Eric Robeir is gebeten door de autosport: “Meest trots op collectie F1-auto’s… in het klein”

Eric Robeir bij zijn replica-collectie van Formule 1-auto's. (foto EF)
Redactie KW

Voor Eric Robeir (55) was het wegvallen van de Ypres Renties Rally eind juni een ferme opdoffer. Nu ook het wereldkampioenschap rally niet kan doorgaan van 20 tot 22 november is deze rallyfan vooral content dat hij nog zijn collectie heeft om in te bladeren en naar te kijken.

De droom van Eric Robeir om autodesigner te worden, is bij een droom gebleven. “Gelukkig haal ik ook veel voldoening uit mijn job als dispatcher bij Brandweer Westhoek. Mijn liefde voor de wagen dateert eigenlijk van toen ik me als kind bij mijn oma, die uitbaatster was van café L’Abattoir op de Veemarkt, in stilte moest bezighouden. Ik zat dan aan het raam aan de straatkant en noteerde in eerste instantie het aantal auto’s die voorbijreden. Dat werd al vlug saai en dus schreef ik nog het merk en type erbij. Op een dag verraste mijn oma mij met een schaalmodel van de Formule 1-wagen van Jacky Ickx”, vertelt Eric, alleenstaande papa van Jeffrey (29), Emily (26) en Nick (13).

Copilote

Zijn vader bracht af en toe posters mee van futuristische auto’s en op den duur hing zijn slaapkamermuur vol. “Gaandeweg zijn daar petjes, badges, stickers alsook schaalmodellen en zelfs rallynummerplaten bijgekomen. Ik heb ook een rijke schat aan fijne herinneringen, ontmoetingen en ervaringen. Als scouts mochten we voor de rally van Ieper bijvoorbeeld de controleronde en het opruimwerk doen op de industriezone. Een handtekening van een bekende piloot was zo vlug geregeld. Later kreeg ik ooit de opdracht om aan de deelnemende rallypiloten en copiloten de documenten te overhandigen. Een vrouw kwam aan de balie staan en vroeg alles voor Jean-Claude Andruet, maar ik zei dat dit niet kon. Een van beide rijders moest die afhalen, vertelde ik. Het bleek Denise Emmanueli, één van de eerste copilotes te zijn. Toen ik haar in 2000 tijdens de rally van Catalunya aan de receptie van het hotel terug tegenkwam en mij voorstelde, kon ze het verhaal nog duidelijk voor de geest halen.”

“Dankzij een plasje heb ik een pet met de handtekening van vijf wereldkampioenen”

Eric was een van de stichtende leden van de Rally Invitation Club (R.I.C., red.). “Na een try-out jaar in 1989 gingen we in 1990 van start. Het idee erachter was aan amateurteams de kans geven om ook eens Ieper te rijden. Wij zorgden voor de accommodatie: een bed en een ontbijt. Dat was bij gastgezinnen. We hadden zelfs een standplaats in het servicepark. Alles gerund door een groepje vrienden vanuit ons lokaal café The Corner (hoek van Fochlaan en Grachtstraat, red.). Onze R.I.C. werd eigenlijk nooit opgedoekt. Na ons hield het nog wat stand en werd het uiteindelijk overgenomen door Superstage, waar het nog ergens stilletjes verder kabbelt. Daarvan heb ik nog boeken met allerlei documenten, foto’s, brieven, memorabilia allerlei.”

Schitterend gezelschap

Toch is Eric niet zo verknocht aan die materiële zaken. “Voor mij was het vooral te doen om de vriendschappen en kennissen die zowat uit heel Europa afkomstig waren. Of een babbeltje slaan met Gaby Goudezeune, Pascal Gaban of Marc Timmers: wij konden dat. Er zaten heel wat vedetten tussen. Niet beroemd, maar schitterend gezelschap elk op hun manier, waar we uren kunnen over praten. Heel wat van die gasten dragen we vandaag nog diep in ons hart. Net als de toenmalige uitbaters van The Corner, Jenny Verstraete en Tuur Debrouwer zaliger van The Corner.” In de loop der jaren heeft Eric zich ontpopt als een getalenteerd artistiek schilder. “Daar vind ik nu ook voldoening in en het moeten niet altijd rallytaferelen zijn.”

Het meest trots is Eric op zijn replica-collectie van Formule 1-auto’s. “Gebeten door autosport deed ik in 1984 mijn legerdienst in Duitsland. De zondag was daar niet zoveel te doen, dus keek ik steevast naar de Formule 1. Ik kijk nog steeds, maar ik blijf er niet speciaal meer voor thuis. Vroeger wel. Mijn jongste zoon is gebeten door rally op zijn PlayStation. Mijn verzamelwoede is al een tijdje bekoeld, maar ik heb wel een kast vol schaalmodellen en zowat alles van Schumacher. Ook nog een paar collector items van Senna, Mansell, Hakkinen, Alonso, Schumacher, Raikkonen.”

En dan is er nog ‘dé pet’. “Ik had ooit de kans om de pits te bezoeken en in het toilet stond links van mij Ralf Schumacher en rechts Frentzen. Een voor een tekenden ze mijn pet. Niet te geloven! Terug op weg naar buiten, voegde ik daar nog de handtekening van Alain Prost aan toe. Er staan vijf voormalige wereldkampioenen op dat petje!”

Onlangs zei Eric nog dat hij alles ging verkopen. “Maar mijn jongste, Nick, protesteerde meteen van op de banken: hij wil ze voor hem en dat vind ik prima. Op mijn vraag wat hij ermee zou doen, zei hij grappend: ‘ewel verkopen hé, papa!” (DS)