Erwin Busschaert: “Er was maar één stad zonder eigen revue, dat moest anders”

© EDB
Redactie KW

Voor één man was de première van de nieuwste productie van de Kortrijkse Revue heel speciaal. Na afloop werd Erwin Busschaert opnieuw op het podium geroepen. Niet om een vervolg aan het stuk te breien of toneel te spelen, wel om persoonlijk in de bloemetjes gezet te worden. Erwin staat in 2018 maar liefst 50 jaar op de planken en is een van de grote bezielers van de Kortrijkse Revue. “Ik word soms op straat aangesproken, ja. Ook door mensen die ik helemaal niet ken”, glimlacht hij.

Zowel Guy Leleu, voorzitter van de Kortrijkse Revue als Joke Quaghebeur, directeur van Opendoek (een organisatie die het amateurtheater in Vlaanderen ondersteunt, red.), waren vol lof over Erwin. Voor Joke werd het zelfs ietwat emotioneel, net door haar vader Roger Quaghebeur zette Erwin zijn eerste stapjes in de toneelwereld.

Erwin, je bent nog maar 63 jaar. Als we even snel rekenen begon je dus al op heel jonge leeftijd toneel te spelen?

“Het Ieperse operettegezelschap speelde zowel operette als revue. Ik had de revue gezien en aan Roger Quaghebeur, de schrijver, gevraagd of er nog een plaatsje zou zijn voor mij. Het gezelschap zou het toneelstuk ‘Jeroom en Benjamin’ spelen en daar hadden ze nog figuratie voor nodig. Dat is de eigenlijke start van mijn toneelcarrière. Ik moest amper twee zinnetjes zeggen, maar ik was vertrokken. Ik denk dat ik toen nog maar een jaar of 14 was.”

Hoe komt het dat je in Ieper begon?

“Ik ben een rasechte Ieperling, groeide er op en woonde er ook aanvankelijk. Ik ben in Ieper ook nog stadsnar geweest en gooide er jaarlijks de katjes uit de toren tijdens de Kattenstoet. Het verhaal wil dat in de Middeleeuwen dat zelfs levende katjes zouden zijn geweest. Door de lakennijverheid waren er veel muizen in de stad en daarvoor werden er katten aangeschaft. Die kregen jongen natuurlijk en op de duur was er een kattenplaag. Die werden dan gewoon van de Halletoren naar beneden geworpen. Maar bij mij waren het al pluchen exemplaren. Gelukkig maar.” (lacht)

Bleef je spelen bij het Ieperse operettegezelschap?

“Het jaar erop werd de operette ‘In het witte paard’ opgevoerd. Daar heb ik meegedaan als koorlid. Ik werd eigenlijk pas later als zanger ‘ontdekt’. De regisseur van de operette in Ieper was ook verbonden aan de Opera van Gent. Toen ik gevraagd werd of ik ook daar niet wilde meespelen, vond ik dat een kans die ik zeker niet mocht laten liggen. Ik heb er trouwens samen gespeeld met Koen Crucke.”

“Dankzij mijn vrouw Dominique volgde ik privélessen om mijn zang bij te schaven”

Je leerde daar ook je vrouw kennen?

“Inderdaad. Dominique, die ondertussen overleden is, speelde daar enkele kleine rollen. Ze was afkomstig van Kortrijk. Haar vader, Gerard Sandra, was er directeur van de Schouwburg geweest. Na ons huwelijk zijn we dan samen in Kortrijk komen wonen. We zijn in al die jaren bij verschillende gezelschappen betrokken geweest, nagenoeg altijd samen. Zij stimuleerde me ook om naar een privéleraar te gaan om mijn zang bij te schaven. De stem had ik blijkbaar al, maar het was nog niet ontwikkeld. Zo ben ik gaan studeren bij Jan Verbeeck, een gerenommeerde tenor in binnen- en buitenland.”

En de bal ging aan het rollen?

“Dankzij mijn zangstem kreeg ik de kans om meer grote rollen in het Kortrijks Lyrisch toneel te spelen. Omwille van het feit dat ik meespeelde in de operette, groeide bij mij het idee om een revue in Kortrijk te starten. Alle grote West-Vlaamse steden hadden er een: Ieper, Brugge, Oostende, Roeselare,… Enkel Kortrijk ontbrak en dat moest volgens mij anders. De Spatjes focusten zich op Overleie, ik zocht naar iets dat over de hele stad sprak.”

“Ik begon erover te praten met Gerrit Luts en ook hij vond dat het iets voor Kortrijk zou zijn. Voor de allereerste revue, in 1991, konden we beroep doen op Bert Dewilde, Reginald Decroix als balletleider en Ronny Delombaerde als orkestdirigent. De titel ga ik nooit vergeten: ‘Kortrijk 800 en oneffen’.”

Ben jij eigenlijk vast verbonden aan een of ander gezelschap?

“Ik heb me nooit vastgeketend aan één groep of gezelschap, enkel vroeger aan het Iepers operettegezelschap. Ook bij de Kortrijkse Revue speel ik elk jaar mee. Het operettegezelschap in Ieper is ondertussen opgedoekt en een zuiver revuegezelschap geworden. Mochten ze eens een Kortrijkzaan nodig hebben, wil ik me daarvoor wel inzetten.”

“Alle grote West-Vlaamse steden hadden een revue. De Spatjes focusten zich enkel op Overleie, ik zocht naar iets dat over de hele stad sprak”

“Ik heb verder wel als freelancer meegewerkt bij Kunst Veredelt Roeselare, het operettegezelschap van Tielt en bij een operettegezelschap in het Nederlandse Goes, een stadje in Zeeland. Daar werd in het Nederlands gesproken en in het Duits gezongen. De voorbije vijftig jaar heb ik dus zeker elk jaar wel ergens gespeeld.” (lacht)

Kreeg je de toneelmicrobe mee van thuis?

“De toneelmicrobe niet, maar de liefde voor muziek komt wel van mijn ouders. Mijn moeder speelde piano en mijn vader klarinet en saxofoon. Toneel en theater was meer iets van mijn vrouw Dominique en ik. We waren daar allebei wel door gebeten. Mijn huidige vriendin Cindy daarentegen houdt zich liever op de achtergrond. Ik denk niet dat ze ooit op een podium zou staan.”

Erwin Busschaert:
© EDB

Blijf je wel eens hangen na een voorstelling of een repetitie?

“Na de voorstelling blijven we meestal wel even plakken in de foyer van de Schouwburg. Maar anders zijn we niet echt fervente uitgaanders. Cindy en ik kunnen wel rustig genieten van een glaasje, maar dat hoeft niet in de drukte te zijn.”

Je bent in de stad onlosmakelijk verbonden met de Kortrijkse revue. Word je vaak herkend?

“Er zijn hier inderdaad vaak mensen die me aanspreken, hoewel ik hen persoonlijk helemaal niet ken. Dat is wel leuk en toont een zekere appreciatie voor wat je doet. In de revue speel ik Jantje, een dopper die er graag eentje drinkt. Ook mijn vrouw Dominique speelde er jaren mee als Meusje. Toen de revue 25 jaar bestond hebben we de voorstelling aan haar opgedragen. Ze was toen nog niet lang overleden.”

Wat mogen de mensen dit jaar verwachten van de Kortrijkse Revue?

“Dat ze hun lachspieren moeten smouten! De revue speelt zich dit jaar natuurlijk af aan de verlaagde Leieboorden. Ik ging verschillende keren op fototocht om foto’s te nemen van de Broeltorens, die een deel van het decor uitmaken. Ook de Leie speelt een grote rol in de voorstelling van dit jaar.”

Heb je nog tijd voor andere hobby’s?

“Momenteel niet echt veel. Ik speel nog slagwerk en trompet en zing in de Blik Dooze Band. Onze grootste hit ‘Smout, vet, espe en spek’ ken je ongetwijfeld. Daarnaast maak ik samen met Johan Vandewoestijne films. Ik doe er een beetje hulpregie, in de filmwereld spreken ze van een ‘Assistent Director’.”

Wat zijn jullie plannen voor de zomer?

“Deze zomer staat er bij ons eigenlijk niets op het programma. In september trekken we wel nog naar Zuid-Frankrijk. Dan is de grote massa weg, maar is het er normaal wel nog mooi weer. Zalig om daarvan te kunnen genieten.”

Woon je, als rasechte Ieperling, graag in Kortrijk?

“Ik woon absoluut graag in Kortrijk, en zou na 38 jaar zeker niet meer willen terugkeren naar Ieper. Hier heb ik mijn vriendenkring opgebouwd. Ik heb hier ook alles wat ik in Ieper niet heb. Ik ga heel graag naar films kijken en in Kortrijk kan ik hiervoor terecht in de Budascoop en in de Kinepolis. In Ieper is er vandaag zelfs geen bioscoop meer.”

Dit is een Leiegesprek: heb jij zelf een band met de rivier?

“Op het eerste gezicht zou ik zeggen van niet, maar als ik erover nadenk, zijn er eigenlijk wel verschillende linken. Het bureau van mijn werk (Erwin werkte als ambtenaar op de afdeling van het Ministerie van Volksgezondheid. Eerst in Kortrijk, later in Brugge, red.) was eerst aan de Handelskaai in Kortrijk gelegen en verhuisde later naar de IJzerkaai. Dat was dus twee keer aan de Leie. Ondertussen woon ik al sinds 1980 in Kortrijk, toch de stad waarmee de Leie onlosmakelijk verbonden is.”

Erwin Busschaert werd op 15 september 1954 geboren. Hij groeide op in Ieper en kwam na zijn huwelijk met Dominique Sandra in Kortrijk wonen. Drie jaar geleden is Dominique overleden. Hij woont nu samen met Cindy Declercq. Zijn middelbare school maakt Erwin vol aan het Koninklijk Atheneum in Ieper. Hij ging daarna naar de Muziekacademie in Ieper en het Conservatorium in Kortrijk. Daarnaast genoot Erwin ook nog privélessen zang bij Jan Verbeeck. Vandaag is Erwin met pensioen. Voordien was hij rijksambtenaar bij het Ministerie van Volksgezondheid in Brugge en in Kortrijk. Erwin speelt Jantje bij de Kortrijkse Revue. Hij is er ook bestuurslid. Daarna houdt hij zich vooral bezig met muziek en film: zo speelt hij bij de Blik Dooze Band en doet hij hulpregie bij de films van Johan Vandewoestijne. Erwin is een groot cultuurliefhebber.

Shoppen

“Echt shoppen doen we meestal in het Ring Shopping, al zouden we ook wel eens in de K durven binnenspringen. Na het winkelen verpozen we graag met een theetje bij Sweet Nuts in de Lange Steenstraat. Onze dagelijkse boodschappen doen we meestal bij Albert Heijn. We houden nu eenmaal van enkele typische Hollandse producten, zaken die je elders niet vindt. Maar onze favorieten zijn de kleine handelaars: groenten en fruit halen we in Heule-Watermolen of in boerderijwinkel ‘t Hof Verbrugge in Aalbeke. Ook aardappelen, eitjes en aardbeien kopen we rechtstreeks bij de lokale boer. We ‘jeunen’ dat de mensen graag.”

(Els Deleu)

Reizen

“Op reis zoeken we voornamelijk de rust op. Massatoerisme, drukke steden,… Het is niet aan ons besteed. Geef mij maar de stilte van Zuid-Frankrijk en dan nog liefst buiten het seizoen.”

Shoppen

“Echt shoppen doen we meestal in het Ring Shopping, al zouden we ook wel eens in de K durven binnenspringen. Na het winkelen verpozen we graag met een theetje bij Sweet Nuts in de Lange Steenstraat. Onze dagelijkse boodschappen doen we meestal bij Albert Heijn. We houden nu eenmaal van enkele typische Hollandse producten, zaken die je elders niet vindt. Maar onze favorieten zijn de kleine handelaars: groenten en fruit halen we in Heule-Watermolen of in boerderijwinkel ‘t Hof Verbrugge in Aalbeke. Ook aardappelen, eitjes en aardbeien kopen we rechtstreeks bij de lokale boer. We ‘jeunen’ dat de mensen graag.”

(Els Deleu)

Mooie plekjes

Volgens Erwin heeft Kortrijk heel veel mooie plekjes en schone kantjes. “We houden van de Leieboorden en gaan regelmatig iets drinken in ‘t Eiland bij Dirk. Dat ligt in de Kapucijnenstraat, vlak naast die vernieuwde hotspot. Je vindt ons ook in bruine kroegen zoals de Boulevard en ‘t Fonteintje. Een van onze prioriteiten bij het uitkiezen van een plaats om naar toe te gaan en een glas te drinken, is dat de muziek die er klinkt in orde is.”

Door zijn personage als Jantje in de Kortrijkse Revue is Erwin ondertussen een bekend gezicht. “Veel mensen die ik niet ken, kennen mij wel hierdoor. Als ik in Kortrijk rondloop, ben ik sowieso vriendelijk tegen iedereen.” Het hoeft voor Erwin en Cindy echter niet altijd op verplaatsing te zijn. Het koppel zit ook graag gezellig samen thuis en ook dan luisteren ze het liefst naar goede muziek. “We kunnen ons bovendien samen verliezen in een diep gesprek.”

Reizen

“Op reis zoeken we voornamelijk de rust op. Massatoerisme, drukke steden,… Het is niet aan ons besteed. Geef mij maar de stilte van Zuid-Frankrijk en dan nog liefst buiten het seizoen.”

Shoppen

“Echt shoppen doen we meestal in het Ring Shopping, al zouden we ook wel eens in de K durven binnenspringen. Na het winkelen verpozen we graag met een theetje bij Sweet Nuts in de Lange Steenstraat. Onze dagelijkse boodschappen doen we meestal bij Albert Heijn. We houden nu eenmaal van enkele typische Hollandse producten, zaken die je elders niet vindt. Maar onze favorieten zijn de kleine handelaars: groenten en fruit halen we in Heule-Watermolen of in boerderijwinkel ‘t Hof Verbrugge in Aalbeke. Ook aardappelen, eitjes en aardbeien kopen we rechtstreeks bij de lokale boer. We ‘jeunen’ dat de mensen graag.”

(Els Deleu)

Lekker

“We gaan graag côte-à-l’os eten in de Saint-Cornil in Aalbeke. Daarnaast houden we ook wel van iets anders, gerechten uit andere landen. De Griek in de Sint-Jansstraat bijvoorbeeld is een topper. Voor couscous rijden we dan weer naar Moeskroen.”

Mooie plekjes

Volgens Erwin heeft Kortrijk heel veel mooie plekjes en schone kantjes. “We houden van de Leieboorden en gaan regelmatig iets drinken in ‘t Eiland bij Dirk. Dat ligt in de Kapucijnenstraat, vlak naast die vernieuwde hotspot. Je vindt ons ook in bruine kroegen zoals de Boulevard en ‘t Fonteintje. Een van onze prioriteiten bij het uitkiezen van een plaats om naar toe te gaan en een glas te drinken, is dat de muziek die er klinkt in orde is.”

Door zijn personage als Jantje in de Kortrijkse Revue is Erwin ondertussen een bekend gezicht. “Veel mensen die ik niet ken, kennen mij wel hierdoor. Als ik in Kortrijk rondloop, ben ik sowieso vriendelijk tegen iedereen.” Het hoeft voor Erwin en Cindy echter niet altijd op verplaatsing te zijn. Het koppel zit ook graag gezellig samen thuis en ook dan luisteren ze het liefst naar goede muziek. “We kunnen ons bovendien samen verliezen in een diep gesprek.”

Reizen

“Op reis zoeken we voornamelijk de rust op. Massatoerisme, drukke steden,… Het is niet aan ons besteed. Geef mij maar de stilte van Zuid-Frankrijk en dan nog liefst buiten het seizoen.”

Shoppen

“Echt shoppen doen we meestal in het Ring Shopping, al zouden we ook wel eens in de K durven binnenspringen. Na het winkelen verpozen we graag met een theetje bij Sweet Nuts in de Lange Steenstraat. Onze dagelijkse boodschappen doen we meestal bij Albert Heijn. We houden nu eenmaal van enkele typische Hollandse producten, zaken die je elders niet vindt. Maar onze favorieten zijn de kleine handelaars: groenten en fruit halen we in Heule-Watermolen of in boerderijwinkel ‘t Hof Verbrugge in Aalbeke. Ook aardappelen, eitjes en aardbeien kopen we rechtstreeks bij de lokale boer. We ‘jeunen’ dat de mensen graag.”

(Els Deleu)