Eerste balans: West-Vlaanderen zwaar getroffen door coronavirus
“Deze epidemie loopt op haar laatste beentjes.” We hoorden het Marc Van Ranst graag zeggen deze week. Met deze conclusie én de extra versoepelingen die op komst zijn, vinden wij het tijd voor een eerste balans. En die is niet rooskleurig. Met 552 besmettingen en 172 ziekenhuisopnames per 100.000 inwoners zijn we de derde zwaarst getroffen provincie van het land. Vier opvallende cijfers na bijna drie maand coronacrisis.
6.598 officiële besmettingen
Van het begin van de registratie op 1 maart tot en met 1 juni raakten in West-Vlaanderen 6.598 mensen besmet met het coronavirus. Uiteraard gaat het hier enkel om het aantal geregistreerde besmettingen en kan het werkelijke aantal coronapositieve inwoners veel hoger liggen. Die opmerking geldt vooral voor het begin van de registratieperiode. Zoals bekend, wordt intussen veel meer getest en zullen dus minder besmettingen door de mazen van het net glippen, maar er zijn er nog altijd.
In verhouding tot het aantal inwoners betekent het dat per 100.000 West-Vlamingen er 552,53 getroffen werden door corona (cijfers 31 mei). Dat is slecht in vergelijking met andere provincies: enkel Limburg (716,59) en Luik (612,84) doen slechter. De minst getroffen provincie Waals-Brabant noteert slecht 357,4 besmettingen per 100.000 inwoners.
Als we naar de gemeenten kijken, zijn Waregem en Wingene het zwaarst getroffen. In Waregem raakten 347 mensen besmet (tot en met 3 juni), in Wingene werden 130 besmettingen geregistreerd. In beide gemeenten staat dat gelijk met 1 op 111 inwoners. Het minst getroffen zijn Vleteren en Zuienkerke met elk zes besmettingen. Voor Vleteren betekent dat 1 op 609 inwoners, voor Zuienkerke 1 op 451.
2.552 ziekenhuisopnames
Tot en met 1 juni werden 2.552 West-Vlamingen met een coronabesmetting opgenomen in het ziekenhuis. Dat betekent dat per 100.000 inwoners er 172,28 werden opgenomen in het ziekenhuis. Ook dat is de derde slechtste score van alle provincies. Hier moeten we enkel Limburg (225,56) en het Brussels Hoofstedelijk Gewest (210,71) laten voorgaan. In hekkensluiter Waals-Brabant werden maar 55,17 per 100.000 inwoners in het ziekenhuis opgenomen.
Volgens de meest recente cijfers (woensdag 3 juni) lagen in de West-Vlaamse ziekenhuizen nog 125 covid-19-patiënten, 17 minder dan dinsdag. 22 patiënten (drie minder dan dinsdag) kregen intensieve zorgen, 15 mensen (even veel als dinsdag) lagen aan een beademingstoestel. Op de ‘topdag’ 6 april lagen liefst 676 coronapatiënten in het ziekenhuis. Die dag lagen er 127 mensen op intensieve zorgen en werden er 77 beademd.
761 meer overlijdens
Positief, maar onverwacht na de twee voorgaande conclusies: de oversterfte in West-Vlaanderen valt best mee. Komt het omdat we een taai ras zijn of mogen we deze prestatie op het conto van onze ziekenhuizen schrijven?
Oversterfte, dat is hoeveel meer overlijdens er zijn in vergelijking met het gemiddelde van andere jaren. We kunnen ervan uitgaan dat de oversterfte dit jaar vooral te maken heeft met corona. Uit cijfers van het Belgisch statistiekbureau Statbel van half maart tot begin mei blijkt dat er in West-Vlaanderen 2.472 overlijdens waren. Het gemiddelde voor die periode in de jaren 2009-2019 bedraagt 1.711. Dat betekent dat er dit jaar 761 of 44,5 procent meer overlijdens waren dan andere jaren.
Je kan uiteraard alleen maar treuren om zoveel bijkomende sterfgevallen, maar in vergelijking met andere provincies doet West-Vlaanderen het zeker niet slecht. We hebben zelfs het derde beste cijfer van alle provincies. Antwerpen noteert in dezelfde periode een oversterfte van 40,7 procent, Oost-Vlaanderen 42,7 procent. Ter vergelijking: in Limburg was er een oversterfte van 103,4 procent, in het Brussels Gewest 99,5 procent.
De VRT berekende de oversterfte per gemeente voor de maand april, afgezet tegen het aantal overlijdens in de periode 2016-2019. Een cijfer minder dan 1 betekent ondersterfte, een cijfer hoger dan 1 staat voor oversterfte. De gemeenten in West-Vlaanderen met de hoogste oversterfte waren het piepkleine Mesen (8), Avelgem en Beernem (2,9), Oostkamp (2,7), Alveringem, Wingene, Waregem (2,3), Pittem (2,5), Ieper, Oostrozebeke en Deerlijk (2,1). De meeste West-Vlaamse gemeenten hebben wel een zekere oversterfte, maar opmerkelijk genoeg zijn er dit jaar ook gemeenten waar minder mensen stierven dan vorige jaren. Zo halen Heuvelland, Veurne en Lichtervelde een cijfer van 0,9, Staden 0,8, Zuienkerke en Lo-Reninge 0,7, Vleteren 0,4 en Ruiselede zelfs maar 0,3.
In 24 gemeenten al een week geen nieuwe besmettingen
Ook in West-Vlaanderen zitten we duidelijk in de staart van de epidemie. In enkele gemeenten werden al een hele tijd geen nieuwe besmettingen meer vastgesteld. Ardooie en De Haan zijn hier koplopers: al sinds 15 mei geen nieuwe besmettingen meer. Elf gemeenten noteren al sinds 22 mei geen nieuwe besmettingen meer: Alveringem, Damme, De Panne, Gistel, Houthulst, Lo-Reninge, Mesen, Nieuwpoort, Pittem, Zonnebeke en Zuienkerke. En dan zijn er nog eens elf gemeenten waar er nu al sinds 27 mei geen covid-19-patiënt meer bij komt: Dentergem, Diksmuide, Kortemark, Langemark-Poelkapelle, Ledegem, Oostrozebeke, Oudenburg, Poperinge, Spiere-Helkijn, Veurne en Vleteren. Merk op: dit zijn de cijfers tot 3 juni.
De officiële cijfers in dit artikel komen van Sciensano, het federale onderzoekscentrum voor de volksgezondheid, de diergezondheid en de voedselveiligheid van België.
Onze dagelijkse update van de cijfers met kaart van het aantal besmettingen per gemeente vind je hier.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier