Deze Oostendse vrouwen verdienen een eigen straat

Boven van links naar rechts: Aimée Thonon, Gella Allaert, Marie de Hemptinne. Onder van links naar rechts: Astrid De Laender, Lucy Loes en Lucy Monti. © GF, FRO, Piet Daman, Micheline Lombary
Hannes Hosten

Hoewel de stad Oostende zich engageerde na de oproep van Canvas-presentatrice Sofie Lemaire om meer straten en pleinen naar vrouwen te noemen, komt er voorlopig geen Lucyplein. De oproep van Vanessa Vens (SP.A-Stadsmakers) om het toekomstige plein voor De Grote Post de naam Lucyplein te geven, naar volkszangeressen Lucy Monti en Lucy Loes, krijgt voorlopig geen gehoor. Naast beide Lucy’s zocht en vond De Zeewacht nog enkele waardige kandidaten voor een straat of plein.

Oostende gaat op zoek naar vrouwen die een straatnaam verdienen, kondigde burgemeester Bart Tommelein (Open VLD) na de oproep van Sofie Lemaire aan. Welaan dan, dacht gemeenteraadslid Vanessa Vens, en op de gemeenteraad van maandag deed ze prompt een voorstel. “De stad wil een plein creëren voor het cultuurcentrum De Grote Post. Waarom noemen we dat niet Lucyplein, naar volkszangeressen Lucy Monti (1933-1978) en Lucy Loes (1928-2010)?”, vroeg ze zich af. “Beide dames maken deel uit van het Oostendse dna en onze collectieve culturele geschiedenis. Op dat plein kan hun muziek voortleven. Misschien bent u straks mien zèèkapiting. Dan wil ik samen met u dit Oostendse volkslied zingen”, richtte Vens zich tot burgemeester Tommelein (Open VLD). Maar schepen Björn Anseeuw (N-VA), bevoegd voor de materie, ging nog niet in op haar oproep. “Ik kan de procedure nog niet starten, omdat er nog geen plein te benoemen is. Het is nog veel te vroeg”, reageerde hij.

Zingende nichten

De Zeewacht is al enkele weken op zoek naar verdienstelijke Oostendse dames die een straat of plein verdienen. We kregen suggesties van heemkring De Plate en Flory Witdoeckt en zochten ook de Oostendse vrouwen op uit de verkiezing ‘De Grootste Lokale Sportheld’ die Kusterfgoed vorig jaar organiseerde. Foto’s en info kregen we van Familiekunde Vlaanderen, van Piet Daman en van Micheline Lombary.

Uiteraard staan Lucy Loes en Lucy Monti ook op ons lijstje. De twee hebben dezelfde voornaam, maar waren ook nichten. Lucy Loes trad lange tijd niet op om niet in het vaarwater van haar zingende nicht te zitten. Maar toen die in 1978 op haar 45ste plots overleed aan een hartstilstand, nam Lucy Loes haar repertoire over. Later kwamen er nog heel wat liedjes bij.

Gella Allaert

Een andere verdienstelijke Oostendse is actrice Angela ‘Gella’ Allaert. Ze werd in Oostende geboren, studeerde muziek en voordracht aan de conservatoria van Oostende en Brussel en volgde de toneelklas van Herman Teirlinck. Gella is de moeder van de bekende, intussen overleden acteur Frank Aendenboom.

Het is nog te vroeg voor een Lucyplein, ook al omdat er nog geen plein is voor De Grote Post

Haar man overleed jong, waardoor Frank bij zijn grootmoeder in Oostende opgroeide en studeerde aan het atheneum in de Spilliaertstraat. Gella Allaert groeide uit tot een van de grote actrices van haar tijd. Ze was jaren verbonden aan de Koninklijke Nederlandse Schouwburg in Antwerpen, had een eigen toneelschool, het Atelier Gella Allaert voor Dramatische Kunst, en werkte mee aan films zoals Baas Gansendonck (1945) en De Loteling (1973). Ook in tv-series zoals Wij, Heren van Zichem (1970) en De vorstinnen van Brugge (1972) was ze te zien.

Aimée Thonon

We blijven in de culturele wereld met een straatnaam voor Aimée Thonon, de koorleidster van honderden Oostendenaars. Ze studeerde zelf aan het Gentse conservatorium, begon in haar geboortestad Oostende een eigen muziekinstituut en in 1961 een eerste koor: Tonada, voor meisjes van 12 tot 18 jaar. Later volgden een hele reeks andere koren. Aimée Thonon, getrouwd met de Bredense kunstschilder Anto Diez, werd een begrip in de muzikale scène in Oostende. Dat bleek uit vele radio- en tv-optredens, langspeelplaten en buitenlandse reizen.

Marie de Hemptinne

Minder bekend is de weldoenster Marie de Hemptinne, geboren als Marie Elisabeth Morren. Ze komt uit het Gentse en trouwde met Louis de Hemptinne, telg uit een adellijke familie die actief was in de textielindustrie. Ze vestigden zich in Oostende, waar Marie en Louis veel goede werken steunden. Na het overlijden van Louis in 1913 zette Marie zich tijdens de Eerste Wereldoorlog in om geld en goederen in te zamelen voor de armste Belgen. In haar villa op de zeedijk kwam een hospitaal voor gewonde militairen, die ze hielp verzorgen. Na de oorlog steunde ze het tehuis in de Langestraat 87 waar de Dochters van Liefde oorlogswezen opvingen. Boven de poort staat nog altijd te lezen ‘Te Huis – Abri Marie de Hemptinne’.

Astrid De Laender

CD&V’ster Krista Claeys tot slot stelde begin dit jaar voor een straat te noemen naar Astrid De Laender, de accordeonlerares die in 1953 de Oostendse Accordeonschool oprichtte. Ze was toen nog een tiener, maar een heel talentvol accordeonspeelster. Later ging ze ook componeren. Haar school raakte bekend in de hele provincie. Er waren shows, optredens in het buitenland en plaatopnames. Aan de school kwam een einde toen Astrid in 1993 overleed. Vorig jaar vond een reünie plaats met bijna 100 oud-leerlingen.

OOK ZIJ KOMEN IN AANMERKING

We kregen nog veel meer suggesties binnen. Waarom bijvoorbeeld geen straatnaam voor zwemsters Fernanda Caroen (1920-1998) en Yvonne Vandekerckhove (1920-2012), allebei Belgisch kampioene en deelneemsters aan de Olympische Spelen 1948 in Londen? Of voor gymnaste Marie Theresa Degryse (1926-2005), die er ook bij was op diezelfde Spelen in Londen? Andere opties zijn kunstenares Alice Frey (1895-1981), bekend van de trouwzaal in het stadhuis, vroedvrouw en oprichtster van een ‘moederhuis’ Louise Lanoye-Jongbloet (1903-1993) of schrijfster Lia Timmermans (1920-2002), de naar Oostende uitgeweken dochter van schrijver Felix Timmermans. We kregen ook twee voorstellen uit de royaltysfeer: de eerste koningin der Belgen Louise-Marie, die in Oostende overleed, en Lilian Baels, de uit Oostende afkomstige tweede echtgenote van Leopold III. (HH)

ZIJ HEBBEN AL EEN EIGEN STRAAT

Het is niet zo dat Oostende nog geen vrouwelijke straatnamen heeft. De jongste jaren kwamen er flink wat bij. Vooreerst zijn er straten genoemd naar prinsessen en adellijke heerseressen: Christinastraat, Louisastraat, Maria-Theresiastraat, Marie-Joséplein en -straat, Clementinaplein, Stefanieplein, Koningin Astridlaan. Twee straten en een plein kregen de naam van een vrouwelijke heilige: Sint-Annastraat, Sint-Catharinaplein, Sint-Clarastraat. Een twijfelgeval is de Amandinestraat: genoemd naar het schip, maar dat kreeg op zijn beurt een meisjesnaam. En dan zijn er de andere verdienstelijke dames die een straatnaam kregen: Annemie Brackx, Bertha Tratsaert, Edith Cavell, Euphrosina Beernaert, de zussen Helena en Isabelle Godtschalck, Jeanne Pauwelyn, Marie Curie en Rachel Lancsweert. Een Rose D’Ivrypark is recent goedgekeurd door de gemeenteraad. (HH)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier