De missie van Lennerd Carrein: de eerste slechtziende van het land mét een rijbewijs worden

Lennerd Carrein wil binnen het jaar zijn rijbewijs op zak hebben. © Wouter Meeus
Philippe Verhaest

Lennerd Carrein (29) heeft zijn eerste rijlessen achter de rug. Zijn doel: de eerste slechtziende van het land worden die zijn rijbewijs haalt. Lennerds zicht is tot dertig procent beperkt, maar met behulp van een speciale bril wil hij zijn droom binnen het jaar realiseren. “Het was even wennen, dit smaakt naar meer. Dit weekend kruip ik opnieuw achter het stuur.”

Het is Lennerd Carrein menens: binnen het jaar wil hij dat felbegeerde rijbewijs op zak hebben. Zijn eerste rijlessen heeft hij ondertussen achter de rug. In het Nederlandse Eindhoven zat de naar Deinze uitgeweken Roeselarenaar twee uur lang volledig zelf achter het stuur. “Aanvankelijk was het even wennen, maar ik heb van begin tot einde genoten”, glimlacht hij. “Het smaakt ook naar meer. In die mate zelfs dat ik nu zaterdag al mijn volgende lessen zal volgen. Ik wil in totaal tien uur ervaring opdoen in Nederland, maar daar kan ik als Belg mijn rijbewijs niet halen.”

Met die bagage kan hij wél aankloppen bij Cara, de Belgische organisatie die rijgeschiktheidstesten voor mensen met een beperking aflevert. “Met een attest van hen kan ik dan aan mijn rijopleiding beginnen en uiteindelijk mijn examen afleggen. Een werk van lange adem, dat klopt, maar ik moet en zal mijn rijbewijs halen. Daar geef ik mezelf een jaar tijd voor.”

Albinisme

De oorzaak van zijn verminderd zicht ligt bij het feit dat Lennerd aan albinisme lijdt. Voor de meeste mensen staat die aandoening synoniem met wit haar en een erg bleke huid, maar de jonge West-Vlaming heeft door de afwijking ook een fel beperkt zicht. Hij ziet slechts 30 procent van wat iemand met een normaal gezichtsvermogen kan waarnemen en het binnenkomende licht wordt ook niet gekanaliseerd.

Die bril kost me 1.200 euro, maar kan de beste investering van mijn leven worden – Lennerd Carrein

Daardoor hebben Lennerds ogen het moeilijk om beelden te verwerken. “Dat zorgt er bijvoorbeeld voor dat ik van erg dichtbij een boek moet lezen. Ik heb ook een extra groot televisietoestel”, duidt hij. “Wat iemand anders vanop tien meter afstand perfect ziet, zie ik pas vanop 3,5 meter. Maar toch ervaar ik dit niet meteen als een beperking. Ik ben hiermee opgegroeid en werd zowel thuis als op school perfect begeleid. Ik herinner me nog dat de dokter mijn ouders zei dat ik nooit zou kunnen fietsen, maar dat was buiten mijn wilskracht gerekend. Ik heb het geleerd. Letterlijk met vallen en opstaan.”

Het bioptisch telescoopsysteem zit er uit als een kleine verrekijker.
Het bioptisch telescoopsysteem zit er uit als een kleine verrekijker.© Wouter Meeus

Naarmate Lennerd ouder werd, besefte hij ook dat hij niet álles zou kunnen. “Daar ben ik nu erg realistisch in”, stelt hij. “Als iemand me een geschreven nota voorlegt, zal ik vragen om die digitaal door te sturen. Dan kan ik die vergroten zonder dat ik daarvoor mijn ogen moet forceren. De smartphone is een zegen voor mij. Dat toestel is een enorme tool“, aldus Lennerd, die als projectcoördinator bij de koepelorganisatie voor amateurtheater in Vlaanderen en Brussel werkt. “Ik probeer zo weinig mogelijk hulp te vragen. Enkel op recepties en op plekken waar veel mensen samen zijn, sta ik soms voor een uitdaging. Dan is het voor mij niet evident om iemand in de massa terug te vinden en vraag ik anderen om me te begeleiden. Maar verder leid ik een compleet normaal leven.”

