Frères vieren 175-jarig bestaan: “Iedereen is welkom hier, ook Clubsupporters”

Lieslot Denoyette, Sophie Van Hulle, Luc Janssens en Flor Will bij een portret van broeder Theodoor Jacobus Rijken, de stichter van de Frères in 1844. © TVH
Stefan Vankerkhoven

Het Sint-Franciscus-Xaveriusinstituut, in de volksmond de Frères, bestaat dit jaar precies 175 jaar. Wat ooit begon als een onderwijzende lekencongregatie, groeide uit tot een school van 800 leerlingen in de Mariastraat. Van een lagere, betalende burgerschool, over voetbalrivaliteit en het uitwuiven van de laatste 10 Frères. In februari 2020 brengt de school de geschiedenis weer tot leven voor de 175ste verjaardag met een groot feest in het Concertgebouw.

Precies 175 jaar geleden stichtte broeder Theodoor Jacobus Rijken een lekencongregatie in Brugge en startte in november 1844 een lagere betalende burgerschool in een huis in het Sint-Salvatorskerkhof, die zou uitgroeien tot het Sint-Franciscus-Xaveriusinstituut of de Frères. Sophie Van Hulle, huidig directeur van het S.F.X-instituut in de Brugse Mariastraat, schetst de historiek van de Frères, samen met haar twee adjunct-directeurs Lieslot Denoyette en Luc Janssens. Zij kregen hiervoor de hulp van Flor Will, die van 1996 tot 2008 adjunct-directeur was en in februari 2020 samen met oud-leerling Jan Bernolet, producer bij Studio 100, een groots verjaardagsfeest in het Concertgebouw zal opzetten.

“Onze stichter, de Noord-Brabantse broeder Theodoor Jacobus Rijken, had een grote droom: een missie stichten in de Verenigde Staten, om er kinderen van Indianen te bekeren en een mooie opvoeding te bieden”, bekent Flor Will.

Uitwisseling Amerika

“Hij is hiervoor in de jaren 1830 eerst op verkenning geweest in Amerika, maar belandde in juni 1839 in Brugge. Hij was een Nederlandse schoenmaker en huurde samen met drie jonge ambachtslieden een huis in de Ezelstraat. Twee jaar later openden ze een bewaarschool in de Sint-Jorisstraat. Op 3 december 1843 trokken ze een kloostertoog aan en heetten ze voortaan, met de zegen van de Brugse bisschop, broeders Xaverianen. Om zich te onderscheiden van de Broeders van Liefde, noemden ze zichzelf Frères. In november 1844 openden ze aan het Sint-Salvatorskerkhof een lagere, betalende burgerschool. Dat huis werd vrij vlug te klein om alle leerlingen op te vangen, daarom verhuisde de school naar het Onze-Lieve-Vrouwekerkhof.”

Wij zoeken mannelijke leerkrachten, het merendeel zijn vrouwen bij de Frères

“Pas in 1850, nadat hij ook diverse katholieke scholen in Engeland gesticht had, realiseerde Broeder Theodoor zijn grote droom: hij richtte 15 scholen op in Amerika. Tot op vandaag is er een uitwisselingsproject van onze vijfdejaars met leerlingen uit de Xaverianenschool in Brooklyn”, zegt directeur Sophie Van Hulle, die erop wijst dat de Frères ook een missie in Likasi, Congo, hebben. “Vrij vlug groeide onze Brugse school, de Congregatie kocht geleidelijk aan gronden aan tussen de Nieuwstraat en de Mariastraat. In de 19de eeuw maakten de Frères in Brugge vooral naam als handelsschool: tal van handelaars uit de regio stuurden hun zonen naar het S.F.X.-instituut om er handel en talen te leren. Lange tijd had onze school ook een Engelstalige afdeling, voor de zonen van de Engelstalige, katholieke kolonie in Brugge.”

Club en Cercle

“Wist je dat zowel Club als Cercle gesticht zijn door oud-leerlingen van de Frères”, zegt Flor Will ons. Want de Frères hebben al altijd de naam gehad van een groen-zwart bastion te zijn. “Club is opgericht in 1890 door oud-leerlingen van het Atheneum én van de Frères. Maar 1899 zag de creatie van drie verenigingen op school: un Cercle Dactylographique, un Cercle Litéraire en un Cercle Sportif Brugeois. Allemaal in het Frans, want dat was tot 1930 de voertaal op school. Vanaf het begin heerste er op school een grote rivaliteit tussen Club en Cercle, wat leidde tot veel polemische artikelen in het schooltijdschrift.”

In de 19de eeuw maakten de Frères in Brugge vooral naam als handelsschool.
In de 19de eeuw maakten de Frères in Brugge vooral naam als handelsschool.© gf

Volgens adjunct-directeur Lieslot Denoyette hangt er trouwens nog altijd een groen-zwarte vlag uit het raam van het klaslokaal van een aardrijkskundeleraar: “Maar iedereen is hier welkom bij ons op school, ook de Clubsupporters.” (lacht)

Vernederlandsing

Voetbal was niet de enige splijtzwam in het S.F.X.-instituut, want de vernederlandsing van het onderwijs in 1930 zorgde voor verdeeldheid onder de Frères. “Er zaten Belgicisten en Vlaams-Nationalisten bij de broeders. En tijdens WO II legde de Duitse bezetter beslag op de school. Het eeuwfeest werd met twee jaartjes vertraging, in 1946, gevierd”, zegt Sophie Van Hulle. Ook de S.F.X. Speelschaar, die ontstond uit de jeugdbeweging KSA, die een eigen afdeling op school had, werd pas vijf jaar na WO II officieel opgericht en viert in 2020 zijn 70ste verjaardag.

Andere mijlpalen in de geschiedenis van de Frères zijn de oprichting van de keurgroep met vlaggenzwaaiers Aglaja in 1965, het toelaten van meisjes in deze jongensschool vanaf 1983, de eerste vrouwelijke leerkracht (lerares Frans Mieke Coeman in 1975, red.), de pensionering van directeur broeder Demon in 1996 en het vertrek van de laatste broeder-leraar Johan rond de eeuwwende. “Drie jaar geleden hebben de laatste tien Frères hun klooster op ons schooldomein verlaten, ze wonen nu in woonzorgcentrum Herdershove. De school heeft het kloostergebouw aangekocht en zal door het invoeren van ruime activerende leerruimtes inspelen op de nieuwe manier van lesgeven. Er komt ook een gloednieuwe wetenschapsgang”, aldus Lieslot Denoyette.

Volgens Sophie Van Hulle tellen de Frères nu 800 leerlingen, de helft jongens en de helft meisjes: “We hebben nu meer vrouwelijke dan mannelijke leerkrachten. We zoeken mannen.” De directeur wijst ook nog eventjes op de Latijnse lijfspreuk van de Frères: “Concordia res parvae crescunt. Het kleine groeit waar eendracht bloeit. Zorgzaamheid, respect en verbondenheid zijn de drie kernwoorden die de broeders ons meegegeven hebben.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier