Globetrotter Eddy Vinckier uit Staden over zijn zomer tussen de kruiden in eigen hof

(foto Guillaume Decock)
Redactie KW

Als coach en rechterhand van topjudoka Gella Vandecaveye reisde hij de hele wereld rond. Geboren en getogen Stadenaar Eddy Vinckier (73) is begonnen aan een zomer in eigen tuin, met vrouwlief Myriam aan zijn zijde. “Mensen die nu massaal op een plein staan zingen en drinken, spelen met hun eigen en andermans leven. Daar heb ik een hekel aan. Het leven wordt nooit meer als voor corona”, zegt hij.

Eddy Vinckier is een West-Vlaming in hart en nieren. Dat hoor je wanneer hij het over lekker eten, de koers en zijn wroetend karakter heeft. Toch woont de oud-coach van Gella Vandecaveye al jaren in het Oost-Vlaamse Lochristi, met zijn vrouw Myriam Minne (56) van de foodblog Hap en Tap, en hun twee kinderen. “Mijn zomer? Dat wordt genieten. Wat sproeien en nieuwe kruiden aanleggen.”

“Myriam en ik zijn bezig met de aanleg van een kruidentuintje. We zijn druk in de weer. Dat is leuk. We hebben dat trouwens gezien bij Wim Lybaert, een op en top West-Vlaming”, glimlacht de zeventiger, die gezien zijn leeftijd de voorbije maanden als risicopatiënt door het leven ging. “Ik heb me goed afgeschermd”, verzekert hij. “Ik maakte me geen zorgen maar ik was wel alert. De agenda van Gella en mezelf was plots helemaal leeg (Gella doet aan PR en consultancy voor bedrijven en sportorganisaties, met Eddy die nog steeds alle afspraken regelt, red.). Alle opdrachten vielen weg. We zijn niet bij de pakken blijven zitten. Van thuis uit heb ik in coronatijd wellicht 5.000 bedrijven aangeschreven. Ik heb hele goede contacten gelegd. Er is gezaaid, nu moeten we nog oogsten. (knipoogt) Ondertussen zijn we weer volop bezig bij de klanten zelf. Het is leuk dat we weer meetings kunnen organiseren en bijwonen. Overal blijf ik wel op de anderhalve meter afstand letten.”

Geen zittend gat

Nu de maatregelen meer en meer worden gelost, is dat niet meteen het startschot voor Eddy om het peloton te volgen. “Ik heb tot op vandaag niet samengezeten met vijftien mensen. We hebben eens een barbecue gedaan met het gezin, dat was voldoende. Of dat bewust beperkt wordt? Niet echt. Als ik zin heb om ergens heen te gaan, dan doe ik dat, met de anderhalve meter indachtig.”

“Reizen hoeft niet dit jaar. Ik heb ook al zoveel gereisd in mijn leven. Ik ga niet speciaal naar het buitenland trekken om er dan twee weken in quarantaine te zitten. Dan geniet je niet van je vakantie. Als ik toch ergens naartoe zal gaan dan zal het in België zijn. Onze eigen horeca heeft al klappen genoeg gekregen en kan alle steun gebruiken. Dat is wel een keuze vanwege corona.”

“Reizen hoeft niet dit jaar. Ik heb ook al zoveel gereisd in mijn leven”

Eddy is wel blij dat hij als actieve mens weer meer kan buitenkomen. “Zeker, want ik heb allesbehalve een zittend gat. Maar het leven voor corona komt niet meer terug. Dat mogen we vergeten. Of ik daar rouwig om ben? Niets kan tippen aan het normale leven, dus ja. Maar bezigheden genoeg. We proberen ons steentje bij te dragen in deze veranderende wereld.”

“We zijn nu bezig met CEO’s4 Climate en de Tournée Flandrienne. We motiveren bedrijfsleiders om hun auto thuis te laten en met de fiets naar het werk te gaan. We hebben een spotje opgenomen waarbij Gella fietst en journalist Carl Berteele (beiden zijn ambassadeurs voor het project, red.) haar interviewt. We hebben in het begin van de crisis ook iets gedaan voor het verplegend personeel van enkele Belgische ziekenhuizen. Ze mochten andullatiematrassen gebruiken van HHP om even op uit te rusten. Daar hebben we veel positieve reacties op gekregen.”

zorgpersoneel

“Wat het zorgpersoneel al voor die vele patiënten heeft gedaan is ongelooflijk. Lig daar maar eens, hé, in coma met corona. Dan heb je alle zorg nodig. Weet je, ik heb een enorme hekel aan die taferelen op het Flageyplein in Brussel. Waar zijn ze toch mee bezig? Ze spelen met hun leven en dat van een ander. Wij maar opletten om niemand te besmetten en dan staan ze op dat plein te zingen, dansen en drinken. Ik klasseer dat bij een bepaalde soort mensen”, besluit hij met een kritische noot. (Thomas Rosseel)