Langemark-Poelkapelle

Toch ontbreekt het Lennerd nog aan één vrijheid: zélf met de auto kunnen rijden. “Ik word er straks dertig, maar moet me nog altijd behelpen met de fiets en het openbaar vervoer om ergens te raken. Zolang je je tussen grote steden verplaatst, valt dat al bij al nog mee, maar van Deinze naar pakweg Langemark-Poelkapelle is een haast onmogelijke opdracht. En als ik even naar mijn ouders in Roeselare wil, duurt de treinrit al snel een uur. Met de auto zou ik er in een half uurtje staan. Nu moet ik daarvoor steeds een beroep doen op mijn vriendin Linde, maar eigenlijk wil ik zulke verplaatsingen gewoon eigenhandig kunnen afleggen.”

Mijn eerste rit zal richting mijn ouders in Roeselare gaan. Ik zal blinken in mijn vel wanneer ik hun oprit kan oprijden – Lennerd Carrein

Daarom heeft Lennerd zich een duidelijk doel vooropgesteld: tegen begin 2021 wil hij zijn rijbewijs op zak hebben. “Om je rijbewijs te halen, moet je een zicht van minstens 50 procent hebben”, legt hij uit. “Volgens de wet moeten slechtzienden minstens vanaf vijf meter afstand een punt kunnen zien, terwijl dat voor mensen met een perfect zicht vanop tien meter mogelijk moet zijn.”

Lennerd op weg in Eindhoven tijdens zijn eerste rijles.
Lennerd op weg in Eindhoven tijdens zijn eerste rijles. “Een fantastische ervaring”, zegt hij.© gf

Via het verkeersinstituut Vias leerde Lennerd Visio kennen, een Nederlands expertisecentrum dat opleidingen aanbiedt voor slechtzienden en blinden. “Ik leerde er het traject automobiliteit voor mensen met een visuele beperking kennen en samen met Nederlandse onderzoekers werkte Vias aan een hulpmiddel waarmee slechtzienden de baan op kunnen: een bioptisch telescoopsysteem. Dat kan je vergelijken met een kleine verrekijker die op de bovenkant van een speciale bril is gemonteerd. Met dat telescoopje haal ik een zicht van 80 procent. In Nederland heeft het systeem zijn nut al bewezen. Het is er sinds tien jaar goedgekeurd en ondertussen gebruiken een honderdtal Nederlanders het bioptisch telescoopsysteem al in de praktijk. Het is een fantastisch toestel. Het laat me toe om alle details in het verkeer te zien: verkeersborden lezen, situaties inschatten, bochten tijdig zien… Daarvoor moet je gewoon een kleine knikbeweging maken. De rest van de omgeving kan ik perfect zien zonder het hulpstuk.”

Eerste rit

Die knikbeweging moet echter snel en correct gebeuren. “Wie te lang door de telescoop kijkt, dreigt het andere verkeer uit het oog te verliezen en te kort kijken is nutteloos. Die techniek wil ik nu in Nederland onder de knie krijgen.”

De bril met bioptische telescoop is allesbehalve goedkoop, maar daar ligt Lennerd niet wakker van. “De voordelen zijn veel groter”, zegt hij. “Ik heb er 1.200 euro voor betaald, maar als ik straks met de auto op weg kan, is dit de beste investering ooit. Niet dat ik straks tienduizenden kilometers per jaar zal bollen, maar het zou mijn leven er een pak makkelijker op maken. Waar mijn eerste rit naartoe zal gaan? Naar mijn ouders in Roeselare. Ik zal blinken in mijn vel wanneer ik hun oprit kan oprijden.”

Lennerd Carrein.
Lennerd Carrein.© Wouter Meeus