ik, alvorens het slapengaan, nog snel ‘skype accounts’ met haar uitwisselde. Het was sinds die eerste nacht dat we, ondanks de oceaan die zich tussen ons bevond, onafscheidelijk waren. De hele maand augustus ging op in skypen met haar. En toen ik na mijn verlof weer naar de kazerne terugkeerde, ging dat over in intens sms-verkeer, want het internet was er te zwak voor camsessies.”
Mijn moeder dacht dat ik de wacht hield aan de poort van de kazerne, maar ik lag in bed in de States
Een sms’je doet geen zeer, zo leerde een Vlaamse schlagerzanger ons, maar het volstaat wellicht niet als je gewoon geworden was aan lang dagelijks contact via Skype.
“Verre van. Doordat we enkel nog het weekend hadden om te skypen, besliste ik om mijn vlucht naar Amerika te boeken. Dat was sowieso mijn eerste verre reis ooit, want tot voor mijn job bij Defensie had ik er de centen niet voor. Ik besloot niemand ook maar een woord te vertellen over mijn plan, aangezien ik toch niets dan negatieve commentaar verwachtte. Ik had geen zin om duizend keren te horen hoe Kelly ‘voor het zelfde geld een moordlustige psychopaat of seriemoordenaar kon zijn.’ Ik plande mijn ticket voor de periode van de kerstvakantie, aangezien wij toen ook twee weken vrij kregen. Naar het einde van de laatste werkweek toe loog ik tegen mijn ouders. Ik vertelde hen dat ik het komende weekend wacht moest draaien aan de poort van de kazerne, en ik dus niet naar huis zou komen voor die twee dagen en de daaropvolgende ‘werkweek’.”
“En zo, zonder dat ook maar een enkele ziel wist waar ik echt was, stapte ik die vrijdag niet op de trein naar Brugge, maar op het vliegtuig naar Amerika (grijnst). Alles verliep goed en ondanks een vertraging van een dag door een sneeuwstorm landde ik in Westchester Airport, New York, waarna Kelly mij oppikte in haar auto.”
Dat moet ‘een aangenaam weerzien’ geweest zijn.
“Zo kan je het ook noemen. Nog geen half uur na aankomst bij haar thuis spatten maandenlang opgekropte gevoelens van passie er dan ook spontaan van af en doken we zonder al te veel woorden meteen onder de lakens. Na één van de vele opvolgende vrijpartijen kreeg ik in de loop van de volgende dag ook telefoon uit België. Het was mijn moeder… Nog bezweet van mijn bedprestaties nam ik al hijgend op. ‘Hey schatje, hoe is het daar aan de poort in de kazerne ? Eenzaam zeker?’ klonk het (schatert). Na een kleine babbel vroeg ze ook nog of er iets scheelde met mijn gsm. ‘Ik kreeg precies zo’n vreemde toon door de telefoon toen ik je belde’, had ze gemerkt. Gelukkig wist ik mezelf te redden door haar te vertellen dat ik mijn gsm had laten vallen en dat dat waarschijnlijk de oorzaak was… Good times! (grijnst alweer)”
Het begin van een eeuwigdurend sprookje, of krijgt je straffe verhaal nog een nieuwe wending?
“Dat laatste. Alsof het lot ermee gemoeid was, stierf de moeder van Kelly net in de week dat ik bij haar verbleef. Dat gebeurde nog geen jaar na de dood van haar oudste broer. Kort nadien raakte ze ook haar job als kleuterleidster kwijt. Die opeenstapeling van tegenslagen deed haar een drastisch besluit nemen: ze wilde samen met mij een nieuw leven beginnen ‘across the ocean’, hier in België. Ik had het volste vertrouwen in ons immigratiesysteem en huurde enkele maanden later dus een appartement voor haar in Genk, in de buurt van waar ik in de kazerne aan de slag was. Daar zouden we dan samen kunnen wonen. Het bleek echter al snel dat Belgen in het algemeen veel minder goed Engels praten dan ik dacht. De integratie van Kelly in onze maatschappij vroeg veel meer inspanning dan een bezoekje aan het stadhuis. Voor ik het wist werd Kelly een kluizenaar, en de eens zo sociale en vrolijke ziel, waar ik tot over mijn oren op verliefd was geworden, werd een droevig stuk ellende…”
Wat jou dan weer met een joekel van een schuldgevoel en onbehagen opzadelde, neem ik aan.
“En het verging mezelf in het leger ook al niet zo goed. Ik werd van mijn oorspronkelijke peloton ‘Bravo Two Zero’ – met alle makkers die ik al kende sinds de basisopleiding – verplaatst naar een ander peloton. Ik kwam terecht tussen een hoop soldaten waarvan het merendeel al meerdere jaren in het leger zat en niet meer gemotiveerd was voor de job, waardoor ik me al snel niet meer thuis voelde. Ook kreeg ik al snel verhalen te horen over hoe de Belgen in het buitenland werden gestationeerd op de meest veilige plaatsen en er dus al zeker geen kans was om ook maar iets van actie te zien in de toekomst.”
