Nelly trekt na 35 jaar weer verpleegstersschort aan als vrijwilliger in vaccinatiecentrum Furnevent

© (Foto MVQ)
Myriam Van den Putte
Myriam Van den Putte Journaliste Het Wekelijks Nieuws

Nelly Dequidt (62) heeft het zich nog geen moment beklaagd dat ze zich liet overhalen om zich na 35 jaar weer vol overgave te wijden aan haar eerste roeping: verpleegkunde. Sinds het vaccinatiecentrum Furnevent de deuren opende staat Nelly er paraat in haar verpleegstersplunje om iedereen die zich aanmeldt voor een vaccinprik met de glimlach te helpen. Haar shifts in het vaccinatiecentrum combineert ze met haar taak als medezaakvoerder in het familiebedrijf Cornille Interieur in Veurne.

“Eigenlijk heb ik eerst wel even getwijfeld of ik me als vrijwillig verpleegster zou opgeven voor het vaccinatiecentrum omdat haast niemand van onze klanten weet dat ik ooit als verpleegster ben begonnen”, vertrouwt Nelly ons toe. “Maar mijn dochters en mijn man Frank bleven aandringen: ‘mama, dit is echt iets voor u’, omdat ze wisten dat verpleegster worden altijd mijn meisjesdroom is geweest. Dus schreef ik mij in via de website van Koksijde en vinkte het keuzevakje ‘verpleegkundige’ aan. Intussen was het wel 35 jaar geleden dat ik nog een verpleegstersschort had aangetrokken, en de herinneringen aan mijn kindertijd kwamen weer boven. Als kind speelde ik al graag ‘dokteurtje’ en waren mijn poppen mijn patiënten. Apetrots was ik toen, in mijn miniverpleegstersuniformpje! En ja, ik was er toen al van overtuigd: als ik groot ben, word ik verpleegster!”

“Mijn verpleegstersopleiding volgde ik in Gent, en ik liep ook stage in het UZ Gent (toen nog AZ). Nadat ik was afgestudeerd kon ik aan de slag als verpleegster in het KEI (Koningin Elisabeth-Instituut) in Oostduinkerke, dat destijds nog een geriatrische verzorgingsinstelling was. Daar heb ik ongeveer twee jaar gewerkt, tot ik mijn man Frank ontmoette. Als jong koppel hebben we na ons huwelijk de familiezaak Cornille overgenomen, en eigenlijk was het ook wel praktischer als jong gezin met kinderen toen ik geen nachtelijke uren en wisselende shifts meer had. Sindsdien hangt mijn verpleegstersschort aan de haak, en heb ik enkel nog ons personeel en familie gevaccineerd met het griepvaccin, zolang dat door de overheid was toegelaten. Maar mensen een prik geven verleer je niet: het is een routine die je hebt aangekweekt, net zoals zwemmen of fietsen.”

Met volle goesting is Nelly er meteen ingevlogen toen het vaccinatiecentrum in maart 2020 de deuren opende. “Het was vanaf dag één ‘volle charge’,” lacht ze. “Als verpleegkundige wissel je af tussen anamnese, vaccineren, verdunnen en soms ben je ook medisch runner. In het anamnesehokje stel je mensen enkele doelgerichte vragen voor ze hun prik krijgen, in het tweede hokje krijgen ze hun prik. Daarnaast houden we ons ook bezig met het verdunnen van de vaccinconcentraten tot individuele doses. Als medisch runner neem je de mensen apart die door omstandigheden het vaccin niet in de arm maar bijvoorbeeld in hun dij moeten krijgen.”

“Nogal wat mensen keken raar op toen ze bij mij terechtkwamen, want ze associeerden mij altijd met de winkel en hadden geen flauw benul van het feit dat ik verpleegster ben. Ik vind het nog altijd een fantastisch beroep! Je merkt ook dat sommige mensen nood hebben aan een babbel, vooral ouderen die alleen wonen. En hoewel het vooruit moet gaan, toch maak ik dan tijd voor een korte babbel, en dan zie je hoeveel deugd ze daarvan ondervinden. Ik draai telkens halve dagen in shifts van 4 uur, twee tot 3 shifts per week. Om dat vlot te kunnen combineren met mijn administratieve taken als zaakvoerder in ons familiebedrijf zit ik soms al om 06.30u op kantoor.”

Nelly is niet alleen blij dat ze opnieuw haar tweede roeping heeft gevonden, maar ze is ook heel blij dat ze deel uitmaakt van het grote team dat toch zo’n 400 vrijwilligers telt. “Ik wil toch wel benadrukken dat ik maar een heel kleine schakel ben in het grote raderwerk dat het coronavirus bestrijdt”, zegt ze. “Het fijne is dat we ook een echt en hecht team zijn! Van de centrumleiding, de onthaalmedewerkers, de stewards, de dokters… De onderlinge sfeer zit altijd goed, we komen lachend binnen en we gaan naar huis met een voldane smile op ons gezicht! Er zijn al mooie vriendschappen ontstaan, ook al kennen we elkaar alleen met een masker op! Ik hoop echt dat we snel verlost geraken van dat smerige virus, maar ik blijf meedraaien zolang het nodig is!”