“Met mijn gedachten bij Kelly werden mijn individuele prestaties als soldaat ook steeds slechter, en door de vele besparingen en de daarbij horende sombere vooruitzichten op eventuele buitenlandse militaire opdrachten, ging het iedere dag ook wat slechter met mezelf. Toen, na vijf maanden in België, liet Kelly me weten dat ze terug wilde naar de Verenigde Staten. Na een aantal slapeloze nachten speelde ik steeds meer met een nieuw idee in mijn hoofd. Wat als ik meeging naar Amerika en daar in het leger stapte? Ik sprak vloeiend de taal, had een militaire achtergrond en had genoeg in de media gezien hoe de Amerikaanse infanterie wél geld had en effectief ingezet werd.”
Wat nam de laatste twijfel weg?
“Een week voor Kelly’s geplande vertrek bleek dat ze zwanger was… Toen was het al helemaal niet moeilijk meer om de knoop door te hakken. Ik moést en zou naar Amerika emigreren en dit binnen de negen maanden. De daaropvolgende weken deed ik heel wat opzoekingswerk, waaruit uiteindelijk bleek dat ik moest trouwen met een Amerikaan als ik een werk-en verblijfsvergunning, een zogenaamde ‘green card’, wou bemachtigen.”
“Zonder enige aarzeling van beide partijen vertrok ik opnieuw naar Amerika, precies in dezelfde week in december waarin we elkaar voor het eerst hadden gezien. De ringen kochten we via internet voor nog geen 50 dollar en de hele trouwceremonie in een soort kleine kapel in White Plains, New York, duurde nog geen kwartier.”
Allemaal weinig alledaags. Niet elke familie zou even gelukkig zijn met een dergelijk huwelijksfeest van dochter- of zoonlief. Hoe zat dat bij jou?
“Mijn familie wist alles, behalve hoé ik aan de befaamde ‘green card’ ging raken. Met andere woorden: ze wisten in het begin niet eens dat ik er ook al meteen getrouwd was. En elke andere persoon hier in België verklaarde me ronduit gek. Vooral op het werk hoorde ik elke dag wel andere commentaar. Over haar zwangerschap hadden de collega’s 101 methodes klaar over hoe ik ‘er vanonder kon muizen’, gaande van ‘duw haar van de trap’ tot ‘draai abortuspillen in haar eten’. Over het vervoegen van het Amerikaans leger wist men mij dan weer het volgende te verkondigen : ‘Je beseft toch wel dat je daar wél gaat vechten hé?’ en ‘Weet je wel hoe veel zekerheden Defensie je hier geeft?’ Net alsof ik infanterie – een gevechtsfunctie – had gekozen om in het buitenland zes maanden lang ‘een kazerne te gaan bewaken’, of voor de zekerheid dat ik ongedeerd en veilig blijf tijdens het beoefenen van mijn job!”
Hoe zeker ben je van een job bij het Amerikaanse leger?
“Niet. Voor mijn toetreding heb ik al een ‘recruiter’ gecontacteerd in de hoop het proces te versnellen. Maar helaas kan er helemaal niets ondernomen worden zolang ik niet in het bezit ben van een green card. Er is zeker ook een kans dat ik niet toegelaten word, als ik medisch niet langer in orde ben. Zo kan het bijvoorbeeld zijn dat ik te veel gehoorschade heb opgelopen tijdens mijn twee jaren in het Belgisch leger. Veel militairen krijgen last van een permanente bieptoon in hun oor door het vuren van karabijnen en machinegeweren.”
Je trekt niet naar een hoogtechnologische wereldmacht om elke dag met een braadpan in je hand te staan
“Als het me lukt, dan zou ik graag opnieuw een gevechtsfunctie uitoefenen. Mecanicien, kok of zo: dat vind ik allemaal veel te eentonig. Tenslotte ga je toch ook niet van het klein arm Belgisch leger naar een hoogtechnologische wereldmacht om dan gewoon elke dag met een braadpan in je hand te staan of achter een bureau te zitten…”
Amerikanen zijn erg patriottisch, ze doen het vaak ‘voor hun vaderland’. Bij jou is dat dan niet echt het geval, wellicht?
“De Amerikanen zijn extreem patriottisch. Komende van een land waar men enkel erkenning geeft aan de Belgische driekleur tijdens het WK voetbal viel dit dan ook enorm op. In elke straat hangen meerdere vlaggen, vaak zelfs aan elke telefoonmast en voorgevel. Maar ook al is ‘liefde voor het vaderland’ hier wel een grote recruteringsfactor, toch zijn er heel wat andere redenen waarom twintigers hier een job als militair aangaan. Zo betaalt het leger hier na vier jaar dienst – de duur van een contract – voor verdere studies in het hoger onderwijs. Ook krijg je hier als militair voor veel zaken korting en wordt er goed voor ‘vrouw en kind’ gezorgd, via gratis kinderopvang, ziekteverzekering en een militaire woning.”
In afwachting van die green card en je mogelijke droomjob: wat doe je nu dan voor de kost?
“In het begin leefde ik puur van de 10.000 euro die ik had gespaard tijdens mijn korte loopbaan in het Belgisch leger. Het nachtleven zei me niet veel en Defensie gaf me een kamer aan de belachelijke prijs van 45 euro per maand, dus veel hoefde ik niet te spenderen. Zo kon ik een mooi bedrag opzij zetten. Maar na een tijd raakt dat spaarpotje op en daarom heb ik even als tuinier gewerkt. Ik kon er niet genoeg uren kloppen om een mooi loon te verdienen dus zocht ik een alternatief. Ik werk nu als bordenwasser en keukenhulpje aan een vrij laag loon in afwachting van de goedkeuring van mijn werkvisum. De vuile werkjes dus en vaak tot tien uren aan een stuk borden wassen, maar ondanks de frustraties daarover probeer ik positief te blijven. Dit saaie leventje van etensresten en ‘patatten schillen’ is maar tijdelijk en maakt deel uit van een groter plan. Dat besef houd ik in het achterhoofd.”
Kelly keerde zwanger naar de States terug. Jullie kindje is intussen geboren?
“Yep! Bailey is bijna een half jaar oud en maakt het uitstekend. Hoewel ik nooit had gedacht op mijn leeftijd al vader te zijn, valt het allemaal best wel mee. Iedereen waarschuwde mij voor ‘wat mij te wachten stond’, maar tussen het verversen van vuile pampers en wat ‘gebleit’ door is vaderschap verre van moeilijk. We spenderen heel veel tijd met ons gezinnetje. Kelly blijft thuis om voor Bailey te zorgen en in het weekend maken we vaak uitstapjes, zoals naar Putnam Lake. Da’s een oude mijngroeve die volledig onder water is gezet. Of we gaan naar Pawling Park, waar ik aan mijn fysiek kan werken door mij op te trekken aan het kinderspeelrek met Bailey rond mijn middel als extra gewicht (lacht).
Giving “baby weight” a whole new meaning :3 B)#TrainingWithBae #Fatherhood #OldHabitsDieHardPosted by Harry Van Herwegen on dinsdag 14 juli 2015
Terwijl veel Amerikanen dat ‘extra gewicht’ eigenhandig door de jaren hebben opgebouwd… “Een cliché, maar het klopt. Het beeld dat wij Europeanen hebben van de dikke Amerikaan met een vettige hamburger in de hand zit er niet zo ver naast. Veel mensen hebben hier obesitas en er worden in de standaard Amerikaanse familie dagelijks hamburgers geconsumeerd. Het overgewicht ligt denk ik echter ook aan het feit dat men hier voor gelijk welke afstand de auto neemt. Terwijl België beschikt over fietspaden is er hier vaak zelfs geen sprake van een voetpad. Beweeglijkheid is hierdoor een heel stuk minder. Dat probleem heb ik niet, want ik heb geen auto…” Waar wonen jullie precies? “In Pawling, één van de vele kleine dorpen in de staat New York. Wanneer ik in België sprak van ‘New York’ dacht men altijd meteen aan hoge wolkenkrabbers en drukke straten vol met gele taxi’s en zakenlui. Niets is echter minder waar. New York kan je goed vergelijken met Wallonië. Heuvelig, vol met ongerept bosgebied, en hier en daar een klein dorp met alleenstaande huisjes. Het luxebeeld dat men ‘back home’ gevormd heeft over deze staat komt dan ook volledig uit series zoals ‘Sex and the City’ en ‘Friends’, waar men enkel en alleen NY’s bruisende hoofdstad toont, met Manhattan bijvoorbeeld.” Reisgidsen genoeg over New York zelf, maar kan je ons misschien toch nog een tip van een ‘local’ aan de hand doen? “Veel heb ik hier zelf nog niet rondgereisd, maar een aanrader voor ietwat sportiever volk is ‘Bish Bash Falls’: een waterval op de grens van New York en Connecticut, met water zo helder dat je de kleine grindsteentjes op de bodem kunt zien liggen. Doordat het afgelegen ligt kan je de waterval enkel bereiken na een stevige natuurwandeling van een goed half uur. Tot slot nog een laatste vraag die al lang op de lippen brandt: heet je écht Harry? Of noemen ze je enkel zo in de States? “Mijn echte naam is wel degelijk Harry! Mijn vader hoorde graag Engelstalige namen en vond ‘Harry’ wel leuk klinken. Mijn moeder wou me oorspronkelijk ‘Harrold’ noemen, waar gelukkig niets van in huis is gekomen. Die naam klink veel te strak vind ik en zou niet gepast hebben bij mijn persoonlijkheid.” (Frederik Jaques – Foto’s Harry Van Herwegen)
Reis rond de wereld - 2015
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier